115
nl
2.3.3
Implantaat in het implantaat bed
inbrengen
Implantaat met inbrenginstrument opnemen
►
Kies het implantaat overeenkomstig de grootte van
het proefimplantaat.
►
Neem het implantaat met de beschermende ver-
pakking uit de steriele verpakking.
►
Implantaat
a
in beschermende verpakking op dub-
bel vlak
7
van het inzetinstrument
A
steken, zie
Afb. 7. Let daarbij op de uitlijning van het proefim-
plantaat (oriëntatie aan de hand van de opdruk op
het inbrenginstrument).
Afb. 7 Implantaat aan inbrenginstrument koppelen
Legenda
a
Implantaat
►
Schakelaar
2
naar rechts draaien (richting ), zie
Afb. 3.
►
Implantaat op 0°-positie houden, zie Afb. 8.
Afb. 8 Implantaat in stand 0
►
Draaimoer
3
aan het inzetinstrument
A
rechtsom
(richting “fix”) draaien, tot het implantaat is
gespannen, zie Afb. 4.
►
Maak de beschermende verpakking los van het
implantaat.
►
Controleer of het implantaat goed vastzit.
Implantaat met botmateriaal vullen (optioneel)
►
Implantaat
a
in vulhouder
E
leggen, zie Afb. 9.
Daarbij op implantaatlengte letten (opschrift op de
vulhouder: L26/L30/L34).
Afb. 9 Implantaat in vulhouder
►
Botsplinters of botvervangingsmateriaal met in de
set aanwezige stamper in het binnenvenster van
het implantaat
a
comprimeren. Zorg er daarbij voor
dat de impactor het implantaatoppervlak niet
beschadigt.
Implantaat inbrengen
►
Implantaat
a
met inzetinstrument
A
recht (0°-
positie) in voorbereid implantaatbed inbrengen.
Daarbij met een hamer voorzichtig op het slagvlak
van de draaimoer
3
slaan.
Afb. 10 Implantaat in het implantaatbed inbrengen
a
7
a
A
a
7
A
a
E
A
a
a
A
Summary of Contents for Aesculap TSPACE 3D
Page 2: ......
Page 3: ...A C D E 1 2 3 4 5 6 7 B F ...