9-4
Gebruiksaanwijzing voor de K-MINC-1000
Nederlands
2. Over de MINC Mini Incubator
1. Veiligheidsinstructies
In deze handleiding worden de werking en het beoogde gebruik van de MINC Mini Incubator (MINC) beschreven voor
incubators met een serienummer vanaf A803560.
Het is van wezenlijk belang dat u deze handleiding gebruikt om u vóór gebruik vertrouwd te maken met de functies
en de werking van de MINC.
Als deze instructies niet worden nageleefd, kan het instrument beschadigd of defect raken.
De interne circuits zijn bekrachtigd telkens wanneer de MINC op netspanning is aangesloten, ongeacht of de
displays wel of niet oplichten. Trek de stekker van het instrument altijd uit het wandstopcontact alvorens het snoer te
vervangen of het instrument te reinigen. Indien het netsnoer of de stekker van de incubator barsten, rafels, breuken of
beschadiging vertoont, moeten ze onmiddellijk worden vervangen.
Om het risico van elektrische schokken te verminderen, mogen de dekplaten niet worden verwijderd. Laat alle
servicewerkzaamheden over aan gemachtigd servicepersoneel van de fabrikant.
Zorg dat de MINC niet wordt blootgesteld aan spatten van vloeistof. Indien er vloeistof in het instrument binnendringt,
moet gebruik van het instrument onmiddellijk worden gestaakt.
Gebruik de MINC niet in een omgeving waarin ontvlambare gassen aanwezig zijn.
Gebruik uitsluitend de met de MINC Mini Incubator meegeleverde gevlochten gasaansluitslang met PTFE-bekleding
voor het aansluiten van de MINC op een gastoevoer. Gebruik van een ander type slang kan resulteren in verlies van de
gewenste gasconcentraties.
Voor uw eigen veiligheid mogen er uitsluitend originele disposables worden gebruikt (zie § 7).
WAARSCHUWING:
Vóór gebruik
van de MINC dient u zich vertrouwd te
maken met de veiligheidsinstructies.
WAARSCHUWING: GEVAAR
VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN.
WAARSCHUWING:
Het
instrument niet steriliseren.
WAARSCHUWING:
Geen door
de gebruiker te repareren onderdelen in
deze apparatuur.
WAARSCHUWING:
Dit
instrument mag uitsluitend door naar
behoren bevoegd personeel worden
gebruikt.
WAARSCHUWING:
EXPLOSIEGEVAAR.
Het instrument
kan een explosie veroorzaken in de
aanwezigheid van ontvlambare gassen.
WAARSCHUWING:
Gebruik de
juiste gasaansluitslang.
WAARSCHUWING:
Uitsluitend
originele disposables gebruiken.
2.1 Beoogd gebruik
De MINC Mini Incubator (MINC) is een door een microprocessor gestuurde, bevochtigde gasincubator bestemd voor
gebruik bij celkweek.
2.1.1 Beoogde gebruikers en gebruiksomgeving
De K-MINC-1000 Mini Incubator is bedoeld voor gebruik door klinisch embryologen. Servicemonteurs mogen de
K-MINC-1000 Mini Incubator installeren en dienen het instrument regelmatig te onderhouden.
De K-MINC-1000 Mini Incubator is bedoeld voor gebruik in een IVF-laboratorium.
2.2 Contra-indicaties
Er zijn geen contra-indicaties bekend voor dit instrument.
2.3 Beschrijving van het instrument
De K-MINC-1000 Mini Incubator is een door een microprocessor gestuurde, bevochtigde gasincubator bestemd voor
gebruik bij celkweek. De incubator is ontworpen voor gebruik in combinatie met de K-MINC-CTS-S bevochtigingsfles.
De incubator bevat geen medisch product. De incubator is een actief therapeutisch instrument dat is bedoeld voor
het toevoeren van energie.
De MINC is zodanig ontworpen dat een door de gebruiker tussen 35 en 40 °C gespecificeerde temperatuur en een door
de gebruiker tussen 15 en 25 ml/min gespecificeerde gasflow nauwkeurig worden gehandhaafd.
De MINC maakt gebruik van voorgemengd gas om in de incubatiekamers optimale kweekomstandigheden te
handhaven.
Alle componenten die in aanraking komen met de gasflow, met inbegrip van externe en interne gasleidingen, zijn
grondig getest om te garanderen dat de omgeving vrij van gifstoffen is.
De MINC accepteert NUNC® kweekschalen met vier wells of NUNC® en FALCON® enkelvoudige ronde kweekschalen
van 35 en 60 mm in twee gescheiden kamers. De twee kamers hebben elk een eigen temperatuurregeling, terwijl de
enkelvoudige gasflowregeling voor beide kamers geldt.
De verwarmingsblokken onder iedere kweekschaal maken rechtstreeks contact met de onderkant van de schaal.
Wanneer het kamerdeksel wordt geopend en gesloten, vindt een snelle uitdrijfcyclus met het gasmengsel plaats om
het vereiste milieu weer te herstellen.
De MINC bevordert de veiligheid door continue bewaking van de kritieke functies. Een afwijking van de normale
werking wordt onmiddellijk opgemerkt, waarbij de gebruiker gewaarschuwd wordt voor de ontdekte storing. Het
instrument kan worden aangesloten op een extern alarm op afstand om personeel buiten de normale werktijden te
waarschuwen voor problemen die het instrument niet zelf binnen de daarvoor toegewezen tijd kan oplossen.
De K-MINC-1000-logsoftware is een pc-programma dat wordt gebruikt om de bedrijfsstatus van maximaal 10
instrumenten continu te registreren. De software bewaakt het gedrag van de MINC, maar stuurt het instrument niet
aan. Deze software is alleen te gebruiken met MINC’s met een serienummer vanaf A803560.
2.4 Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van het instrument
Als er een elektrisch of mechanisch defect tijdens het gebruik van de MINC optreedt dan moet het gebruik van het
instrument worden gestaakt totdat het gecontroleerd is door gemachtigd servicepersoneel.
9