46
BEDIENING vIA RADIO (fig. 10 - pag. 6)
vERSCHILLENDE WERkINGSMODES
Het is mogelijk het systgeem van op afstand te bedienen via een Cardin hand-
zender Om de kanalen A-B-C-D te kunnen bedienen met de 2 kanalen gebruikt
men de jumper "
j4
":
- in de positie "
A
" functie kanaal 1,
TD;
- in de positie "
B
"functie kanaal 2, (klemmen 9 en 10) enkel indien de jumper
"J5" in positie 2 werd geplaats.
Het sequentieel bevel is instelbaar (dip 1) als "open-stop-sluiten-stop" of
"open-sluit" functie.
GEHEUGENMODULE (M1)
De codes worden opgelsagen in een verwijderbaar, niet vlichtige EEPROM.
Deze heeft een capaciteit van 300 codes en houdt deze bewaard bij eventuele
spanningsuitval.
Alvorens voor het eerst codes op te slaan is het aan te raden dit
geheugen volledig te wissen volgens onderstaande procedure.
Indien om één of andere reden de besturingskaart vervangen
dient te worden kan men deze geheugen kaart verwijderen en in
de nieuwe print inbregen;
IAanduiding LED "L4" (pag. 6)
LED knippert snel :
wissen van een code
LED knippert traag:
opslag van een code
LED brand continu:
geheugen vol .
A) BEHEER vAN DE ZENDERCODES
Opslaan van een code : (pag 6)
1. Druk op de toets “P2” (MEMO) ,de Led “L4” brandt traag alternerend.
2. Zendt tezelfdertijd met de zender het te programmeren kanaal uit.
3. Houdt de knop “P2" ingedrukt tot de Led “L4” opnieuw begint te pinken.
4. Laat de knop los, de led blijft alterneren.
5. Activeer de zender nog eens (zelfde kanaal/zelfde zender)
6. Einde van de memorisatie, de Led “L4” blijft nog 2 seconden branden om aan
te duiden dat de zender correct werd opgeslagen.
Opmerking:
* Het is niet mogelijk om een reeds opgeslagen code op te slaan. Indien men dit
probeert, zal de Led doven wanneer de zender ingedrukt wordt.
* Enkel nadat de drukknop “P1” losgelaten wordt kan men verder gaan met de
programmatie van codes.
* Indien men tussen de eerste keer dat men de zender indrukt tijdens de pro-
grammatie en de tweede keer meer dan 15 seconden wacht, zal de code niet
opgeslagen worden in het geheugen.
B) Het wissen van een code (pag 6)
1. Houdt de drukknop “P2” (DELETE) ingedrukt, de Led “L3” zal snel alterneren.
2. Activeer de zender waarvan het kanaal moet gewist worden.
3. De Led “L3” blijft 2 seconden branden ter aanduiding dat het kanaal gewist
is.
Indien de gebruiker, dat men wenst te wissen, niet in het geheugen aanwezig is, zal
de Led stoppen met oplichten. Pas nadat men de drukknop “P2” terug losgelaten
heeft, kan men de wisprocedure verder zetten.
Opmerking:
Zowel voor het programmeren als wissen van codes zal de betreffende proce-
dure gestaakt worden indien men de drukknop loslaat alvorens de zender wordt
ingedrukt.
C) Wissen van alle codes (pag 6)
1.Houdt de drukknoppen “P1” en “P2” ingedrukt gedurende 4 seconden.
2. De Led “L4” zal blijven branden gedurende de volledige wisperiode (+ 8
seconden).
3. De Led “L4” zal doven wanneer de wisperiode verstreken is.
Nota : Indien het geheugen vol is, kan er een wachttijd van 1 seconde zijn tussen
het moment van uitzenden en het moment van uitvoering
Indien de LED "L4" blijft branden tijdens de programmatie van een code is het
geheugen vol. Om de nieuwe zendercode op te slaan is het dus noodzakelijk eerst
een andere bestaande code uit het geheugen te wissen.
Opslaan van codes via een zender
Dankzij een reeds geprogammeerde zender kunnen nieuwe zenders worden
bijgeprogrammeerd zonder de besturing te openen indien de jumper “j2” gep-
laatst werd.
1.
Zorg ervoor dat de jumper “j2” geplaatst werd (fig 10)
2.
Neem een reeds geprogrammeerde zender en druk de toets (zoals
op de figuur) in.
Nota: Alle ontvangers binnen het zendbereik van de zender, waar deze
zender gekend is en waar deze functie
actief is zullen dit signaal ontvangen.
(Buzzer B1 zal hoorbaar zijn).
3.
Druk op één van de kanaal toetsen
van deze zender. De ontvangers
welke deze kanaal code niet kennen
zullen een 5s lange beep laten horen en zich deactiveren. De ont-
vangers welke deze kanaalcode kennen zullen een 1s lange beep
laten horen en in programmatiemode gaan.
4.
Druk op de gewenste kanalen van de nieuwe zender en de ont-
vanger zal 2 korte beeps laten horen telkens de zender geprogram-
meerd werd en klaar is om een nieuwe zender aan te leren.
5.
Om de programmatiemode te verlaten volstaat het 3s op niets te
drukken. De ontvanger zal nu een 5s lange beep laten horen en de
programmatiemode verlaten.
Nota: Wanneer het geheugen vol is zal de buzzer 10 snelle beeps laten horen en
de programmatiemode verlaten. De Led “L3” zal blijven branden.
Dit signaal wordt telkens gegeven wanneer men de ontvanger in
programm<C
atiemode wenst te brengen.
AANSLUITING ANTENNE 433 MHZ
De ontvanger is voor zien van een antenne (170mm). Het is mogelijk een antenne
op voet aan te sluiten om het bereik te verbeteren. Gebruik hiervoor de bijgeleverde
coax kabel type RG58- 50 Ω waarvan de max.lengte 15m mag zijn.
1) Automatisch
kan men selecteren door de automatische sluiting te activeren (DIP 2 van het
configuratie menu “ON”). Als de poort volledig gesloten is, zal het open-com-
mando een volledige cyclus starten die eindigt met het automatisch sluiten van
de poort en de nachtverlichting die uit gaat.
Automatisch sluiting start na het verstrijken van de geprogrammeerde pauzetijd.
Activering van een fotocel zorgt ook voor de reset van de pauzetijd. Gedurende
de pauzetijd knippert het symbool op de display. Door de noodstop in te
drukken wordt de automatische sluiting gestopt en stopt ook de display met
knipperen.
Nota : De zone verlichting brandt telkens bij ontvangst ven een stuurbevel, zowel
van de zender of bedraad en dooft zich 30s na het einde van de beweging (enkel
indien de jumper "J5" in positie "1" fig.10 werd geplaatst)
2) Semi-automatisch
kan men selecteren door de automatische sluiting te deactiveren (DIP 2 van het
configuratie menu “OFF”).
Bij deze bediening moet een afzonderlijk open- en sluitcommando gegeven
worden. Wanneer de poort volledig geopend is, zal het systeem wachten tot
een nieuw commando gegeven wordt, waardoor de poort gaat sluiten. De
nachtverlichting start bij het open-commando en blijft branden gedurende de
geprogrammeerde tijd.
3) Bediening met ontgrendelde motoren
het is mogelijk de motoren te ontgrendelen en de poort manueel te bedienen.
Op dit ogenblik wordt de beweging niet gecontroleerd door de encoders en de
besturingskast. Indien de motoren terug geblokkeerd zijn zal de automatische
herprogrammatie geactiveerd worden bij het eerstvolgende stuurbevel.
Opgepast : Indien een bevel wordt gegeven met ontgrendelde motoren
zal dit op de displkay als fout worden weergegeven (zie fout lijst)