156
e) Wiel vervangen
De banden zijn op de velg vastgekleefd opdat ze niet van de velg kunnen worden losgemaakt. Wanneer de banden
zijn afgereden, moet daarom het gehele wiel worden vervangen.
Na het losmaken van de wielmoer (B) trekt u het wiel van
de wielas (D) af.
Aansluitend wordt het nieuwe wiel geplaatst zodat de in-
bus binnen aan de velg precies op de wielmeenemer-moer
(A) steekt.
Schroef het wiel met bij het begin verwijderde wielmoer
(B) op de wielas vast. Gebruik echter bij het vastschroe-
ven geen geweld aangezien anders het wiel maar moeilijk
draait, waardoor de aandrijving kan worden beschadigd.
Let bovendien op de juiste opstelling van de wielmoeren
(B) tijdens het vastschroeven. Het wielmoer is een zgn.
stopmoer; de kunststof ring in de stopmoer moet naar bo
-
ven wijzen.
Mogelijkerwijze biedt de wielmeenemermoer (A) bij het
verwijderen van het wiel in de velg steken of lost ze zich
van de wielas (D). Let er dan op dat de meenemerstift (C)
niet uitvalt of verloren gaat.
Wanneer later het wiel opnieuw wordt gemonteerd, moet
er absoluut worden gecontroleerd dat de meenemerstift
(C) precies in het midden van de wielas (D) steekt in
de overeenkomstige bout in de wielmeenemermoer (A)
steekt.
Aan de achterwielen kan er bij een ontbrekende meene-
merstift (C) geen draaimoment van de motor op het wiel
worden overgedragen; het wiel draait vrij door.
Bij de voorwielen zou een ontbrekende meenemerstift (C)
ertoe leiden dat het wiel niet meer draait. Hier dient de
meenemerstift namelijk als aanslag bij het vastschroeven
van de wielmoeren.
Summary of Contents for 1408946
Page 162: ...162 ...
Page 163: ...163 ...