Abbott Tendyne TENDV-LP-29S, Instructions For Use Manual

Page: 60 / 284

Gebruiksaanwijzing; TENDYNE
TM
-mitralisklepsysteem
Pagina 60 van 284
blootgesteld aan te hoge of te lage
temperaturen.
De voorraad moet goed worden onderhouden, zodat de
Tendyne-kleppen, apicale pads, plaatsingssystemen en
systeemonderdelen met een eerdere uiterste
gebruiksdatum eerst worden gebruikt.
9 Benodigde apparatuur (niet
meegeleverd)
• Standaardapparatuur voor een
hartkatheterisatielaboratorium
• Transoesofagale of transthoracale
echocardiografieapparatuur
• Drie (3) steriele spoelschalen van 1 liter
• Twee (2) liter gehepariniseerde zoutoplossing
• Twee (2) steriele zakken met 1.000 ml
zoutoplossing, drukinfuuszak en infuuspaal
• 20-35 cc Luer-locknaalden
• Voerdraad van 0,89 mm (0,035 inch)
• Introducerhuls van 8F met een korte lengte
• Ballonkatheter van 7F of 8F met enkelvoudig
lumen die compatibel is met een voerdraad
van 0,89 mm (0,035 inch)
• Interfacekabel voor het hemodynamische
systeem
• Lange steriele sondebescherming
• Oppomphulpmiddel voor ballonnen van 30 cc
10 Gebruiksaanwijzing
Laadstandaard en bijbehorende onderdelen
opstellen
Reinig en steriliseer de standaard, de stijlen en het
gewicht voorafgaand aan het gebruik volgens de
instructies in het gedeelte 10.14. Zorg ervoor dat de
standaardbasis en de stijlen niet zijn beschadigd of
gecorrodeerd. Gebruik het gewicht niet als u
beschadiging of corrosie opmerkt.
1. Zet de standaardassemblage in elkaar door de
linkerstandaard in het linkergat van de
standaardbasis te draaien en de
rechterstandaard in het rechtergat.
2. Zorg dat beide standaarden volledig in de
gaten zijn vastgedraaid.
3. Verwijder de steriele tray uit de verpakking
met de standaardonderdelen. Controleer de
onderdelen en haal ze van de tray af.
Afbeelding 7. Indeling van de Tendyne TM -
standaardonderdelen op de steriele tray.
1. Laadklem voor de onderkant (klem 2)
2. Gehoekte klem (klem 3)
3. Ontluchtingsbuisje
4. Doorspoelhulpmiddel
5. Duimschroeven
6. Draaiklem (klem 1)
7. Draaiklemkop
8. Controledraad
4. Bevestig met behulp van de duimschroef de
draaiklem (klem 1) aan de draaiklemkop.
5. Bevestig de overblijvende duimschroeven aan
de draaiklem (klem 1), de laadklem voor de
onderkant (klem 2) en de gehoekte klem
(klem 3).
6. Bevestig de laadklem voor de onderkant (klem
2) aan de rechterstandaard en lijn uit met de
met 2 gemarkeerde onderste groef. Bevestig
de draaiklem (klem 3) aan de rechterstandaard
bij de met 1 gemarkeerde bovenste groef.
Bevestig de gehaakte klem (klem 3) aan de
linkerstandaard en lijn deze met de met
3 gemarkeerde groef uit.
OPMERKING: Monteer de klemmen met de
nummers en draadgroeven naar boven gericht.