Wilo Yonos GIGA2.0-D, Installation And Operating Instructions Manual

Page: 399 / 424

Storingen, oorzaken en oplossingen nl
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Yonos GIGA2.0-I/-D 399
Instellingen Yonos GIGA2.0 Yonos GIGA2.0 ... R1
Pomp-kick tijdsinterval 24 u 24 u
Diagnose en meetwaarden
Diagnosehulpmiddel
SSM-dwangsturing (normaal,
actief, niet actief) niet actief niet actief
SBM-dwangsturing (nor-
maal, actief, niet actief) niet actief niet actief
Extra instellingen
Pomp-kick ingeschakeld ingeschakeld
Pomp-kick tijdsinterval 24 u 24 u
Basisfunctie Regelbedrijf Regelbedrijf
Acceleratietijd 0 s 0 s
Automatische PWM-fre-
quentievermindering
uitgeschakeld uitgeschakeld
Tab. 32: Fabrieksinstellingen
17 Storingen, oorzaken en oplos-
singen
WAARSCHUWING
Laat het verhelpen van storingen alleen door gekwalificeerd personeel
uitvoeren! Neem de veiligheidsvoorschriften in acht.
Als er storingen optreden, stelt het storingsmanagement nog realiseerbare pompver-
mogens en functionaliteiten ter beschikking.
Een optredende storing wordt, indien dit technisch mogelijk is, ononderbroken gecon-
troleerd en, indien mogelijk, wordt een noodbedrijf of regelbedrijf hersteld.
Het storingsvrije pompbedrijf wordt hervat, zodra de oorzaak van de storing is wegge-
nomen. Voorbeeld: De elektronicamodule is weer afgekoeld.
LET OP
Controleer of de analoge en digitale ingangen goed zijn geconfigureerd als de pomp
verkeerd gedrag vertoont.
Als de bedrijfsstoring niet kan worden verholpen, neem dan contact op met de vak-
handel of de dichtstbijzijnde Wilo-servicedienst of -vertegenwoordiging.
17.1 Mechanische storingen zonder
foutmeldingen
Storingen Oorzaken Oplossing
De pomp start niet of
valt uit. De kabelklem zit los. Controleer alle kabelverbindin-
gen.
De pomp start niet of
valt uit. Elektrische zekering defect. Controleer de zekeringen, ver-
vang defecte zekeringen.
De pomp draait met
lager vermogen. De afsluitkraan aan de pers-
zijde is gesmoord. Open de afsluitkraan langzaam.
De pomp draait met
lager vermogen.
Lucht in zuigleiding Verhelp lekkages op de flenzen.
Ontlucht de pomp. Vervang de
mechanische afdichting bij
zichtbare lekkage.
Pomp maakt geluiden.
Cavitatie door onvoldoende
toevoerdruk. Verhoog de toevoerdruk. Neem
de minimumtoevoerdruk op de
zuigaansluiting in acht. Contro-
leer de schuifafsluiter aan de
zuigzijde en de filters en reinig
deze, indien nodig.