4 8
GESCHIKTE SCHALEN , TIPS EN ADV IES
N
ED
ER
LA
N
D
S
Het magnetronvermogen eerder te laag dan te hoog
instellen. Zo bereikt u een gelijkmatig dooiresultaat.
Als het mag netro nvermo g en te ho o g ingesteld is,
wordt het oppervlak van het voedsel reeds gaar, terwijl
het binnenste gedeelte nog bevroren is.
OMDRAAIEN/ROEREN
Vrijwel alle g erechten mo eten af en to e een keer
worden omgedraaid of geroerd. Delen, die aan elkaar
vastzitten, zo spoedig mogelijk van elkaar scheiden en
a nd e rs ra ng sc hikke n. 1 Kle ine re ho e ve e lhe d e n
o ntdo o ien gelijkmatiger en sneller dan gro te. W ij
adviseren daaro m zo klein mo gelijke po rties in te
vriezen. Zo kon u snel en gemakkelijk hele menu’s
sa menstellen. G evo elig e g erec hten, z o a ls ta a rt,
slagroom, kaas en brood, niet geheel ontdooien, maar
slechts vo o rdo o ien en o p kamertemperatuur verder
laten ontdooien. Daardoor voorkomt u dat de buitenste
gedeelten reeds te heet worden, terwijl de binnenste
nog bevroren zijn. De standtijd na het ontdooien van
voedsel is zeer belangrijk, omdat de dooiprocedure
gedurende deze tijd wordt voortgezet. In de dooitabel
vindt u de standtijd voor verschillende gerechten. Dikke,
co mpacte gerechten hebben een langere standtijd
no dig dan vlakke o f g erechten met een po reuze
structuur. Als het voedsel niet voldoende ontdooid is,
kan u het verder ontdooien in de magnetron of de
standtijd dieno vereenko mstig verlengen. G erechten
na de standtijd bij vo o rkeur o nmiddellijk verder
verwerken en niet opnieuw invriezen.
HET KOKEN VAN VERSE GROENTEN
●
Let bij het kopen van groenten op, dat de stukken
zo veel mo g elijk van g elijke g ro o tte zijn. Dit is
vooral van belang, wanneer u de groenten heel
wilt koken (bijv. ongeschilde aardappelen).
●
G ro enten vo o r de bereiding wassen, panklaar
maken en pas dan de vereiste hoeveelheid voor
het recept afwegen en snijden.
●
Kruidt zoals normaal, maar voeg in het algemeen
pas na het koken zout toe,
●
Per 500 gr. groenten bij benadering 5 EL water
to evo eg en. G ro enten die rijk aan vez els z ijn,
he b b e n w a t me e r w a te r no d ig . De no d ig e
gegevens hierover vindt u in de tabel (blz. 51).
●
Groenten worden in het algemeen in een schaal met
deksel gekookd. Vloeistofrijke groenten, zoals bijv. uien
of geschilde aardappelen, kunnen zonder toevoeging
van water in magnetronfolie worden gekookd.
●
G ro enten na de helft van de ko o ktijd ro eren o f
omdraaien.
●
Na het koken dient u de groenten bij benadering
2 min. te laten staan,zodat de temperatuur zich
gelijkmatig verspreid (standtijd).
●
De vermelde ko o ktijden zijn richtlijnen en zijn
afhankelijk van gewicht, uitgangstemperatuur en
ho edanigheid van de gro enten. Ho e verser de
groenten, des te korter zijn de kooktijden.
HET KOKEN VAN VLEES, VIS EN GEVOGELTE
●
Let bij het ko pen van vlees o p, dat de stukken
zoveel mogelijk van gelijke grootte zijn. O p die
manier krijgt u een goed kookresultaat.
●
Vlees, vis en gevogelte voor de bereiding grondig
w a sse n o nd e r stro me nd ko ud w a te r e n me t
ke uke npa pie r b e tte n. Da a rna z o a ls no rma a l
verder werken.
●
Rundsvlees dient goed behangen te zijn en weinig
pezen te bevatten.
●
O nd a nks d e g e lijkma tig e g ro o tte va n d e
vleesstukken kan het kookresultaat verschillend zijn.
Dit hangt onder andere af van het soort vlees, van
het verschillende vet- en vloeistofgehalte alsmede
van de temperatuur van het vlees voor het koken.
●
Vanaf een kooktijd van 15 min. verkrijgt men een
natuurlijke bruinering, die door de toepassing van
bruineringsmiddelen nog kan worden versterkt. O m
daarnaast een knapperig oppervlak te verkrijgen,
dient u bruineringsserviesgoed te gebruiken of het
vo edsel o p het fo rnuis aan te braden en in de
magnetron te laten gaar sudderen. O p die manier
verkrijgt u tegelijkertijd een bruine substantie voor
de toebereiding van de saus.
●
G ro tere vlees-, vis- en g evo g eltestukken na de
halve kooktijd draaien, zodat ze van alle kanten
gelijkmatig gaar worden.
●
Be d e k uw b ra a d vle e s na he t ko ke n me t
aluminiumfolie en laat het bij benadering 10 min.
rusten (standtijd). G edurende deze tijd kookt het
braadvlees na en de vlo eisto f wo rdt gelijkmatig
verdeeld, zodat er bij het snijden minder vleessap
verloren gaat.
ONTDOOIEN EN KOKEN VAN VOEDSEL
Diepvriesgerechten kunnen in de magnetron in één keer
worden ontdooid en tegelijkertijd worden gekookd. In de
tabel vindt u hiervan enkele voorbeelden. Let u bovendien
o p de a lg e me ne a a nwijz ing e n b ij “ ve rwa rme n” e n
“
o ntdo o ien” van vo edsel. Vo o r to ebereiding van in de
handel gebruikelijke panklare diepvriesprodukten dient u
zich aan de gegevens van de fabrikant op de verpakking te
houden.