22
23
GEBRUIKSAANWIJZING
ONDERDELEN
A. Draagzak
B. Hoofdsteun
C. Opening waar de armen doorheen moeten (draagwijze
gezicht naar mama)
D. Bovenste bevestigingsgesp
E. Onderste bevestigingsgesp en zijdelings afstelsysteem
F. Verstelgordel draagzak
G. Zitting
H. Knop voor overdwars dragen
I. Schouderbanden
J. Gewatteerde rugsteun
K. Verstelsysteem ruggedeelte
L. Ergonomische verstelring
M. Lus voor de gordels
N. Beenbescherming
O. Overdwarse bescherming
P. Onderste gesp
BELANGRIJKE MEDEDELINGEN
• BELANGRIJK: LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING AAN-
DACHTIG DOOR, OM GEVAREN BIJ HET GEBRUIK TE
VOORKOMEN. BEWAAR ZE VOOR LATERE RAADPLE-
GING.
HOUD U ZORGVULDIG AAN DEZE INSTRUCTIES, OM DE
VEILIGHEID VAN UW KIND NIET OP HET SPEL TE ZETTEN
• LET OP: VERWIJDER VOOR HET GEBRUIK EVENTUELE
PLASTIC ZAKKEN EN ALLE ANDERE VERPAKKINGSON-
DERDELEN EN GOOI ZE WEG OF HOUD ZE IN IEDER GE-
VAL BUITEN HET BEREIK VAN BABY’S EN KINDEREN.
WAARSCHUWINGEN
• Gebruikscategorie: vanaf de geboorte, van 3,5 kg tot 9 kg.
• Gebruik de draagzak alleen als u staat of loopt.
• LET OP: gebruik de draagzak niet tijdens sportactiviteiten.
• LET OP: doe de draagzak altijd om, voordat u het kind
erin zet.
• Deze draagzak mag niet worden gebruikt om een kind op
uw rug te vervoeren.
• Verzeker u er voor het gebruik van dat de gordels goed zijn
aangebracht en afgesteld en dat de gespen vastzitten.
• Het is raadzaam dat u zit, als u het kind in de draagzak zet
of het kind eruit haalt.
• Vanaf het moment dat het kind zijn hoofd omhoog en de
schouders recht kan houden, ongeveer vanaf de 4e levens-
maand, kan het omgedraaid, dus met zijn gezichtje naar
de straat worden gedragen.
• Als het kind eenmaal in de draagzak zit, controleert u
zorgvuldig of de omvangregelaars goed zijn afgesteld. Ver-
ander ze anders eventueel.
• Gebruik de draagzak voor niet meer dan één kind tegelijk.
• Controleer altijd of er genoeg ruimte rond het gezicht van
het kind is, zodat het voldoende lucht krijgt.
• Gebruik de draagzak niet als onderdelen stuk of gescheurd
zijn of ontbreken.
• Breng geen niet door de fabrikant geleverde accessoires,
reserveonderdelen of onderdelen aan de draagzak aan.
• LET OP: u kunt uw evenwicht verliezen door uw eigen be-
wegingen en die van het kind.
• LET OP: kijk uit als u zich bukt of voorover buigt. Verzeker
u ervan dat de armen het kind goed ondersteunen.
• Denk eraan dat het kind in de draagzak eerder op klimato-
logische veranderingen zal reageren dan degene die hem
draagt.
• LET OP: laat het kind nooit onbewaakt in de draagzak als
hij niet wordt gedragen.
REINIGINGS- EN ONDERHOUDSTIPS
REINIGEN
Houd u aan de instructies op het wasetiket.
Controleer de stevigheid van de stof en de gordels na iedere
wasbeurt.
Met koud water op de hand wassen
Niet bleken
Niet mechanisch drogen
Niet strijken
Niet chemisch laten reinigen
ONDERHOUD
Controleer de draagzak regelmatig op eventuele losse na-
den, beschadigingen of ontbrekende delen. Gebruik het pro-
duct in dat geval niet.
OVERDWARS DRAGEN
DE DRAAGZAK DRAGEN
LET OP: doe de draagzak altijd om, voordat u het kind erin
zet.
LET OP: bij overdwars dragen moet de overdwarse bescher-
ming (O) altijd zijn gemonteerd, aangezien het de veilig-
heid van het kind garandeert bij die manier van dragen.
Overdwars dragen is een gebruikswijze die bijzonder ge-
schikt is voor kinderen tot een leeftijd van 3-4 maanden.
1. Maak de schouderbanden met de speciale gespen (P)
vast, die zich onderaan het middelste gedeelte van de
draagzak bevinden (fig. 1).
2. Leg de schouderbanden met behulp van de knop (H), die
zich op één van de banden bevindt, op één lijn.
3. Om de draagzak om te doen, steekt u een arm en het
hoofd door beide schouderbanden (fig. 3).
4. Pas de lengte van de schouderbanden met de speciale
regelaars aan (fig. 4).
5. Gebruik de rugsteun (J) als schouderband (fig. 5).
HET KIND IN DE DRAAGZAK ZETTEN
Om deze handeling te verrichten, is het raadzaam het kind
in de draagzak te zetten, terwijl u zit en de draagzak op de
schoot of op een tafel houdt.
6. Controleer of de gespen aan de zijkant open zijn en leg
het kind met het gezicht naar u toe in de draagzak. Let erop
dat u de benen goed door de openingen haalt. Verzeker u er
altijd van dat u het kind goed vasthoudt en wees voorbereid
op iedere beweging die het kindje maakt (fig. 6).
7. Maak beide gespen van de openingen aan de zijkanten
vast door ze onder de lipjes door te halen en ze omlaag te
trekken, tot u een klik hoort ter bevestiging (fig. 7).
LET OP: verzeker u er altijd van dat u de gespen goed heeft
vastgemaakt.
8. Stel de lengte ervan af voor een gemakkelijke en veilige
houding van het kind. De buikomvang en de opening voor
de benen moeten altijd worden afgesteld, zodat de draag-
zak nooit te wijd of te nauw is, maar goed is aangepast aan
de lichaamsbouw van het kind (fig. 8).
9. Zet de gewatteerde gordel vast door de beide gespen aan
de uiteinden vast te maken. Pas de lengte met de speciale
regelaars aan de zijkanten van de rugsteun (M) aan (fig. 9).
LET OP: controleer altijd dat er genoeg ruimte rond het ge-
zicht van het kind is, zodat het voldoende lucht krijgt.
NL
Summary of Contents for SOFT AND DREAM
Page 4: ...4 A 3 B 4 1 2...
Page 5: ...5 6 10 8 9 7 5...
Page 6: ...6 11 14 12 15 13A 13B...
Page 7: ...7 16B 16A 18 17 19 20...
Page 8: ...8 21 22 23 25 24 26...
Page 9: ...9 27 28A 28B 29 30...
Page 30: ...30 A B C D E F G H I J K L M N O P 3 5 9 4 O 3 4 1 1 2 H 3 3 4 4 5 J 5 6 6 7 7 8 8 9 GR...
Page 34: ...34 RUS A B C D E F G H I J K L M N O P 3 5 9 4 O 3 4 1 P 1 2 H 3 3 4 4 5 J 5 6 6 7 7 8...
Page 36: ...D F G I J K L N 3 5 9 4 3 4 1 1 2 3 3 4 4 5 J 5 6 6 7 7 BG...
Page 38: ...38 SA A B C D E F G H I J K L M N O P 3 5 9 O 3 4 P 1 1 H 2 3 3 4 4 J 5 5 6 6 7 7 8 8 9 9 M...