BelFox 47-21-i, Руководство по установке

Страница: 222 / 288

30
9.19. Snelheid:
In dit menupunt kunt u de snelheid waarmee de poort "OPEN" of "DICHT" loopt
individueel instellen. Dit is een procentuele spanningsinstelling, dus de instel-
ling is niet volledig lineair.
9.20. Zachte start
In dit menu kunt u de snelheid instellen waarmee de aandrijving altijd start, en
ook de duur van de softstart kan hier worden ingesteld.
9.21. Zachte start OPEN
LET OP
!
Om veiligheidsredenen moet een uitloopafstand van minstens 60 cm worden
geprogrammeerd! Dit komt overeen met de procentuele waarden in de tabel
volgens punt 9.22.
In dit menu kunt u de snelheid instellen waarmee de aandrijving in de soft-
stoprichting OPEN naar beneden loopt, de lengte van de softstop kan hier ook
in procenten worden ingesteld.
9.22. Zachte start GESLOTEN
LET OP
!
Om veiligheidsredenen moet een uitloopafstand van minstens 60 cm worden
geprogrammeerd! Dit komt overeen met de percentages die in onderstaande
tabel.
In dit menu kunt u het toerental van de aandrijving in de softstoprichting DICHT
instellen, de lengte van de softstop kan hier ook in procenten worden inge-
steld.
vrije openingsbreedte in m 1 2 3 4 5 6 7 8 9
minimumuitgangsroute 60% 30% 20% 15% 12% 10% 9% 8% 7%
vrije openingsbreedte in m 10 11 12 13 14 15 16 17 >17
minimumuitgangsroute 6% 5% 5% 5% 4% 4% 4% 4% 4%
31
9.23. Waarden wissen
In dit menu heeft u de mogelijkheid om de volgende waarden te wissen:
1: ----- Niets verwijderen
2: Krachten Alleen geleerde krachten verwijderen
3: Paden + krachten Geleerde manieren en krachten uitwissen
4: Instellingen Alle menu-instellingen wissen
9.24. Ritenteller
Dit menu is een puur weergave menu, hier kunt u het aantal cycli aflezen dat
tot nu toe is uitgevoerd. Deze waarde kan niet worden gewist of gereset.
9.25. Version
Dit menu is een puur weergave menu, hier kunt u zien welke software versie is
geprogrammeerd in de controller.
9.26. Motorische parameters
Dit menu-item is een displaymenu voor de motorparameter.
9.27. Noodhulpfunctie
In dit menu kunt u de noodfunctie activeren of deactiveren (zie hoofdstuk 7.5.:
Toetsingangen A-D). Na een RESET van de besturingseenheid is de noodfunctie
niet meer actief.
9.28. Herstart
In dit menu kunt u de herstart activeren of deactiveren.
Als er na het inschakelen van de spanning een actief commando op de ingan-
gen A-D wordt gedetecteerd, starten de besturingen de motor om de gewenste
toestand/eindpositie in te nemen. Als een veiligheidsingang ook als actief
wordt gedetecteerd, wordt het begin van de eindpositie niet uitgevoerd.
Ingang A Start de oprit tijdens het automatisch sluiten en houdt
de deur open.
Ingang B Start de drive-up in de functie "Omhoog zonder stop".
Ingang C
Start de nadering in de functie "Sluiten zonder stop".
De herstart is inactief na een RESET van de regelaar.