I
NL
- 32 -
AD00857
BENZINE
9
Benzine is uiterst brandbaar
en giftig. Lees de “VEILIG-
HEIDSINFORMATIE” (zie
pagina 10) grondig alvorens
te tanken.
9
Giet niet te veel brandstof in
de brandstoftank, anders
kan de brandstof overlopen
wanneer ze warm wordt en
uitzet.
9
Na het tanken dient u de
brandstoftankdop opnieuw
stevig dicht te draaien.
1. Stop de motor.
2. Plaats de generator op een
vlakke ondergrond.
3. Verwijder de dop benzine-
tank.
4. Controleer het brandstof-
peil.
5. Als laag is, vul de brandstof-
tank met brandstof.
9
Veeg gemorste benzine
onmiddellijk op met een
schone, droge, zachte doek,
aangezien benzine gelakte
of plastic onderdelen kan
aantasten.
9
Gebruik uitsluitend lood-
vrije benzine. Het gebruik
van loodhoudende benzine
veroorzaakt ernstige scha-
de aan de inwendige motor-
onderdelen.
LET OP
WAARSCHUWING
AH00857
CARBURANTE
9
Il carburante è altamente
infiammabile e tossico.
Prima di fare rifornimento,
leggere attentamente le
“INFORMAZIONI SULLA
SICUREZZA” (vedi a pagina
10).
9
Il serbatoio non deve esse-
re riempito fino all’orlo,
altrimenti quando si riscal-
da e si espande il carbu-
rante potrebbe traboccare.
9
Dopo avere fatto riforni-
mento, assicurarsi che il
tappo del serbatoio sia per-
fettamente chiuso.
1. Arrestare il motore.
2. Posizionare il generatore su
una superficie piana.
3. Rimuovere il tappo serba-
toio carburante.
4. Controllare il livello del car-
burante.
5. Se è basso, riempire il ser-
batoio con del carburante.
9
Asciugare immediatamente
tutti gli schizzi di carburan-
te con uno straccio pulito,
asciutto e morbido: il car-
burante infatti potrebbe
rovinare le superfici verni-
ciate o le parti in plastica.
9
Usare solo benzina senza
piombo. La benzina con
piombo provoca gravi danni
alle parti interne del moto-
re.
7CF-28199-U1 (NRDH)_25-56 4/9/14 6:32 PM Page 32