84
Nl
Grafische gebruikersinterface (GUI) menu
■
Monitor Info. (Beeldscherminformatie)
Gebruik deze functie om de informatie te controleren
(interface en frequentie voor elke videoresolutie) over de
beeldschermen die aangesloten zijn op de HDMI OUT 1
en HDMI OUT 2 aansluiting van dit toestel.
y
Druk herhaaldelijk op
9
h
om heen en weer te schakelen
tussen “OUT1” (informatie over het beeldscherm aangesloten
op de HDMI OUT 1 aansluiting) en “OUT2” (informatie over
het beeldscherm verbonden met de HDMI OUT 2 aansluiting).
Via dit menu kunt u de netwerkinstellingen wijzigen.
Als u uw netwerkconfiguratie hebt gewijzigd, is het
mogelijk dat u de netwerkinstellingen daaraan zult moeten
aanpassen.
y
U kunt alle parameters in “Network” resetten naar de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen met “NETWORK” in
“INITIALIZE” in “ADVANCED SETUP” (bladzijde 111).
■
Configuration (Netwerkconfiguraties)
Gebruik deze functie om de netwerkparameters (IP adres
enz.) te bekijken of deze met de hand te wijzigen.
DHCP (DHCP instelling)
Gebruik deze functie om te bepalen of dit toestel de
netwerkinstellingen kan verkrijgen (IP adres, subnet
masker, standaard gateway, primaire DNS server en
secundaire DNS server) van de DHCP server voor het
aangesloten netwerk.
IP Address (IP adres)
Gebruik deze parameter om het aan dit toestel toegewezen
IP adres te specificeren. Deze waarde mag niet hetzelfde
zijn als een die reeds gebruikt wordt voor andere
apparatuur in het beoogde netwerk.
Subnet Mask (Subnet masker)
Gebruik deze parameter om het aan dit toestel toegewezen
subnet masker te specificeren.
y
In de meeste gevallen kan de waarde voor het subnet masker
worden ingesteld als “255.255.255.0”.
Default Gateway (Default gateway)
Gebruik deze parameter om het IP adres van de standaard
toegewezen gateway te specificeren.
DNS Server (P) (Primaire DNS server)
DNS Server (S) (Secundaire DNS server)
Gebruik deze parameter om de IP adressen van de
primaire en secundaire DNS (Domain Name System)
servers te specificeren.
Als u slechts één DNS adres heeft, vul dit dan in bij “DNS
Server (P)”. Als u twee of meer DNS adressen heeft gekregen,
vul er dan één in bij “DNS Server (P)” en een andere bij “DNS
Server (S)”.
■
Network Standby (Netwerkmenu bij
standby)
Gebruik deze functie om te selecteren of dit toestel de
opdrachten via een LAN netwerk accepteert wanneer dit
toestel uit (in standby) staat.
Wanneer “Network Standby” staat ingesteld op “On”, neemt het
stroomverbruik in standby toe.
■
Information (Netwerkinformatie)
Gebruik deze functie om de netwerk-systeeminformatie te
kunnen bekijken.
MAC Address
(MAC (Media Access Control) adres)
Deze informatie geeft het MAC adres weer dat is
toegewezen aan dit toestel.
Status (Netwerkstatus)
Deze informatie geeft de status van de huidige verbinding
met het netwerk weer.
Display status: 10BASE-T, 100BASE-TX, No Link,
Full Duplex, Half Duplex
“No Link” verschijnt wanneer er geen verbinding met het
netwerk is gemaakt.
System (Systeem ID)
Deze informatie geeft de systeemidentificatie weer die is
toegewezen aan dit toestel.
Setup (Network)
Opmerking
Keuze
Beschrijving
On
Selecteer deze instelling wanneer dit toestel de
netwerkinstellingen kan verkrijgen van de
DHCP server voor het aangesloten netwerk.
Off
Selecteer deze instelling wanneer u de
netwerkinstellingen met de hand wilt instellen.
Opmerking
Keuze
Beschrijving
Off
Accepteert geen handelingen via een LAN
netwerk wanneer dit toestel uit (in standby)
staat.
On
Accepteert handelingen via een LAN netwerk
wanneer dit toestel uit (in standby) staat.
Opmerking
Opmerking