nl
nl-25
(1) Vooruit
(2) Achteruit
Minihendel
(optioneel)
Bedieningshendel
Hendel om te schakelen tussen voor-
waarts en achterwaarts.
Voorwaarts
........... naar voren duwen
Achterwaarts
..... naar achter trekken
De snelheid van vooruit- en achteruit-
rijden kan worden gewijzigd met het
intrappen van het gaspedaal.
Opmerking:
• Stop het voertuig voordat u wisselt
tussen vooruit- en achteruitrijden.
• Laat het gaspedaal volledig los, zet
de bedieningshendel in de neutrale
stand en ga in de bestuurdersstoel
zitten zodra het OPS-systeem is
geactiveerd. U kunt nu opnieuw
gaan rijden
• Bedien de bedieningshendel altijd
alleen terwijl u in de bestuurders-
stoel zit.
• Afhankelijk van de voertuigspecifi-
caties kan de positie van de bedie-
ningshendel variëren.
(1) Dalen
(2) Heffen
Hefhendel
Heffen en dalen van de vork.
Heffen
................ naar achter trekken
Dalen
.................... naar voren duwen
De hefsnelheid kan worden gewijzigd
met het intrappen van het gaspedaal
en het naar achter trekken van de hef-
hendel.
De daalsnelheid kan worden gewijzigd
met het naar voren duwen van de hef-
hendel.
Opmerking:
• Laat het gaspedaal volledig los, zet
alle bedieningshendels in de neu-
trale stand en ga in de bestuur-
dersstoel zitten zodra het OPS-
systeem is geactiveerd. U kunt nu
opnieuw gaan rijden.
• Als u weer in de stoel zit terwijl u de
hefhendel op dalen zet, zal de vork
niet dalen en in neutrale stand gaan.
• Bedien de hefhendel altijd terwijl u
in de bestuurdersstoel zit.
(1)
(2)
(1)
(2)
(1) Hefvergrendeling opheffen
Opmerking:
• Als u de stationaire functie voor het
verhogen van de hefsnelheid
gebruikt (optioneel), zal het motor-
toerental automatisch omhoog
gaan als u aan de hefhendel trekt.
De vork zal op constante snelheid
omhoog gaan zonder dat u het gas-
pedaal hoeft in te trappen.
• Als de contactsleutel op OFF staat,
zal de vork niet dalen ook al wordt
de hendel geactiveerd (hefvergren-
deling met behulp van contactsleu-
tel).
• Als de vork niet laat dalen wegens
een storing in het systeem of een
andere oorzaak, kunt u deze laten
dalen door de hefvergrendeling op
te heffen.
• Als u de vork laat dalen met behulp
van de ontgrendeling van de hefver-
grendeling, moet u daarna de ver-
grendeling weer activeren.
(1) Vooruit
(2) Achteruit
Kantelhendel
De mast voorwaarts en achterwaarts
kantelen.
Voorwaarts
........... naar voren duwen
Achterwaarts
..... naar achter trekken
De voorwaartse of achterwaartse kan-
telsnelheid kan worden gewijzigd door
het gaspedaal in te trappen en de hen-
del te gebruiken.
Opmerking:
• Laat het gaspedaal volledig los, zet
alle bedieningshendels in de neu-
trale stand en ga in de bestuur-
dersstoel zitten zodra het OPS-
systeem is geactiveerd. U kunt nu
opnieuw gaan rijden.
• Bedien de kantelhefboom altijd
alleen terwijl u goed in de bestuur-
dersstoel zit.
(1)
(2)
(1)
05_A5028-0EA04_Nl.fm 25 ページ 2012年12月6日 木曜日 午後12時2分
Содержание 02-8FDF15
Страница 80: ...en 79 en 01_A5028 0EA04_En fm 75...
Страница 158: ...es 79 es 02_A5028 0EA04_Es fm 75...
Страница 236: ...fr 79 fr 03_A5028 0EA04_Fr fm 75...
Страница 314: ...de 79 de 04_A5028 0EA04_De fm 75...
Страница 392: ...nl 79 nl 05_A5028 0EA04_Nl fm 75...