Satelec Implant Center 2, User Manual

Page: 139 / 248

c) Zijkanten van het basisapparaat
- De ruimtes van de pompen (Fig. 1-8) zijn bedoeld
voor de cassettes van de SATELEC irrigatieleiding.
- De irrigatiecassettes kunnen worden geplaatst door
de kappen van de pompen op te lichten en daarna
horizontaal de cassettes in de daarvoor bedoelde
ruimtes te schuiven.
d) Voorkant
- De linker connector is bedoeld voor de connector
van de I-S
URGE
L
ED
micromotorkabel. Het gebruik
van een SATELEC micromotorkabel is verplicht.
- De rechter connector is bedoeld voor de connector
van de N
EWTRON
L
ED
kabel of voor de connector van
de kabel van het P
IEZOTOME
2 L
ED
handstuk
(afhankelijk van de uitvoering ).
e) Bedieningspedaal
Omdat veel functies via de bedieningspedaal worden
bediend, kan in een volmaakt steriele omgeving
worden gewerkt en kan zo eventuele kruisbesmetting
worden vermeden.
Zodra de gebruiker namelijk de verschillende
instellingen heeft ingevoerd, hoeft het toetsenbord
niet meer te worden gebruikt.
Afhankelijk van het soort werkstand krijgen de
knoppen van de bedieningspedaal verschillende
functies.
I-S
URGE
werkstand :
Functies van de knoppen van de bedieningspedaal
(Fig.11):
- 1: I-S
URGE
L
ED
-motor inschakelen (type ON/OFF of
progressief).
- 2: Draairichting omdraaien.
- 3: Ander programma (P1 tot P4) kiezen.
- 4: Irrigatie inschakelen / uitschakelen.
- 5: Actieve handstuk selecteren.
P
IEZOTOME
werkstand:
Functies van de knoppen van de bedieningspedaal
(Fig. 11):
- 1: Ultrasone trillingen inschakelen (type ON/OFF of
progressief).
- 2: Lozen / aanzuigen.
- 3: Ander programma (D1 tot D4) kiezen.
- 4: Irrigatie inschakelen/uitschakelen.
- 5: Actieve handstuk selecteren.
N
EWTRON
werkstand:
Functies van de knoppen van de bedieningspedaal
(Fig. 11):
- 1: Ultrasone trillingen inschakelen (type ON/OFF of
progressief).
- 2: Lozen / aanzuigen.
- 3: Ander programma (Soft tot Boost) kiezen.
- 4: Irrigatie inschakelen/uitschakelen.
- 5: Actieve handstuk selecteren.
f) Technische specificaties
Fabrikant:
SATELEC
Naam van het apparaat: I
MPLANT
C
ENTER
2
Elektrische voeding:
- Spanning: 100 V AC tot 230 V AC
- Frequentie: 50 Hz/60 Hz
- Nominaal vermogen: 250 VA bij 230 V AC
I-S
URGE
functie
Werking :
Discontinue werking: 20 sec ON/30 sec OFF bij 2
N.cm
Uitgangsgegevens:
I-S
URGE
L
ED
-micromotortoerental: van 100 t.p.m. tot
40.000 t.p.m.
I-S
URGE
L
ED
-micromotorkoppel: max. 6 N.cm
Opbrengst irrigatiepomp: van 10 tot 120 ml/min
(nominale waarde)
Instelbaar in stappen van 10 ml/min
Lozingsdebiet: 120 ml/min
P
IEZOTOME
functie
Werking
:
Discontinue werking: 10 min. ON/ 5 min. OFF
Uitgangsgegevens:
Spanning bij nullast: 250 volt (nominale waarde
zonder handstuk)
Min. ultrasone frequentie: 28 kHz
Opbrengst irrigatiepomp: van 10 tot 120 ml/min
(nominale waarde)
Instelbaar in stappen van 10 ml/min (nominale
waarde)
Lozingsdebiet: 120 ml/min (nominale waarde)
139