C0211001-07-16-NL
142
Bediener
: Natuurlijke persoon of rechtspersoon die daadwerkelijke controle op de technische werking van de apparaten en de
airconditioningsinstallaties uitoefent. Een lidstaat van de Europese Gemeenschap kan in specifieke en vastomlijnde omstandigheden de
eigenaar als verantwoordelijk beschouwen voor de plichten van de bediener.
Onderhoudsmonteur:
Door de eigenaar bevoegde persoon om op de Climaveneta unit alle afstel- en controlehandelingen te verrichten die
uitdrukkelijk in deze handleiding vermeld zijn, waar hij zich streng aan dient te houden en waarbij hij zich moet beperken tot het verrichten van
datgene wat uitdrukkelijk onder zijn taken valt.
Technicus
: Rechtstreeks door Climaveneta bevoegde persoon om alle handelingen te verrichten gerelateerd aan gewoon en buitengewoon
onderhoud en elke afstelling, controle, reparatie en vervanging van onderdelen die nodig mocht blijken te zijn tijdens de levensduur van de unit.
Buiten Italië en buiten de landen waar Climaveneta rechtstreeks met een eigen filiaal aanwezig is, is de distributeur van Climaveneta onder zijn
eigen volledige verantwoordelijkheid verplicht om ervoor te zorgen dat hij over voldoende technici beschikt in verhouding tot de grootte van het
gebied en de omvang van de omzet.
3.3 Toegang tot de unit
De unit moet neergezet worden op een plaats waar alleen de
BEDIENERS, de ONDERHOUDSMONTEURS
en de
TECHNICI
toegang toe hebben;
als dit niet het geval is dient de unit omringd te worden met een omheining die op een afstand van tenminste twee meter van de externe
oppervlakken van de unit geplaatst moet worden.
Het personeel van de
INSTALLATEUR
of eventuele andere bezoekers moeten altijd vergezeld worden door een
BEDIENER
. Onbevoegden mogen
absoluut niet alleen bij de unit gelaten worden.
De
ONDERHOUDSMONTEUR
moet zich beperken tot het handelen op de bedieningselementen van de unit; hij mag geen enkel schakelpaneel
openen behalve het paneel dat toegang geeft tot de bedieningsmodule. De
INSTALLATEUR
moet zich beperken tot het handelen op de
verbindingen tussen de installatie en de unit.
Als men zich toegang verschaft tot de unit moet men over de nodige persoonlijke beschermingsmiddelen beschikken en de documentatie en de
aanwijzingen die altijd binnen handbereik gehouden moeten worden gelezen en begrepen hebben.
3.4 Voorzorgsmaatregelen tegen restrisico's
Voorzorgsmaatregelen tegen mechanische restrisico’s
De unit dient volgens de voorschriften die in deze handleiding staan vermeld geïnstalleerd te worden.
Alle onderhoudswerkzaamheden die door deze handleiding voorgeschreven worden dienen regelmatig uitgevoerd te worden.
Er dienen beschermingsmiddelen (handschoenen, oogbescherming, veiligheidshelm enz.) gedragen te worden die geschikt zijn voor de
werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden; er mogen geen kleren of accessoires gedragen worden die verstrikt kunnen raken of
meegezogen kunnen worden door de luchtstroom; lang haar moet bij elkaar gebonden en op het hoofd vastgezet worden alvorens zich
toegang te verschaffen tot de binnenzijde van de unit.
Alvorens één van de panelen van de unit open te doen moet eerst gecontroleerd worden of het betreffende paneel door middel van scharnieren
stevig met de unit verbonden is.
De lamellen van de warmtewisselaars, de randen van de onderdelen en de metalen panelen kunnen snijwonden veroorzaken.
Er mogen geen beschermende delen van de beweegbare elementen verwijderd worden wanneer de unit in werking is.
Er dient gecontroleerd te worden of de beschermende delen van de beweegbare elementen goed op hun plaats zitten alvorens de unit in
werking te stellen.
Ventilatoren, motoren en riemaandrijvingen kunnen in beweging zijn; alvorens zich hiertoe toegang te verschaffen moet altijd gewacht worden
totdat zij tot stilstand zijn gekomen en moeten de nodige voorzorgsmaatregelen genomen worden om inschakeling ervan te voorkomen.
De unit en de leidingen hebben erg hete en erg koude oppervlakken die het risico van verbranding met zich meebrengen.
De maximaal toelaatbare druk (PS) van het watercircuit van de unit die op het typeplaatje staat mag niet overschreden worden.
Alvorens elementen van de onder druk staande watercircuits te verwijderen moet het betreffende leidinggedeelte afgesloten worden en moet
de vloeistof geleidelijk afgevoerd worden totdat de druk i balans is met de atmosferische druk.
Men mag de handen niet gebruiken om eventuele koelmiddellekken te controleren.
Voorzorgsmaatregelen tegen elektrische restrisico’s
De unit dient door middel van de externe scheidingsschakelaar van het net losgekoppeld te worden alvorens het elektrische schakelpaneel
open te maken.
Er dient gecontroleerd te worden of de unit op de juiste manier geaard is alvorens de unit in werking te stellen.
De unit dient op een geschikte plaats geïnstalleerd te worden; met name als de unit bestemd is voor binnengebruik mag de unit niet buiten
geïnstalleerd worden.
Er mogen geen kabels gebruikt worden waarvan de doorsnede niet geschikt is of losse verbindingen ook niet tijdelijk of in geval van nood.
In geval van units met herfaseercondensatoren, moet er 3 minuten gewacht worden vanaf het moment dat de stroom naar de unit
uitgeschakeld is alvorens in het elektrische schakelpaneel te komen.
Als de unit uitgerust is met centrifugaalcompressoren met geïntegreerde inverter moet de elektrische voeding afgekoppeld worden en moet er
minstens 15 minuten gewacht worden alvorens zich er toegang toe te verschaffen om onderhoudswerkzaamheden uit te voeren: de inwendige
onderdelen blijven gedurende deze tijd onder spanning staan en brengen dus het risico van elektrische schokken met zich mee.
Voorzorgsmaatregelen tegen restrisico’s van andere aard
De unit bevat koelgas onder druk: er mag niets aan apparatuur die onder druk staat gedaan worden behalve tijdens
onderhoudswerkzaamheden die uitgevoerd worden door vakkundig en bevoegd personeel.
De aansluiting van de installatie op de unit dient volgens de voorschriften die in deze handleiding opgenomen zijn en die op de panelen van de
unit staan tot stand gebracht te worden.
Het watercircuit bevat schadelijke stoffen. Er mag niet uit het watercircuit gedronken worden en het contact van de inhoud met de huid, de ogen
en de kleding dient vermeden te worden.
Om risico's voor het milieu te voorkomen moet ervoor gezorgd worden dat eventuele gelekte vloeistoffen ingeschikte houders opgevangen
worden met inachtneming van de plaatselijke voorschriften.
Indien er een bepaald onderdeel gedemonteerd wordt dient gecontroleerd te worden of het betreffende onderdeel weer op de juiste manier
gemonteerd wordt alvorens de unit opnieuw in werking te stellen.
Indien de geldende voorschriften bepalen dat er brandbeveiligingssystemen in de buurt van de machine opgesteld moeten worden, moet
gecontroleerd worden of deze geschikt zijn om brand op elektrische apparatuur, smeerolie van de compressor en koelmiddel te blussen zoals
voorgeschreven in de betreffende veiligheidsinformatiebladen (bijvoorbeeld een CO2 blusapparaat)
Indien de unit is voorzien van overdrukontlastingssystemen (veiligheidsventielen): wanneer deze systemen inschakelen komt het koelgas op
hoge temperatuur en snelheid vrij; er moet voorkomen worden dat het vrijkomende gas schade aan personen of voorwerpen kan aanrichten;
indien nodig moet de afvoer op passende wijze geleid worden met inachtneming van de voorschriften van de norm EN 378-3 en de geldende