Nederl
a
nd
s
1
5
0
WILO SE 0
5
/
2
010
Storings-/bedrijfsmeldingen
ESM/SSM:
• Voor een centr
a
le
b
e
s
turing
s
pl
aa
t
s
k
a
n er een verz
a
mel
s
toring
s
mel-
ding (SSM) op de m
as
ter worden
aa
nge
s
loten.
• Hier
b
ij m
a
g
a
lleen het cont
a
ct
a
lleen op de m
as
ter worden toegewe-
zen.
• De weerg
a
ve geldt voor het gehele
a
ggreg
aa
t.
• A
a
n de m
as
ter (of vi
a
de IR-monitor/PDA) k
a
n deze melding
a
l
s
enkel-
(ESM) of verz
a
mel
s
toring
s
melding (SSM) in het menu <
5
.1.
5
.0>
geprogr
a
mmeerd worden.
• Voor de enkel
s
toring
s
melding moet het cont
a
ct op iedere pomp wor-
den toegewezen.
EBM/SBM:
• Voor een centr
a
le
b
e
s
turing
s
pl
aa
t
s
k
a
n er een verz
a
mel
b
edrijf
s
mel-
ding (SBM) op de m
as
ter worden
aa
nge
s
loten.
• Hier
b
ij m
a
g
a
lleen het cont
a
ct
a
lleen op de m
as
ter worden toegewe-
zen.
• De weerg
a
ve geldt voor het gehele
a
ggreg
aa
t.
• Deze melding k
a
n op de m
as
ter (of vi
a
de IR-monitor/PDA)
a
l
s
enkel-
(EBM) of verz
a
mel
b
edrijf
s
melding (SBM) worden geprogr
a
mmeerd
(menu <
5
.1.
6
.0>).
• De functie
s
”St
a
nd-
b
y”, ”Bedrijf” en ”Net-A
a
n” v
a
n EBM/SBM kunnen
onder <
5
.7.
6
.0> op de m
as
ter worden inge
s
teld.
• Voor de
a
fzonderlijke
b
edrijf
s
melding moet het cont
a
ct op elke pomp
worden toegewezen.
Bedieningsmogelijkheden op de
slavepomp
Op de
s
l
a
ve kunnen
b
eh
a
lve ”Extern Off” en ”Pomp
b
lokkeren/
vrijgeven” geen in
s
tellingen worden inge
s
teld.
6.3.3
Bedrijf bij onderbreking van de
communicatie
Bij een onder
b
reking v
a
n de communic
a
tie geven
b
eide di
s
pl
a
y
s
de
foutcode ”E0
52
” weer. Gedurende de onder
b
reking gedr
a
gen
b
eide
pompen zich
a
l
s
a
fzonderlijke pompen.
• Beide module
s
melden de
s
toring vi
a
het ESM/SSM-cont
a
ct.
• De
s
l
a
vepomp dr
aa
it in nood
b
edrijf (regel
b
edrijf) volgen
s
het eerder
inge
s
telde noodtoerent
a
l op de m
as
ter (zie menu punten <
5
.
6
.
2
.0>).
F
ab
riek
s
in
s
telling v
a
n het noodtoerent
a
l i
s
b
ij
2
/4-polig
n = 1
85
0/
925
omw/min.
• N
a
d
a
t de foutweerg
a
ve i
s
b
eve
s
tigd, ver
s
chijnt de
s
t
a
tu
s
weerg
a
ve
gedurende de onder
b
reking in de communic
a
tie op
b
eide pompdi
s
-
pl
a
y
s
. Hierdoor wordt teven
s
het ESM/SSM-cont
a
ct gere
s
et.
• Op het di
s
pl
a
y v
a
n de
s
l
a
vepomp wordt het
s
ym
b
ool (
- pomp
dr
aa
it in nood
b
edrijf) weergegeven.
• De (voorm
a
lige) hoofdpomp
b
lijft ver
a
ntwoordelijk voor de regeling.
De (voorm
a
lige)
s
l
a
vepomp houdt zich
aa
n de in
s
tellingen voor het
nood
b
edrijf. Het nood
b
edrijf k
a
n
a
lleen verl
a
ten worden door het
a
ctiveren v
a
n de f
ab
riek
s
in
s
telling, het verhelpen v
a
n de onder
b
re-
king in de communic
a
tie of door de netvoeding uit en weer in te
s
ch
a
-
kelen.
AANWIJZING
Tijden
s
de onder
b
reking in de communic
a
tie k
a
n de (voorm
a
lige)
s
l
a
ve niet in het regel
b
edrijf dr
aa
ien, omd
a
t de druk
s
en
s
or op de m
as
-
ter i
s
aa
nge
s
loten. W
a
nneer de
s
l
a
ve in het nood
b
edrijf dr
aa
it kunnen
er geen wijzigingen worden
aa
nge
b
r
a
cht
aa
n de module.
• N
a
d
a
t de onder
b
reking in de communic
a
tie i
s
verholpen, herv
a
tten de
pompen het norm
a
le du
bb
elpomp
b
edrijf zo
a
l
s
voor de
s
toring.