Montage- en Bedieningshandleiding
G932.1 - 06/2010
NL-21
NL
17
Opsporen van fouten/Verhelpen van storingen
GEVAAR!
Risico op letsel door vallende voorwerpen!
Het lastopnamemiddel kan kantelen wanneer het zich
vasthaakt.
–
Lier onmiddellijk stoppen
–
Oorzaak vaststellen en fout verhelpen.
Storing
Oorzaak
Oplossing
De motor start maar de kabel beweegt niet.
Kabelopstopping in de lier door beschadigde of verkeerde kabel.
Belemmering in de kabeluitgang.
–
Last opvangen (bijv. met spieklem of takel).
–
Kabel voor en achter de lier doorsnijden.
–
Lier ter reparatie opsturen.
–
Indien aanwezig reservelier met nieuwe kabel installeren.
De last is blijven haken of is vastgebonden.
–
Last voorzichtig bevrijden resp. losmaken.
–
Kabel, aanslagmiddel en lastopnamemiddel op veilige werking
controleren.
Lier loopt niet.
Besturing niet ingeschakeld.
–
Besturing inschakelen.
NOODSTOP-toets ingedrukt.
–
NOODSTOP-toets ontgrendelen.
Netvoeding onderbroken.
–
Oorzaak vaststellen en fout verhelpen.
Voedingskabel tussen netaansluiting en besturing onderbroken.
–
Alle kabels en aansluitingen controleren en evt. repareren.
Stroomtoevoer verkeerd aangesloten resp. nulgeleider ontbreekt.
–
Aansluiting door een elektromonteur laten corrigeren.
–
Evt. door de fabrikant laten ombouwen.
Veiligheidsuitschakeling na oververhitting wegens gebrekkige
motorkoeling.
–
Reinig de motorkap.
Veiligheidsuitschakeling door oververhitting wegens te hoge of te lage
spanning.
–
Onder last de spanning en de stroomopname van de motor door
een vakbekwame elektromonteur laten meten.
–
Evt. leidingdoorsneden verhogen.
Evt. zijn twee fasen in de toevoerleiding verwisseld. De ingebouwde
bescherming tegen verwisseling van de fasen blokkeert de besturing.
–
Fasewisselaar in stekker 180° draaien, zie Afb.19.