NEDERLANDS
40
2.2 Bedrijfsomstandigheden
De FLUXUS-pompen zijn geschikt voor continubedrijf, altijd ondergedompeld in de verpompte vloeistoffen. Gedurende korte periodes (10
min) kunnen de FX RANGEpompen werken terwijl de motor NIET ONDERGEDOMPELD is.
pH-waarde: 6.5-12 (let op: dit veld geeft slechts een indicatie, de pH-waarde alleen is niet voldoende om de agressiviteit van de verpompte
vloeistof te definiëren).
Temperatuur bedrijfsvloeistof: 0 °C t/m +50 °C (geldt niet voor Ex uitvoeringen).
Gedurende korte periodes is een temperatuur van ma60 °C toegestaan (geldt niet voor Ex uitvoeringen).
Explosieveilige pompen mogen nooit vloeistoffen met een temperatuur hoger dan +40 °C verpompen.
Omgevingstemperatuur
Voor niet-explosieveilige pompen mag de omgevingstemperatuur gedurende een kortere periode hoger zijn dan +40 °C.
Voor explosieveilige pompen moet de omgevingstemperatuur ter plekke van de opstelling tussen 0°C + 40 °C liggen.
Dichtheid en viscositeit van de verpompte vloeistof: viscositeit en dichtheid vergelijkbaar met die van water.
Stroomsnelheid
Aangeraden wordt om een minimale stroomsnelheid aan te houden om sedimentatie in het leidingwerk te voorkomen.
Aanbevolen stroomsnelheden:
• in verticale leidingen: 1.0 m/s
• in horizontale leidingen: 0.7 m/s
Bedrijfsmodus
Maximaal 20 inschakelingen per uur.
VOOR VERDERE BEPERKINGEN IN HET BEDRIJFSVELD, ZIE HET IDENTIFICATIEPLAATJE.
3. AFLEVERING EN TRANSPORT
3.1 Transport
Controleer voordat u de pomp opheft of de uitrustingen en apparatuur die gebruikt worden voor de verplaatsing, het
heffen en het in de put laten zakken geschikt zijn voor het gewicht dat opgeheven moet worden, of ze goed
functioneren en voldoen aan de geldende wettelijke veiligheidsvoorschriften.
Het gewicht van de pomp staat op het identificatieplaatje van de pomp en op het etiket op de verpakking.
Hijs de pomp altijd d.m.v. de hijsbeugel, of til de pomp op met een vorkheftruck wanneer deze op een pallet is
geplaatst. Hijs de pomp nooit op met de motorkabel of slang/pijp.
3.2 Opslag
Als de pomp gedurende langere tijd wordt opgeslagen, dan dient te worden gezorgd voor bescherming tegen vocht en hitte.
Opslagtemperatuur: -30 °C t/m +60 °C.
Wanneer de pomp in gebruik is geweest, moet de olie voorafgaand aan het opslaan worden vervangen.
Na een lange opslagperiode dient de pomp te worden geïnspecteerd, alvorens in bedrijf te worden genomen. Zorg ervoor dat de waaier
vrij kan draaien.
De waaier kan scherpe randen hebben - draag veiligheidshandschoenen.
Als de pomp buiten de aangegeven limieten is opgeslagen, moet bijzonder goed worden gelet op de conditie van de mechanische
afdichting, de O-ring, de olie en de kabelwartel.
4. INFORMATIE MET BETREKKING TOT PRODUCTEN MET EX-MARKERING
Markering:
CE 0477 II2G
Ex db IIB T4 Gb
Ex h IIB T4 Gb
EPT 20 ATEX 3715 X
0477:
identificatiecode van de instelling die de productielocatie controleert;
explosieveilig apparaat bedoeld voor gebruik in een mogelijk explosieve omgeving;
II: groep.
identificeert een elektrisch apparaat bestemd voor andere omgeving dan mijnen waar mijngas kan voorkomen;
2: categorie.
elektropomp bestemd voor plaatsen waar het waarschijnlijk is dat deze door mengsels van lucht met gas, damp of
nevel of mengsels of stof explosief wordt;
G: gas.
de elektropomp is beveiligd in omgevingen met ontvlambare gassen, dampen of nevels;
EX:
explosieveilig apparaat bestemd voor een omgeving die mogelijk explosief wordt;
db:
elektrische constructies voor omgevingen die mogelijke explosief worden - Beschermd door drukvast omhulsel “d”;
h:
niet-elektrische constructies voor omgevingen die mogelijk explosief worden – Beschermd door onderdompeling
in vloeistof “h”;
IIB:
kenmerk van het gas waarvoor het apparaat is bedoeld;
T4:
komt overeen met 135 °C en is de maximale oppervlaktetemperatuur die de elektropomp veilig kan bereiken;
Summary of Contents for FX Series
Page 66: ...60 5 2 3a 4 4a 6 EN 60079 14 4mm2 10 10 10 m DAB pumps 6 1 15 15 6 2 FX RANGE k1 k2 6 1 150 C...
Page 67: ...61 7 7 1 8 1 7 2 5 8 7 2 1 2 7 8 Dab Pumps...
Page 71: ...65 5 5 6 6 DAB 7 7 DAB 1 1 7 2 2 2 DAB 3 3 4 4 5 5 6 6 DAB...
Page 86: ...80 6 1 15a 15b 6 2 FX RANGE k1 k2 6 1 150 C 7 7 1 8 1 7 2 5 8 7 2...
Page 195: ...189 7 7 1 8 1 7 2 5 8 7 2 1 2 7 8 Dab Pumps...
Page 199: ...193 2 2 DAB 3 3 4 4 5 5 6 6 DAB...
Page 224: ...218 5 2 3a 4 4a 6 EN 60079 14 4mm2 10 10 10...
Page 225: ...219 6 1 15a 15b 2 6 FX RANGE 150 C Restart Restart 7 1 7 8 1 S1...
Page 226: ...220 S2 Restart 8 2 7 1 2 7 8...
Page 227: ...221 DNA 1 2 3 4 1 8 3000 20 3000 150 C 40 C 8 3000 1...
Page 229: ...223 3 8 www Dabpumps com 9 1 1 2 2 3 4 4 5 5 6 7 7 8 8 9 9 1 1 2 2 3 3...
Page 236: ...230 EN 60079 14 4mm2 10 10 10 DAB pumps 6 1 15a 15b 6 2 FX RANGE k1 k2 6 1 150 7...
Page 237: ...231 7 1 8 1 7 2 5 8 7 2 1 2 7 8 Dab Pumps DAB pumps DAB pumps...
Page 238: ...232 DAB Pumps DNA 1 2 3 4 8 1 3000 20 3000 DAB Pumps 40 150 Ex 10 000 8 3000 1 2 1 3 4 20...
Page 241: ...DRAWINGS 235 Fig 3 Fig 3a Fig 4 Fig 4a...
Page 242: ...DRAWINGS 236 Fig 5 Fig 6 Fig 7 Fig 8 Fig 9 Fig 10...
Page 243: ...DRAWINGS 237 Fig 11 Fig 12...
Page 244: ...DRAWINGS 238 Fig 13 Fig 14...
Page 245: ...DRAWINGS 239 Fig 15a Wiring Diagram...
Page 246: ...DRAWINGS 240 CB Booster for Grinder FX Fig 15b Wiring Diagram...