B) Controleer of de leidingdraden niet worden geklemd
door het deksel.
C) Controleer de instelling van de leidingdraad.
7. Controleer of de filter niet is beschadigd. Indien de
filter is beschadigd, moet u hem vervangen (onderdeel
nr. 192103), waarbij u controleert of de leidingen niet
klem zitten (fig. 31).
8. Vervang het bovendeksel, en let er daarbij op dat er
geen draad klem komt te zitten (fig. 32).
9. Vervang de bout van de inbusschroef (fig. 33).
10. Voer altijd 5-10 testcycli uit op afvalmateriaal voor
gebruik op een afgewerkt oppervlak, aangezien een
reinigingsresidu kan worden uitgestoten [SB-TC1] (fig.
34).
REINIGING & SMERING
Zorg ervoor dat u alle veiligheidswaarschuwingen in
deze handleiding en reinigingsprocedures hebt gelezen
en begrepen voordat u het gereedschap gaat gebruiken
of reinigen. Het nalaten van de instructies kan resulteren
in ernstig letsel.
WAARSCHUWING
: Zorg ervoor dat de 4 bouten met een
inbussleutel zijn vastgemaakt aan het cilinderhoofd voordat
u het gereedschap bedient. Losse of ontbrekende bouten
kunnen leiden tot lekkage van brandende gassen met letsel
voor de gebruiker en schade aan het gereedschap en
eigendom tot gevolg.
1. Controleer voor reiniging of het gereedschap volledig
is afgekoeld, en verwijder dan alle nagels, de
brandstofcel en de accu uit het gereedschap (fig. 35).
2. Gebruik 4mm hexagonale sleutels, verwijder de
hexagonale bout van de inbussleutel en bewaar deze (fig
36) (M5 x 14).
3. Til de bovenklep los (fig. 37).
4. Verwijder de filterassemblage op het cilinderhoofd
(fig. 38).
5. Koppel de bougieverbinding los van de bougie (fig. 39)
en ontkoppel voorzichtig de motorleiding (fig. 40).
6. Gebruik een 4mm hexagonale sleutel om de 4
hexagonale bouten van de inbusschroef in de
cilinderkop (fig. 41) (M54 x 20, 4pcs).
7. Til de cilinderkop voorzichtig van de
verbrandingskamer (fig. 42).
8. Zorg ervoor dat u de ventilatorbladeren niet
beschadigt, verwijder de o-ring voorzichtig van de
ventilator (fig. 43 & 44).
9. Maak met een droge doek alle bezinksels uit de o-ring.
(Fig. 49) Controleer of de o-ring beschadigd is en vervang
hem indien nodig (Onderdeel nr.192114) (fig. 45).
10. Reinig de cilinderkop met “brake cleaner”, en let
daarbij extra op de bougie. (fig. 46).
11. Een kleine borstel kan handig zijn om puin te
verwijderen. Het kan nodig zijn dit 2 of 3 keer te herhalen
voordat de kop schoon is (fig. 47).
12. Verwijder de o-ring op het cilinderhoofd (fig. 48).
13. Smeer de o-ring in met Bostitch Gas nagelapparaat
smeermiddel (onderdeel nr. SB-20CL) (fig. 49).
14. Spuit “brake cleaner" in de cilinder om residu los te
maken (fig. 50).
15. Duw de zuiger naar beneden met een stomp
instrument (bijvoorbeeld de hendel van een
schroevendraaier) (fig.51).
16. Houd het gereedschap ondersteboven, spuit “brake
cleaner” in de verbrandingskamer, zodat al het residu uit
de achterkant van het gereedschap valt. Misschien moet
u dit 2 of 3 keer doen. Gebruik een kleine borstel om het
hardnekkige residu los te maken (fig. 52).
17. Gebruik een schroevendraaier of dergelijk werktuig
om de aandrijfschijf terug in het gereedschap te duwen.
(fig. 53).
18. Duw de nagelaanvoer terug om de beveiliging van
het gereedschap uit te zetten en duw de contactarm op
een hard oppervlak naar beneden. Smeer met Bostitch
Gas nagelapparaat smeermiddel (onderdeel nr. SB-20CL)
olie rond de buitengroef in de verbrandingskamer, waar
zich de o-ring bevindt (fig. 54).
19. Controleer of de o-ring exact op de cilinderkop is
geplaatst, en zet de cilinderkop voorzichtig terug op de
kop van het gereedschap, waarbij u ervoor zorgt dat u
het ventilatorblad niet beschadigt (fig. 55).
20. Druk het lichaam naar beneden, monteer de
cilinderkop en controleer of de o-ring niet vastzit. Plaats
de 4 bouten voor inbusschroeven (fig. 56).
21. Trek de 4 bouten voor inbusschroeven terug naar hun
oorspronkelijke posities met een 4mm hexagonale
sleutel. (doe een van de 4 bouten voor inbusschroeven
door de bedradingsplaat). Maak de bouten voor
inbusschroeven vast terwijl u de draad door de
bedradingsplaat stevig vastmaakt (fig 57 & 58).
22. Controleer of de o-ring goed is geplaatst door de
nagelaanvoer naar achteren te trekken en de
contactarm naar beneden te duwen (fig. 59).
23. Verbind de draad van de motorleiding en dan de
draad van de leiding van de bougie (fig. 60 & 61).
Summary of Contents for GCN40T
Page 89: ...2002 96 EC 2006 66 EC Bostitch Bostitch GNC40T GF28WW GF33PT Stanley Bostitch StanleyBostitch...
Page 90: ...40 C StanleyBostitch Stanley Bostitch Stanley Bostitch DC 89 686 EEC EEC EN166...
Page 91: ...50 C 120 F 0 32 F 40 C 104 F 0 C 32 F 40 C 104 F 0 40 C 0 C 40 C 20 25 C 15...
Page 94: ...1 2 3 horseplay 1 2 3 4 5 50 C 120 F...
Page 95: ...1500m 5000ft 0 C 30 F 1 1 3 2 3 3 3 2 3 4 1 4 5 OFF 2 i 6 ii 7 8 iii 9 5 1 9 2 10 3 11 10...
Page 101: ...100mm 0 5 50 C 120 F Bostitch Bostitch Bostitch 50 C 120 F Bostitch Bostitch Bostitch...
Page 235: ......
Page 236: ......
Page 237: ......
Page 238: ......