Chicco 05079173110000 AQUARELLE, Instructions Manual

Page: 44 / 112

44 45
WAARSCHUWING: Controleer of de beide armen cor -
rect zijn gemonteerd.
6. Zet de stoffen bekleding "E" met de twee bovenste
ritssluitingen vast aan het frame van de zitting "B"
(Afb. 6).
7. Haal het tussenbeenstuk en de heupriemen van de
structuur van de zitting "C" door de knoopsgaten van
de stoffen bekleding "E" (Afb. 7-7a-7b-7c).
8. Bevestig de stoffen bekleding (E) aan de onderkant
van de structuur van de zitting "C". Breng alle plastic
clips in dit geval op de daarvoor bestemde plaatsen
aan (Afb. 8-8a).
VERKLEINKUSSEN
9. Het verkleinkussen "F" is ideaal vanaf de geboorte en
kan indien nodig worden aangebracht of verwijderd.
Bevestig het aan de zitting door het aan te brengen
op de stoffen bekleding. Haal het tussenbeenstuk
en de heupriemen door de knoopsgaten van het
verkleinkussen "F" (bij gebruik als ligstoeltje), (Afb. 9).
Bij gebruik als hoge kinderstoel moeten tevens de
schouderbanden door de knoopsgaten in het ver-
kleinkussen worden gehaald (Afb. 9a).
SPEELBOOG
10. De speeltjes kunnen aan de speelboog worden be -
vestigd door de linten in de speciale plastic sleuven
in de boog te steken (Afb. 10) en ze met klittenband
vast te zetten.
11. Monteer de speelboog (met het lampje gedraaid
naar de hendel voor schuinverstelling van de rug-
leuning “N”) door de pinnen ervan aan te brengen
in de gaten van het frame van de zitting "B". Druk ze
aan tot ze hoorbaar vastklikken (Afb. 11).
12. Druk de knoppen aan de zijkant tegelijkertijd in om
de schuinverstelling van de speelboog in de drie
mogelijke standen te regelen (Afb. 12).
13. Verwijder de speelboog door de knoppen aan de bin -
nenzijde van de steun van de speelboog in te drukken
en de speelboog omhoog te trekken (Afb. 13).
WAARSCHUWING: Verzeker u er voor ieder gebruik
altijd van dat de speelboog goed is vastgezet.
WAARSCHUWING:
Om te voorkomen dat het kind ver -
strikt raakt en zich bezeert, verwijder dit speelgoed wan -
neer het kind op handen en voeten begint te kruipen.
DE HOOGTE AFSTELLEN
14. Het gemonteerde product kan in elke configuratie
in verschillende hoogtes worden afgesteld. Druk
daarvoor het pedaal voor de hoogteverstelling “M”
in (Afb. 14) en beweeg de zitting omhoog of omlaag
tot de gewenste hoogte is bereikt.
DE RUGLEUNING AFSTELLEN
15. De rugleuning kan in vier verschillende standen
worden afgesteld. Gebruik daarvoor de hendel voor
de schuinverstelling van de rugleuning “N” (Afb. 15).
Stand 1 – Gebruik als wieg (Afb. 15a)
Stand 2/3 – Gebruik als ligstoeltje (Afb. 15b)
Stand 4 – Gebruik als hoge kinderstoel en eerste stoel
aan tafel (Afb. 15c)
Deze afstelling is ook mogelijk met het kind op het pro -
duct. In dat geval zal het een beetje moeilijker gaan.
WAARSCHUWING: Controleer voor het gebruik altijd
of de rugleuning goed vastzit.
HET GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS MET
GELIJKTIJDIGE REGELING
16. Als de stoffen bekleding "E" op de structuur van de
zitting "B" is gemonteerd, zijn het tussenbeenstuk,
de twee heupgordels en de twee schouderriemen
aanwezig (Afb. 16).
17. GEBRUIK ALS WIEG - WAARSCHUWING: De vei-
ligheidsgordels met gelijktijdige regeling moeten
volledig verwijderd worden en buiten bereik van het
kind worden bewaard (Afb. 17).
18. GEBRUIK ALS LIGSTOELTJE - WAARSCHUWING:
Gebruik de 3-punts veiligheidsgordel: tussenbeen-
stuk + heupgordels (Afb. 18).
19. Zet het kind in de zitting bij gebruik als ligstoeltje.
Zet de gordels vast door de twee gesptongen door
de gesp van het tussenbeenstukte halen. Stel de
heupgordels zo af dat ze op de heupen van het kind
liggen (Afb. 19).
20. GEBRUIK ALS HOGE KINDERSTOEL EN EERSTE
STOEL AAN TAFEL - WAARSCHUWING:
Gebruik
de 5-punts veiligheidsgordel: tussenbe
heupg schouderriemen (Afb. 20).
WAARSCHUWING: Bij dit gebruik moet de speel-
boog altijd achter de rugleuning zijn aangebracht.
21. Zet het kind in de zitting bij gebruik als hoge kinder -
stoel. Doe hem de veiligheidsgordels met gelijktijdi -
ge regeling om en steek eerst de twee gesptongen
door de gesp van de schouderriemen (Afb. 21) en
vervolgens in de gesp van het tussenbeenstuk (Afb.
21a). regel de hoogte van de schouderriemen zoda-
nig dat ze op de schouders van het kind rusten.
Zorg ervoor dat de gordels altijd correct zijn vastge -
maakt.
Druk op de zijtongen en trek eraan, om de gordel los
te maken.
WAARSCHUWING
: Doe bij gebruik de gordels altijd
om en steek ze in het tussenbeenstuk, en controleer
zowel de juiste spanning als de juiste bevestiging ervan.
22. De veiligheidsgordels met gelijktijdige regeling kun -
nen worden verwijderd (om ze te wassen of bij het
gebruik als wieg/ligstoeltje).
Verwijder de gordels door de heupgordels en het tus -
senbeenstuk te verwijderen uit de specifieke knoops -
gaten in de stoffen bekleding (Afb. 22-22a-22b). Verberg
ze op het frame van de zitting en verwijder de schou -
derriemen uit de knoopsgaten in de stoffenbekleding
op de rugleuning (Afb. 22c - 22d). Controleer of de ver -
wijderde veiligheidsgordels met gelijktijdige regeling
op juiste wijze weer gemonteerd zijn.
Om de veiligheidssystemen weer aan te brengen volgt
u de hierna beschreven volgorde nauwkeurig:
23. Volg punt 7 van de paragraaf MONTAGE voor de her -
montage van de heupgordels en het tussenbeen-
stuk. Haal voor de schouderriemen de riem door
het knoopsgat, zoals wordt getoond op Fig. 23 en
let erop dat de lengteregelaar geplaatst is zoals op
de afbeelding..
Pak de plastic lus van de schouderbanden vast en doe
hem in de stoffen ring van de riem (Fig. 23a).
Na deze handeling goed te hebben verricht trekt u de
riem omlaag tot de stoffen ring omgedraaid wordt (Fig.
23b-23c).
Na de montage moeten de gordels weer op grond van
de lengte van uw kind worden afgesteld.
REMMEN
24. De 4 wielen zijn allemaal voorzien van een rem; ac -
tiveer de remmen dor de hendel op de wieltjes om -
laag te drukken (Afb. 24)
WAARSCHUWING: Als het product wordt gebruikt,
moeten de vier wieltjes altijd geblokkeerd zijn.
Ontgrendel het remsysteem door de hendels op de
wieltjes omhoog te drukken (Afb. 24a).
SPEELBOOG MET LICHTJES EN GELUID
25. De speelboog heeft een licht- en geluidspaneel dat
met de knoppen op de bovenzijde wordt ingescha -
keld (Afb. 25).
F1 : Toets inschakelen - volume
F2 : Activeert leuke deuntjes
F3 : Activeert het slaapliedje
F4 : Activeert de lichtjes
WAARSCHUWINGEN ELEKTRISCHE ONDERDELEN
SPEELBOOG
26. Om de batterijen in te brengen en/of te vervangen:
draai de schroef van het klepje op de speelboog met
een schroevendraaier los, open het klepje (AFB. 26),
verwijder de lege batterijen uit het batterijencom -
partiment, plaats de nieuwe batterijen en let hierbij
op de correcte plaatsing van de polen (zoals op het
product aangegeven). Plaats daarna het klepje terug
en draai de schroef vast (2 AA 1,5 V batterijen).
• De batterijen dienen altijd door een volwassene te
worden vervangen.
• Gebruik dezelfde of gelijkwaardige alkalinebatterijen
als aanbevolen voor de werking van dit product (2 AA
1,5 V batterijen).
• De batterijen dienen met de polen aan de juiste zijde
worden aangebracht.
• Meng geen verschillende soorten batterijen, of lege
met nieuwe batterijen.
• Houd de batterijen of eventueel gereedschap buiten
het bereik van kinderen.
• Zorg ervoor dat er geen kortsluiting tussen de voe -
dingsklemmen ontstaat.
• Verwijder de lege batterijen uit het product, teneinde
te vermijden dat mogelijk gelekte vloeistof het pro -
duct beschadigt.
• Verwijder de batterijen als het product lange tijd niet
gebruikt wordt.
• Verwijder de batterijen uit de speelboog alvorens u het
afdankt.
• Werp lege batterijen nooit in het vuur of in het milieu