Novy CORNUAL CANNULATION SET, Manual, Page: 44 / 68

44
MOGELIJKE ONGEWENSTE VOORVALLEN
De volgende ongewenste voorvallen zijn gemeld of kunnen een probleem vormen bij gebruik van dit soort
instrument. Patiënten moeten geadviseerd worden dat de volgende risico’s bestaan:
1. Ectopische zwangerschap. Patiënten die eerder een blokkering van de tubae uterinae hebben gehad,
kunnen een groter risico van een ectopische (tubaire) zwangerschap hebben nadat de tubae zijn
geopend. De mate van het hogere risico is onbekend.
2. Beschadiging van normale tubae uterinae. Het is onbekend of deze ingreep normale tubae uterinae
kan beschadigen, of de patiënte die normale tubae heeft blootstelt aan een groter risico voor een
daaropvolgende ectopische (tubaire) zwangerschap.
3. Dissectie van de tubae uterinae. Het is mogelijk dat deze katheter een incisie kan maken in de wand van
de tuba, onder de epitheelbekleding, en blokkering of vernauwing van het lumen van de tuba uterina
kan veroorzaken. Dit kan leiden tot steriliteit, onvruchtbaarheid of groter risico van ectopische (tubaire)
zwangerschap.
4. Pijn of ongemak. Sommige patiënten kunnen krampen of andere buikpijn ervaren.
5. Extravasatie. Kleurstof die, of contrastmiddel dat, de normale anatomische beperkingen van de tubae
overschrijdt kan duiden op extravasatie en daaruit voortvloeiende beschadiging van de tubae.
6. Perforatie, bloeding, infectie van de tubae uterinae. Er bestaat een klein, maar wezenlijk risico van
perforatie, bloeding en infectie van de tubae uterinae bij gebruik van dit type instrument. De mate van
dit risico is niet vastgesteld.
DE SET BEVAT
• Introductiekatheter met zijarmadapter en Tuohy-Borst adapter
• Verstevigingsobturator
(niet bij alle sets meegeleverd)
• Binnenste katheter met 1-cm markeringen en Tuohy-Borst adapter
• Voerdraad met verwijderbare silicone veiligheidsdop
• Luerlock-dop
AANBEVOLEN GEBRUIKSAANWIJZING VOOR HET GEBRUIK VAN DE NOVY
UTERUSHOORNCANULATIESET BIJ HYSTEROSCOPIE
NB: De Novy uterushoorncanulatieset moet in de hysteroscoop worden geladen voordat met
het onderzoek wordt begonnen; zo wordt gezorgd dat de introductiekatheter vrijelijk in de
hysteroscoop kan bewegen.
1. Houd de obturator (indien deze is meegeleverd) op zijn plaats en voer de introductiekatheter op in het
werkkanaal van de hysteroscoop.
2. Verwijder de verstevigingsobturator uit de introductiekatheter en sluit de rechte arm van de adapter af
met de meegeleverde Luerlock-dop. Deze poort wordt gebruikt voor irrigatie of suctie en injectie van
chromotubatieoplossing of contrastmiddel in het cavum uteri.
3. Draai de Tuohy-Borst adapter op de binnenste katheter los en breng de voerdraad in; plaats de distale
tip van de voerdraad ter hoogte van de tip van de katheter. Draai de Tuohy-Borst adapter vast om de
voerdraad op zijn plaats vast te zetten.
4. Draai de Tuohy-Borst adapter op de zijarm van de adapter van de introductiekatheter los, houd de
voerdraad op zijn plaats en voer de binnenste katheter via de introductiekatheter op totdat beide
kathetertippen op gelijke hoogte zijn. Noteer voor latere verwijzing de positie van de proximale
afstandsmarkeringen op de binnenste katheter ten opzichte van de Tuohy-Borst adapter op de
zijarmadapter. De eerste markering moet ter hoogte van de Tuohy-Borst adapter zijn.
5. Verwijder de binnenste katheter en de voerdaad uit de introductiekatheter en draai de Tuohy-
Borst adapter op de zijarmadapter vast om hem af te dichten en om lekkage van vloeistof of gas te
voorkomen.