Satelec Implant Center 2, User Manual

Page: 144 / 248

144
7) verhoogt of verlaagt de waarde van het toerental.
Door de toetsen of (Fig. 3-6 en 7) ingedrukt
te houden wordt de waarde van het toerental steeds
hoger of lager.
Bij een verkeerde afstelling van het koppel of het
toerental verschijnt !min! of !max! op het scherm. U
krijgt dan de toegestane minimum- of
maximumwaarde te zien.
e) Koppel instellen
Druk op de toets (Fig. 6-22) op het hoofdscherm.
Het instelscherm van het koppel verschijnt (Fig. 7).
Programmeer het koppel met behulp van het
numerieke toetsenblok (Fig. 7-31).
Het geprogrammeerde koppel wordt weergegeven
(Fig. 7-27).
Met de toets (Fig. 7-29) kunt u het laatste cijfer
wissen.
Met de toets (Fig. 7-28) kunt u teruggaan naar
het hoofdscherm zonder de wijzigingen op te slaan.
Bevestig de instelling van het koppel door op de toets
(Fig. 7-30) te drukken. Het hoofdscherm
verschijnt.
Opmerking : Het is mogelijk om het koppel van het
hulpstuk rechtstreeks bij te stellen met behulp van
de toetsen of (Fig. 3-6 en 7) voor het
programma zelfs wanneer de multifunctionele
pedaal is ingeschakeld.
f) Type pedaal kiezen
Wijzig zonodig het type pedaal door op de toets
(Fig. 3-10) te drukken om afwisselend het type
ON/OFF of progressief te selecteren.
g) Licht
Schakel indien nodig de lichtfunctie van het handstuk
in door de knop (Fig. 3-11) in te drukken.
g) Instelling van parameters voltooien
Bevestig de nieuwe instelwaarden door op de toets
(Fig. 3-8) te drukken.
Door een geluidssignaal wordt bevestigd dat de
verschillende parameters in het geheugen zijn
opgeslagen.
Herhaal deze procedure zonodig om ook de andere
programma's in te stellen.
7. 6 PIEZOTOME FUNCTIE WERKSTAND
Belangrijk:
De parameters van de P
IEZOTOME
werkstand kunnen
door de gebruiker worden aangepast.
De instelling van de P
IEZOTOME
werkstand kan alleen
gewijzigd worden als geen enkel P
IEZOTOME
2 L
ED
handstuk op het apparaat is aangesloten.
Het programma D1 is het krachtigste programma.
Selecteer de P
IEZOTOME
werkstand door op de knop
(Fig. 3-12) of op de knop van de pedaal (Fig.
11-5) te drukken).
Op het lcd-scherm moet het tabblad P
IEZOTOME
nu zijn
uitgelicht.
Selecteer het programma dat gebruikt moet worden
met de toetsen , , of
(Fig. 4-14) of met behulp van de knop van de pedaal
(Fig. 11-3). Het geselecteerde programma verschijnt
uitgelicht op het scherm.
Stel de programma's en het krachtniveau in volgens
de aanbevelingen van de tips-gegevensbladen.
Wijzig zonodig de waarden van de irrigatiefunctie
(debiet, enz.), zie hoofdstuk 7.3.
Wijzig zonodig het krachtniveau van het programma
van 1 tot 5 met behulp van de toetsen (Fig. 3-6)
Programma Voornaamste functies
Zeer
krachtig
D1
Osteotomie,
osteoplastiek
Krachtig
D2
Matig D3
Zacht D4
Losmaken van zacht
weefsel