90
5. Vakbegrippen
2WD, 4WD
2 resp. 4 aangedreven wielen („2-/4-wheel drive“)
Asgewricht (C-hub)
Daarin draait de wielas. De stuurhevels bevinden zich aan de voorste fusees.
Fuseepennen
Stuuras van het wiel. Verbindt de fusee draaibaar met de fuseedrager (tussen bovenste en onderste wieldraagarm).
Astap
De as waar het wiel opgeschroefd zit en waar het wiel omheen draait.
Chassis
Het “frame” van het voertuig, dus strikt genomen alleen de bodemplaat.
CVD aandrijfas
Een as die aan de ene kant met een stalen tap in de meenemer van het differentieel pakt en aan de andere kant via een cardankoppeling spelingsvrij en
zodoende slijtarm met de wielas verbonden is. Zo is de aandrijving van het wiel ook bij een sterke stuurinslag (en een sterk gebogen as) gewaarborgd.
Demperbrug
Het bovenste einde van de schokdempers van een as (rechts en links) is vooraan of achteraan aan de demperbrug geschroefd. De schokdempers zijn dus in
zekere zin via de demperbrug met elkaar verbonden.
Differentieel
Compensatiedrijfwerk. Compenseert verschillende toerentallen tussen bv. de wielen in binnen- en buitenbochten.
Smooraanslagschroef
Regelt de minimum luchttoevoer naar de carburateur bij stationair toerental.
Ontvanger
Ontvangt en “vertaalt” de stuursignalen van de afstandsbedieningszender (richting en intensiteit) voor de servo en de rijregelaar. Het ontvangerkristal dat op
het zenderkristal afgestemd is zorgt voor een perfecte communicatie tussen de zender en ontvanger. De zender- en het ontvangerkristal zijn zo op elkaar
afgestemd dat de signalen van parallel gebruikte zenders geen invloed op de ontvanger (en het modelvoertuig) hebben.
Failsafe
Elektronische schakeling die bij een onderbreking van het draadloze contact (bv. als de reikwijdte overschreden wordt, bij overdrachtsfouten of als de
spanning van de accu van de ontvanger te laag is) de aangesloten servo in een vrij kiesbare positie zet. Als het draadloze contact weer opgebouwd is, zal de
servo weer normaal op de stuurcommando´s reageren. De failsafe functie kan zowel in de ontvanger geïntegreerd zijn als ook als bijkomend component
tussen de ontvanger en de servo gestoken worden.
Gas/remservo
De servo stuurt zowel de carburateurschuif als de schijfremmen.
Hoofdsproeiernaald
Regelt de brandstoftoevoer naar de carburateur.
Stuurservo
Servomotor die via een hevel een mechanische stuurfunctie uitvoert. Deze servo zorgt via de spoorstangen voor de stuurinslag. Een geïntegreerde servosaver
in de servostuurhevel beschermt de servo tegen beschadigingen die veroorzaakt kunnen worden door harde schokken aan de wielen die via de spoorstangen
naar de servoaandrijving geleid worden.
Luchtfilter
Het luchtfilter is van schuimplastic en verhindert dat stof en verontreinigingen via de aanzuigopening in de carburateur en de motor binnendringen. De
luchtfilter moet altijd met luchtfilterolie worden behandeld.
Naloop
As van de asgewrichtpen in de rijrichting. Als het snijpunt van een denkbeeldige lijn evenwijdig met de asgewrichtpen evenwijdig ligt met de ondergrond voor
het band-opstandspunt, dan spreekt men van naloop.
Hydraulische schokdempers
De schokdemper bestaat uit een schroefveer met een oliegevulde cilinder in het centrum waarin een zuiger op en neer kan gaan. De schroefveer steunt op
een schotel aan het einde van de zuigerstang en een kartelmoer of een afstandsring aan de buitenkant van de cilinder. De voorspanning van de veer kan
ingesteld worden door de kartelmoer of de verschillend dikke afstandsringen te verdraaien. De veer dempt het uitsturen van de ashelften bij het rijden over
oneffenheden in de bodem. Het in- en uitveren wordt gedempt door de olie die door de zuiger loopt. Door de keuze van verschillende demperoliën kunnen de
dempingseigenschappen gevarieerd worden. De schokdemper is tussen de demperbrug boven en de onderste wieldraagarm bevestigd. De inveerweg wordt
door een kunststof manchet beperkt.
Содержание Carbon Breaker Pro
Страница 122: ...114 ...
Страница 123: ...115 ...