
FD450/ Translation of the original instructions
5) Laat het bovenste gedeelte van de rolbeugel zakken en breng de bouten in (fig. 48, ref. B).
6) Verwijder de bouten van het onderste deel van de rolbeugel (fig. 49, ref. C – D).
7) Laat de hele rolbeugelconstructie zakken en breng de bouten in (fig. 50, ref. E).
Belangri
jk:
Verlaag de rolbeugel enkel wanneer absoluut noodzakelijk
.
Om de rolbeugel omhoog te brengen, volgt u de hieronder beschreven procedure:
1) Parkeer de machine op een vlakke ondergrond.
2) Schakel de aftakas uit, laat het maaidek zakken en activeer de parkeerrem.
3) Zet de motor af en verwijder de sleutel.
4) Verwijder de bouten van het onderste deel van de rolbeugel(fig. 50, ref. E).
5) Til de hele rolbeugelstructuur op en breng de bouten in (fig. 49, ref. C - D).
6) Verwijder de bouten van het onderste deel van de rolbeugel (fig. 48, ref. B).
7) Til het bovenste gedeelte van de rolbeugel op en plaats de bouten (fig. 47, ref. A).
ZETELOPHANGING EN KANTEL AFSTELLING ZETEL
Gebruik de plastic knop (fig. 51, ref. F) om de stoelvering af te stellen, door hem met de klok mee
of tegen de klok in te draaien, mo de ophanging harder of zachter te make. De stoel kantelen door
op de hendel achter de stoel te duwen (fig. 52, ref. G).
HELLENDE TERREINEN
Bij werkzaamheden op hellingen en/of op oneffen en nat wegdek met hoger risico op kantelen, is het
absoluut noodzakelijk verticale positie en de veiligheidsgordels vastgemaakt.
Steile terreinen moeten in
de mate van het mogelijke in de richting omhoog/omlaag worden bereden. Let zeer goed op
wanneer u van rijrichting verandert, de wielen die naar boven gericht zijn en ze mogen niet tegen
obstakels botsen (keien, takken, wortels, enz.) waardoor u de controle over de machine kunt
verliezen. Als de aandrijfwielen dreigen te slippen, regelt u de twee veren voor het zweven van het
maaidek zodat die meer gewicht op de aandrijfwielen brengen, en bijgevolg ook meer trekkracht
uitoefenen (fig. 10). Beoordeel de verschillende situaties en let op wanneer het terrein vochtig is en
het gras nat is, omdat de machine kan wegschuiven. Start traag om naar beneden te rijden en
vermijd om over droog of afgereden gras te rijden omdat de wielen hun hechtingsvermogen
verliezen. Gebruik de machine niet op hellingen van meer dan 12° (21%).
URENTELLER
De machine is uitgerust met een urenteller met 3 verschillende functies:
1) Hij laat altijd het aantal gewerkte uren zien, zelfs als de sleutel niet in het contact zit.
2) Hij laat het aantal uren zien tot de volgende olieverversing (OIL CHANGE IN...HS). De eerste
olieverversing moet gebeuren na de eerste 20 werkuren, daarna elke 100 werkuren. De indicator
“OIL CHANGE” knippert automatisch als het nodig is de olie te verversen.
3) Hij laat het aantal uren zien tot de volgende smering (LUBE IN...HS). Smering moet uitgevoerd
worden elke 40 werkuren. De smeerindicator “LUBE” knippert automatisch wanneer de smering
uitgevoerd moet worden.
Door op de witte knop te drukken kan je de functie kiezen die op de uurteller weergegeven moet
worden.
4) Om de urenteller te resetten na een olieverversing of een smering, ga je als volgt te werk:
Druk op de knop tot het respectievelijk alarm weergegeven wordt (OIL CHANGE IN...HS of LUBE
IN...HS). Hou dan de knop 6 seconden lang ingedrukt tot het alarm stopt met knipperen.
INTERVENTIES VAN DE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN
Denk er altijd aan dat de motor stilvalt telkens:
- de bediener van de stoel komt als de parkeerrem is uitgeschakeld en de PTO is ingeschakeld.
Bovendien start de motor niet als:
- de maaimessen niet ingeschakeld zijn
- u niet op de stuurplaats neerzit en de parkeerrem niet is ingeschakeld;
- het rijpedaal niet in de stopstand is;
92
Summary of Contents for FD450
Page 2: ......
Page 103: ...1 4 8 9 10 11 12 13 101...
Page 104: ...2 3 5 6 7 14 102...
Page 107: ...Fig 1 Fig 2 3 4 6 A 2 1 B 5 105...
Page 108: ...Fig 3 Fig 4 Fig 5 Fig 6 Fig 7 10 9 15 A 8 7 12 14 13 11 A B 106...
Page 109: ...Fig 7A Fig 8 Fig 9 Fig 10 Fig 11 Fig 12 A B A A A A A B 107...
Page 110: ...Fig 13 Fig 14 Fig 15 Fig 16 Fig 17 G F E D C B A A B A B A C B 108...
Page 111: ...Fig 18 Fig 19 Fig 20 Fig 21 Fig 22 A A A B B A A A B B C 109...
Page 112: ...Fig 23 Fig 24 Fig 25 Fig 26 Fig 27 Fig 28A A B A D E A B C A A F 110...
Page 113: ...Fig 28B Fig 29 Fig 30 Fig 31 Fig 32 Fig 33 A B B A C A B A C A A C C 111...
Page 114: ...Fig 34 Fig 35 Fig 36 Fig 37 Fig 38 A B A A A C 112...
Page 115: ...Fig 39 Fig 40 Fig 41A Fig 41B A A B 113...
Page 116: ...Fig 42 Fig 43 Fig 44 Fig 45 Fig 46 Fig 47 A B D E F C A B A 114...
Page 117: ...115...
Page 119: ......