110
Nl
Dit toestel heeft extra menu’s die worden getoond op het display op het voorpaneel. Het uitgebreide instelmenu biedt
aanvullende handelingen om de manier waarop dit toestel functioneert aan te passen. Verander de begininstellingen
(hieronder vet gedrukt aangeduid) op basis van uw specifieke systeem en uw voorkeuren.
• Alleen
A
MASTER ON/OFF
,
N
STRAIGHT
en
M
PROGRAM
functioneren terwijl u het uitgebreide instellingsmenu gebruikt.
• Er kunnen geen andere handelingen worden verricht terwijl u het uitgebreide instelmenu aan het gebruiken bent.
• Het uitgebreide instelmenu is alleen beschikbaar via het display op het voorpaneel.
1
Druk op
A
MASTER ON/OFF
op het voorpaneel
nog eens in zodat deze naar buiten komt in de OFF
stand om dit toestel uit te schakelen.
2
Houd
N
STRAIGHT
ingedrukt en druk
vervolgens
A
MASTER ON/OFF
naar binnen
naar de ON stand om dit toestel in te schakelen.
Het toestel wordt ingeschakeld en de melding
“ADVANCED SETUP” zal verschijnen op het
display op het voorpaneel.
3
Verdraai de
M
PROGRAM
schakelaar om de
parameter te selecteren die u wilt aanpassen.
4
Druk herhaaldelijk op
N
STRAIGHT
om de
geselecteerde parameterinstelling te wijzigen.
5
Druk
A
MASTER ON/OFF
nog eens in zodat deze
naar buiten komt, naar de OFF stand om de nieuwe
instelling op te slaan en dit toestel uit te schakelen.
y
De gewijzigde instellingen worden van kracht zodra u dit toestel
de volgende keer aan zet.
■
Luidsprekerimpedantie
SPEAKER IMP.
Gebruik deze functie om de luidsprekerimpedantie van het
toestel aan te passen aan die van uw luidsprekers.
■
Sensor voor de afstandsbediening
REMOTE SENSOR
Met deze functie kunt u de ontvanger voor de signalen van
de afstandsbediening die zich bevindt op het voorpaneel
van dit toestel aan of uit zetten.
In de meeste gevallen raden we u aan deze instelling op “ON” te
laten staan.
■
Inschakelen bij RS-232C gebruik
RS-232C STANDBY
Met deze functie kunt u dit toestel gegevens via de RS-
232C interface laten versturen terwijl het toestel uit
(standby) staat.
Begininstelling:
[Modellen voor de V.S. en Canada]: YES
[Overige modellen]: NO
■
Afstandsbediening ID-instelling
REMOTE CON AMP
Gebruik deze functie om de afstandsbedienings-ID van dit toestel
in te stellen voor herkenning van afstandsbedieningssignalen.
Instellen van de afstandsbedienings-ID
Gebruik deze functie om de afstandsbedienings-ID in te stellen.
Deze functie is handig wanneer u meerdere Yamaha AV
ontvangers of versterkers regelt met de afstandsbediening.
Geavanceerde setup
Opmerkingen
Gebruiken van het uitgebreide instelmenu
Keuze
Beschrijving
8
Ω
MIN
Selecteer deze instelling om de luidsprekerimpedantie
in te stellen op 8
Ω
. De impedantie van elk van de
luidsprekers moet 8
Ω
of hoger zijn.
6
Ω
MIN
Selecteer deze instelling om de
luidsprekerimpedantie in te stellen op 6
Ω
. De
impedantie van elke luidspreker moet 6
Ω
of hoger
zijn (alleen voor-luidsprekers: 4
Ω
of hoger).
EFFECT
STRAIGHT
MASTER
Houd ingedrukt
Keuze
Beschrijving
ON
Selecteer deze instelling als u de ontvanger voor de
signalen van de afstandsbediening aan wilt zetten.
OFF
Selecteer deze instelling als u de ontvanger voor de
signalen van de afstandsbediening uit wilt zetten.
Opmerking
Keuze
Functies
YES
Selecteer deze instelling om dit toestel gegevens te
kunnen laten versturen via de RS-232C interface.
NO
Selecteer deze instelling om dit toestel geen
gegevens te kunnen laten versturen via de RS-
232C interface.
Keuze
Beschrijving
ID1
Selecteer deze instelling wanneer de ID van de
afstandsbediening ingesteld is op “ID1”
ID2
Selecteer deze instelling wanneer de ID van de
afstandsbediening ingesteld is op “ID2”