Schellenberg TWIN 300, Manual

Page: 33 / 318

33
» De veiligheidsvoorzieningen (norm EN 12978) maken het mogelijk eventuele gevaarlijke gebieden te beschermen tegen
mechanische gevaren door beweging, zoals bijvoorbeeld . Tijdens het programmeren van de vermogensinstelling is de
veiligheidsonderbreking niet actief
» Voor het uitvoeren van ingrepen op het systeem moet de elektrische voeding worden losgekoppeld.
» Het wordt voor elke installatie geadviseerd minstens één lichtsignaal te gebruiken alsook een waarschuwingsbord dat goed op
de constructie van het hang- en sluitwerk dient te worden bevestigd.
» Schellenberg wijst elke verantwoordelijkheid af met betrekking tot de veiligheid en de storingsvrije werking van de aandrijving,
als er componenten op het systeem worden gebruikt die niet door Schellenberg werden geleverd.
» Er mogen uitsluitend originele onderdelen van Schellenberg voor het onderhoud worden gebruikt.
» Het is niet toegestaan om wijzigingen aan te brengen aan de onderdelen die deel uitmaken van het aandrijfsysteem.
» De installateur dient alle informatie te verstrekken over de handbediening van het systeem in noodgevallen, en moet de
gebruiker van de installatie het bij het product geleverde montagehandleiding met aanwijzingen overhandigen.
» Sta niet toe dat kinderen of volwassenen zich ophouden in de buurt van het product terwijl dit in werking is.
» Houd radio-afstandsbedieningen of alle andere impulsgevers buiten het bereik van kinderen, om te voorkomen dat
hetautomatische systeem onopzettelijk kan worden aangedreven.
» Ga alleen tussen de vleugels door als de poort helemaal geopend is.
» De gebruiker mag geen pogingen tot reparatie doen of directe ingrepen aan de aandrijving uitvoeren. Wendt u zich uitsluitend
tot hiervoor gekwalificeerd personeel.
» Gooi lege batterijen niet weg bij het gewone afval, maar maak gebruik van de special verzamelbakken om recycling mogelijk
te maken.
» Alles wat niet uitdrukkelijk in deze handleiding wordt aangegeven, is niet toegestaan.
» De ingebruikname van het poortsysteem is verboden totdat vastgesteld is dat het poortsysteem met deze aandrijving aan de
bepalingen voldoet van alle relevante geldende voorschriften en EG-richtlijnen.
Voor de installatie
Om voor de noodzakelijke veiligheid en de goede werking van de aandrijving te garanderen dienen de volgende vereisten te
worden voldaan:
» De installatie van de behuizing van de elektronische besturingsinrichting moet op zodanige afstand van de stations plaatsvinden,
dat de motorkabel nooit verlengd hoeft te worden.
» Voor gebruik in baksteen of de betonnen palen, adviseren wij de toepassing van gelijmde pluggen, ankerbouten, om een
spanningsvrije montage te garanderen.
» “De poort moet geschikt zijn voor de aandrijving. In het bijzonder moet wordenvastgesteld dat het afdoende robuust en stijf is.
Voor metalen poorten raden wij u door de verbinding met de aandrijving heen te schroeven. Voor houten poorten moeten de
bevestigingsschroeven aan de binnen- en buitenkant met metalen platen worden ondersteund, omdat anders de schroeven
na verloop van tijd los gaan zitten.
» De afmetingen en gewichten dienen overeen te komen met opgegeven technische eigenschappen.
» De gladde en uniforme beweging van de vleugel dient te worden getest; tijdens de hele uitvoering mag er geen wrijving optreden
of mogen er geen obstakels zijn.
» De perfecte conditie van de scharnieren dienen te worden gewaarborgd.
» In de positie “deur gesloten” moeten er mechanische eindstoppen aanwezig zijn.
» Bestaande sloten en sloten verwijderen. Het wordt aanbevolen dat eventueel laswerk voor het monteren van de aandrijving
wordt uitgevoerd.
» Houd er rekening mee dat, afhankelijk van de openingshoek, er voldoende ruimte voor de uitslaande deuren moet zijn.
Na de installatie
» Doorgang tussen de vleugels is verboden zolang ze in beweging zijn. Voordat u langs de elektrische deuren loopt, moet er
worden gewacht totdat deze helemaal open ijn.
» Het is ten strengste verboden dat personen zich tussen de vleugels bevinden.
» De aanwezigheid van personen of het plaatsen van voorwerpen in de onmiddellijke nabijheid van het poortsysteem is verboden.
Dit geldt met name tijdens de werking.
» De beweging van de vleugels mogen niet opzettelijk worden tegengegaan.
» Takken en struiken mogen geen invloed hebben op het automatische poortsysteem.