44
het bovenstaande gedeelte ‘De positie van de sonde controleren.
Ineenzetten van de verlengset voor jejunale voeding
1. Open de dop van de voedingspoort
(afb. 1-C)
op de bovenkant van de
MIC-KEY* gastrisch-jejunale voedingssonde.
2. Breng de MIC-KEY* verlengset
(afb. 2)
in de als ‘JEJUNAL’ gemarkeerde
poort in door het slot-en-sleutel-verbindingsstuk op een lijn te brengen.
Breng de zwarte oriëntatiemarkering op de set op een lijn met de
overeenkomstige zwarte oriëntatielijn op de jejunale voedingspoort.
3. Klem de set vast in de jejunale voedingspoort door deze naar binnen te
duwen en het verbindingsstuk rechtsom te draaien totdat er een lichte
weerstand te voelen is (ongeveer een kwartslag). Draai het verbindingsstuk
niet voorbij het stoppunt.
4. Verwijder de verlengset door het verbindingsstuk linksom te draaien totdat
de zwarte lijn op de set op een lijn ligt met de zwarte lijn op de jejunale
voedingspoort.
5. Verwijder de set en sluit de gastrische poort en de jejunumpoort af met de
eraan bevestigde dop van de poort.
Opgelet:
Sluit de jejunumpoort nooit aan op de afzuigslang. Geen
residu’s uit de jejunumpoort meten.
Ineenzetten van de verlengset voor gastrische
decompressie
1. Open de dop van de voedingspoort op de bovenkant van de MIC-KEY*
gastrisch-jejunale voedingssonde.
2. Breng de MIC-KEY* bolusverlengset
(afb. 3)
in de als ‘GASTRIC’
gemarkeerde poort in door het slot-en-sleutel-verbindingsstuk op een lijn
te brengen. Breng de zwarte oriëntatiemarkering op de set op een lijn met
de zwarte oriëntatielijn op de gastrische poort.
3 Klem de set vast in de poort voor gastrische decompressie door het
verbindingsstuk naar binnen te duwen en rechtsom te draaien totdat u een
lichte weerstand voelt (ongeveer een kwartslag).
NB:
Draai het verbindingsstuk niet voorbij het stoppunt.
4. Verwijder de verlengset door het verbindingsstuk linksom te draaien totdat
de zwarte lijn op de set op een lijn ligt met de zwarte lijn op de gastrische
poort.
5. Verwijder de set en sluit de gastrische poort en de jejunumpoort af met de
eraan bevestigde dop van de poort.
Opgelet:
Voer geen continue of hoge intermitterende afzuiging uit.
Hoge druk zou de sonde kunnen doen inklappen of het maagweefsel
beschadigen en bloedingen veroorzaken.
Toediening van medicatie
Gebruik zo mogelijk vloeibare medicatie en raadpleeg de apotheker om
na te gaan of het veilig is als tabletten geleverde medicatie tot een poeder
fijn te stampen en met water aan te lengen. Indien het veilig is, moet de
tabletvormige medicatie tot een fijn poeder fijngestampt en in water opgelost
worden voordat de medicatie via de voedingssonde wordt toegediend. Stamp
medicatie met een enterische coating nooit fijn en vermeng de medicatie niet
met vloeibare voedingsstoffen.
Spoel de sonde met behulp van een injectiespuit met kathetertip door met de
voorgeschreven hoeveelheid water.
Richtlijnen voor het doorgankelijk houden van de
sonde
Het op juiste wijze doorspoelen van de sonde is de beste manier om verstopping
te voorkomen en de sonde doorgankelijk te houden. Hieronder volgen richtlijnen
om verstopping te voorkomen en de sonde doorgankelijk te houden.
• Spoel de voedingssonde om de 4 à 6 uur door met water tijdens
continuvoeding, wanneer de voeding wordt onderbroken, voor en na elke
met tussenpozen toegediende voeding of ten minste om de 8 uur indien de
sonde niet wordt gebruikt.
• Spoel de voedingssonde door vóór en na toediening van medicatie en
tussen medicaties door. Zo wordt voorkomen dat de medicatie en de
vloeibare voedingsstoffen op elkaar inwerken en een verstopping van de
sonde kunnen veroorzaken.
• Gebruik zo mogelijk vloeibare medicatie en raadpleeg de apotheker om
na te gaan of het veilig is als tabletten geleverde medicatie tot een poeder
fijn te stampen en met water aan te lengen. Indien het veilig is, moet
de tabletvormige medicatie tot een fijn poeder fijngestampt en in warm
water opgelost worden voordat de medicatie via de voedingssonde wordt
toegediend. Stamp medicatie met een enterische coating nooit fijn en
vermeng de medicatie niet met vloeibare voedingsstoffen.
• Vermijd het gebruik van zure irrigatiemiddelen zoals cranberrysap en
coladranken om voedingssondes door te spoelen omdat de zuurte in
combinatie met de eiwitten van de vloeibare voedingsstoffen in feite
kunnen bijdragen tot het verstoppen van sondes.
Algemene richtlijnen voor het doorspoelen
• Gebruik een 30-ml of 60-ml injectiespuit met een kathetertip. Gebruik geen
kleinere maten injectiespuiten omdat dit de druk op de sonde kan verhogen
en mogelijk tot ruptuur van kleinere sondes kan leiden.
• Gebruik kraanwater op kamertemperatuur voor het doorspoelen van de
sonde. Steriel water kan een geschikte keuze zijn indien de kwaliteit van
het leidingwater in twijfel moet worden getrokken. De hoeveelheid water
is afhankelijk van de behoeften en de klinische gesteldheid van de patiënt
en het type sonde, maar het gemiddelde volume varieert van 10 tot 50
ml voor volwassenen en 3 tot 10 ml voor zuigelingen. De hydratatiestatus
oefent ook invloed uit op het volume dat voor het doorspoelen van
voedingssondes wordt gebruikt. In vele gevallen kan de noodzaak tot het
toedienen van aanvullende intraveneuze vloeistof worden voorkomen door
het doorspoelvolume te vergroten. Bij personen met nierfalen en andere
vloeistofbeperkingen moet echter het minimale spoelvolume worden
gebruikt dat nodig is om de doorgankelijkheid te handhaven.
• Oefen geen overmatige kracht uit bij het doorspoelen van de sonde. Bij
gebruik van overmatige kracht kan de sonde worden geperforeerd en kan er
letsel van het maag-darmkanaal ontstaan.
• Documenteer de tijd en de gebruikte hoeveelheid water in het dossier
van de patiënt. Zo kunnen alle zorgverleners de behoeften van de patiënt
nauwkeuriger controleren.
Controlelijst voor dagelijkse verzorging en
onderhoud
De patiënt beoordelen
Beoordeel de patiënt op tekenen van pijn, druk en ongemak, warmte, uitslag,
etterige drainage of gastro-intestinale drainage.
Beoordeel de patiënt op tekenen van druknecrose, huidafbraak en
hypergranulatieweefsel.
De stomaplaats reinigen
Gebruik warm water en niet-agressieve zeep.
Gebruik een cirkelvormige beweging, van de sonde naar buiten toe.
Reinig hechtingen, externe bolsters en eventuele stabiliseermiddelen met
behulp van een wattenstaafje.
Grondig spoelen en goed laten drogen.
De sonde beoordelen
Beoordeel de sonde op afwijkingen zoals beschadiging, verstopping of
abnormale verkleuring.
De voedingssonde reinigen
Gebruik warm water en niet-agressieve zeep en vermijd daarbij overmatig
trekken aan of manipuleren van de sonde.
Grondig spoelen en goed laten drogen.
De jejunum-, maag- en ballonpoorten reinigen
Gebruik een wattenstaafje of zachte doek om alle resterende vloeibare
voedingsstoffen en medicatie te verwijderen.
De externe bolster niet draaien
Indien de bolster wordt gedraaid, kan de sonde knikken en mogelijk van zijn
plaats raken.
De aanbrenging van de externe bolster controleren
Controleer of de externe bolster 2 à 3 mm boven de huid rust.
De voedingssonde doorspoelen
Spoel de voedingssonde om de 4 à 6 uur door met water tijdens continuvoeding,
wanneer de voeding wordt onderbroken of ten minste om de 8 uur indien de
sonde niet wordt gebruikt.
Spoel de voedingssonde door na residu in de maag te hebben gecontroleerd.
Spoel de voedingssonde door vóór en na toediening van medicatie.
Vermijd het gebruik van zure irrigatiemiddelen zoals cranberrysap en
coladranken om voedingssondes door te spoelen.
Onderhoud van de ballon
Controleer eens in de week het watervolume in de ballon.
• Breng een injectiespuit met Luer-schuifaansluiting in de ballonvulpoort in
en verwijder de vloeistof terwijl u de sonde op zijn plaats houdt. Vergelijk
de hoeveelheid water in de injectiespuit met de aanbevolen hoeveelheid
of de hoeveelheid die aanvankelijk is voorgeschreven en in het dossier
van de patiënt is gedocumenteerd. Indien de hoeveelheid minder is dan
aanbevolen of voorgeschreven, moet de ballon opnieuw worden gevuld
met het water dat aanvankelijk was verwijderd en vervolgens opgezogen
en voeg de hoeveelheid die nodig is toe om het ballonvolume aan te vullen
tot de aanbevolen en voorgeschreven hoeveelheid water. Houd er rekening
mee dat er tijdens het leeglopen van de ballon enige maaginhoud rondom
de sonde kan lekken. Documenteer het vloeistofvolume, de hoeveelheid
eventueel te vervangen water en de datum en tijd.
• Wacht 10 à 20 minuten en herhaal de procedure. De ballon lekt indien hij
minder vloeistof bevat en de sonde moet worden vervangen. Als gevolg van
een leeggelopen of gescheurde ballon kan de sonde van zijn plaats raken.
Indien de ballon is gescheurd, moet hij worden vervangen. Zet de sonde op
zijn plaats vast met kleefband en volg vervolgens het ziekenhuisprotocol
en/of bel de arts voor instructies.
NB:
Vul de ballon opnieuw met steriel of gedestilleerd water, niet met lucht of
fysiologische zoutoplossing. Fysiologische zoutoplossing kan kristalliseren en
kan de ballonklep of het ballonlumen verstoppen en er kan lucht weglekken,
waardoor de ballon inklapt. Zorg ervoor dat de aanbevolen hoeveelheid
water wordt gebruikt; bij overvulling kan het lumen verstopt raken en kan de
levensduur van de ballon worden verkort en bij ondervulling wordt de sonde
niet goed vastgezet.
Occlusie van de sonde
Occlusie van de sonde wordt in het algemeen veroorzaakt door:
• slechte doorspoeltechnieken;
• nalaten door te spoelen na meting van residu in de maag;
• onjuiste toediening van medicatie;
• fragmenten van pillen;
• viskeuze medicaties;
• dikke vloeibare voedingsstoffen, zoals geconcentreerde of verrijkte vloeibare
voedingsstoffen die in het algemeen dikker zijn en sondes gemakkelijker
doen verstoppen;
• contaminatie van de vloeibare voedingsstoffen die tot stolling leidt;
• reflux van de maag- of darminhoud tot in de sonde.
Een verstopping uit de sonde verwijderen
1. Controleer of de voedingssonde niet geknikt of afgeklemd is.
2. Indien de verstopping zichtbaar is boven het huidoppervlak, moet de sonde
voorzichtig tussen de vingers worden gemasseerd om de verstopping te
verhelpen.
3. Plaats vervolgens een met warm water gevulde injectiespuit met
kathetertip in de juiste adapter of het lumen van de sonde en trek
voorzichtig aan de zuiger en druk deze vervolgens in om de verstopping van
zijn plaats te krijgen.
4. Indien de verstopping niet is verholpen, moet stap 3 worden herhaald. Door
afwisselend voorzichtig suctie uit te oefenen en druk uit te oefenen op de
injectiespuit worden de meeste obstructies verholpen.
5. Indien de verstopping niet kan worden verholpen, moet de arts worden
geraadpleegd. Gebruik geen cranberrysap, coladranken, meat tenderizer
of chymotrypsine, omdat deze in feite verstoppingen kunnen veroorzaken
of tot bijwerkingen kunnen leiden bij sommige patiënten. Indien de
verstopping hardnekkig is en niet verwijderd kan worden, moet de sonde
worden vervangen.
Levensduur van de ballon
De exacte levensduur van de ballon is niet te voorspellen. Siliconenballonnen
gaan over het algemeen 1 à 8 maanden mee, maar de levensduur van de
ballon varieert afhankelijk van diverse factoren. Deze factoren zijn onder meer
medicatie, het volume water dat is gebruikt om de ballon te vullen, de pH van
de maag en de verzorging van de sonde.
Inhoud van de kit:
1 gastrisch-jejunale voedingssonde met laag profiel
1 introducercanule
1 6-ml injectiespuit met Luer-schuifaansluiting
1 35-ml injectiespuit met kathetertip
1 MIC-KEY*-verlengset voor continuvoeding met SECUR-LOK* haaks
verbindingsstuk en 2-poorts ‘Y’ en klem 12
1 MIC-KEY* bolusverlengset met kathetertip, SECUR-LOK* recht
verbindingsstuk en klem 12
4 stuks gaasverband
Alleen voor enterale voeding en/of medicatie.
Voor nadere informatie kunt u in de Verenigde Staten 1-844-425-9273 bellen of
onze website bezoeken op www.halyardhealth.com.
Informatieve brochures: Een brochure ‘A guide to Proper Care’ en een leidraad
voor het oplossen van problemen met de stomaplaats en de enterale
voedingssonde zijn op verzoek verkrijgbaar. Neem contact op met uw
plaatselijke vertegenwoordiger of met de klantenservice-afdeling.
Het product is niet
vervaardigd met DEHP
als weekmaker.
Diameter
Lengte