103
nl
5.
Gebruik van de camerabesturingseen-
heid Full HD PV470 en de camerakop
PV471/PV472/PV473
5.1
Opstellen
Accessoires aansluiten
GEVAAR
Gevaar voor verwondingen door ontoelaatbare configuratie bij gebruik
van andere componenten!
►
Let erop dat de classificatie van alle gebruikte componenten over-
eenstemt met de classificatie van het gebruiksonderdeel (type CF)
van het toegepaste apparaat.
GEVAAR
Kans op verwonding door gebruik van apparaten of componenten die
niet van het type-CF zijn!
►
Raak niet tegelijk de patiënt en het apparaat aan.
►
Breng de patiënt niet in direct contact met het apparaat.
Combinaties van accessoires die niet in deze gebruiksaanwijzing worden
vermeld, mogen uitsluitend worden gebruikt als ze uitdrukkelijk voor de
beoogde toepassing bestemd zijn. De vermogenskenmerken en veiligheids-
aspecten mogen daarbij niet nadelig worden beïnvloed.
Alle apparaten die aan de interfaces worden aangesloten, moeten daar-
naast aantoonbaar voldoen aan de toepasselijke IEC-normen (bijv.
IEC 60950 voor gegevensverwerkingsapparatuur en IEC/DIN EN 60601-1
voor medische elektrische apparaten).
Alle configuraties moeten voldoen aan de basisnorm IEC/DIN EN 60601-1.
De persoon die apparaten met elkaar verbindt, is verantwoordelijk voor de
configuratie en moet ervoor zorgen, dat voldaan wordt aan de basisnorm
IEC/DIN EN 60601-1 of de betreffende nationale normen.
►
Als u nog vragen hebt, kunt u contact opnemen met uw
B. Braun/Aesculap-partner of de Technische Service van Aesculap,
adres zie Technische dienst.
Videokabel aansluiten
Sluit de videokabels aan zoals op de afbeeldingen, zie Eerste inwerking-
stelling.
Verbinding met communicatie-interface (optioneel)
Met de communicatie-interface aansluiting, kan de LED-lichtbron OP940
worden via het FULL HD CMOS-camerasysteem worden ingeschakeld en in
de standby-modus worden geschakeld, zie aansluitschema's 1, 2 of 3. Om
deze afstandsbediening van de lichtbron te gebruiken, moet de communi-
catie-interface kabel OP942 de twee apparaten met elkaar verbinden.
►
Sluit de communicatie-interface-kabel OP942 aan tussen de LED-licht-
bron OP940 en de camerabesturingseenheid
11
.
De MAQUET TEGRIS-ingang gebruiken
Via de MAQUET TEGRIS-ingang
15
kan het apparaat worden aangesloten
op het MAQUET TEGRIS-systeem voor de centrale bediening van de appa-
ratuur.
Als het apparaat is aangesloten, kunnen alle belangrijke functies en instel-
lingen van het camerasysteem:
■
via de TEGRIS-besturing worden geregeld en
■
op het TEGRIS-beeldscherm worden weergegeven.
Als het MAQUET TEGRIS-systeem aangesloten en geactiveerd is, kunnen de
functies en instellingen van het camerasysteem via het apparaat en via het
MAQUET TEGRIS-systeem worden ingesteld en weergegeven.
Bij gelijktijdige bediening heeft de invoer op het apparaat prioriteit. Artsen
en het verplegend en onderhoudspersoneel moeten grondig vertrouwd zijn
met het instellen en gebruik van het MAQUET TEGRIS-systeem, zie TEGRIS-
documentatie voor informatie over instellen, gebruik en het opsporen van
storingen.
Voedingsnet aansluiten
GEVAAR
Levensgevaar door elektrische schok!
►
Sluit dit product uitsluitend aan op een voedingsnet met rand-
aarde.
►
Steek de voedingskabel op de achterkant van de camerabesturingseen-
heid in de voedingsingang
6
.
►
Steek de netstekker in het stopcontact van de huisinstallatie.
►
Steek de potentiaalvereffeningskabel in de potentiaalvereffeningsaan-
sluiting
10
van de camerabesturingseenheid.
►
Steek de stekker van de potentiaalvereffeningskabel in een stopcontact
van de huisinstallatie.
►
Zorg ervoor dat de achterkant van het apparaat te allen tijde toegan-
kelijk is.
5.2
Functionele test
Camerabesturingseenheid
►
Inspecteer de camerabesturingseenheid op uitwendige beschadigingen,
tekenen van schokken of blootstelling aan overmatige krachten.
Voedingskabel
►
Controleer of de voedingskabel niet gebarsten, geknikt of verdraaid is.
Videokabel
►
Controleer of de videokabel niet gebarsten, geknikt of verdraaid is.
Camerakop met endo-objectief en camerakabel
Opmerking
Het endo-objectief is vast met de camera verbonden en kan dus niet worden
verwijderd!
WAARSCHUWING
Infectiegevaar door verontreinigde of besmette producten!
►
Desinfecteer de camerakop en camerakabel voor elk gebruik of
gebruik een steriele hoes.
►
Let erop dat het frontglaasje van het endo-objectief op de camerakop
helemaal schoon is. Reinig het indien nodig met isopropylalcohol
(70 %).
►
Controleer of de instelring voor de focusseerring
18
vlot draait zonder
hapering.
►
Controleer of de camerakabel
26
niet gebarsten, geknikt of verdraaid
is. Indien beschadigd mag de camerakop niet worden gebruikt.
►
Controleer of de pinnen van de verbindingsstekker
25
niet kromgebo-
gen zijn en of er geen vocht in de stekker zit.
►
Zorg ervoor dat de behuizing van de camerakop niet beschadigd of
gebroken is. Indien beschadigd mag de camerakop niet worden
gebruikt.
►
Richt de camerakop op een voorwerp in de ruimte, focusseer het beeld
en controleer de beeldkwaliteit.