NL
NL
Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
37
36
de drijver
De drijver bestaat uit een witte plastic
cilinder die aan twee armen hangt. De
drijver rust op de oppervlakte, zodat hij
omhoog gaat als het water niveau stijgt.
Als de drijver een zekere hoogte bereikt,
reageert het ontvochtigingsapparaat
hierop en sluit automatisch af om te
voorkomen dat het overloopt.
Wanneer u het water reservoir hebt
geleegd en het terug wilt zetten in het
ontvochtigingsapparaat, is het vol-
gende de eenvoudigste methode:
1. Duw het water reservoir in totdat
het de drijver aanraakt.
2. Richt de voorste rand van het water
reservoir vanaf de onderkant op
zodat het hele water reservoir iets
schuin staat.
3. Duw het water reservoir op zijn
plaats. De drijver moet nu in het
reservoir zijn in plaats
van er achter klem te zitten.
oPmerking: Het is belangrijk
dat de drijver zich vrij beweegt,
omdat het doel is dat hij reageert
op het water niveau en verzekert dat
het ontvochtigingsapparaat wordt
uitgeschakeld als dit hoog is. Een
foutief geplaatste drijver kan het
water reservoir laten overvloeien.
afvoeren van Water
Het ontvochtigingsapparaat heeft een
slangverbinding. Door een slang aan
het ontvochtigingsapparaat te koppe-
len kan het ontvochtigde water meteen
worden afgevoerd.
gebruik van de slang:
1. Ontkoppel het ontvochtigingsapparaat
van de stroombron en verwijder het
water reservoir zodat toegang tot de
lekbak wordt verkregen.
2. Maak de slang vast aan de schroef-
draad op het ontvochtigingsapparaat
en leid de slang koppeling naar een
afvoer. Controleer of de slang niet
boven het niveau van de lekbak uitsteekt.
3. Sluit het ontvochtigingsapparaat op de
stroombron aan.
Zonder slang, meteen naar een
afvoer:
1. Sluit het ontvochtigingsapparaat
van de krachtbron af en verwijder het
water reservoir.
2. Plaats het ontvochtigingsapparaat over
de afvoer zodat het ontvochtigde water
door het gat in de onderkant van het
ontvochtigingsapparaat kan druppelen
en zo de afvoer in.
3. Sluit het ontvochtigingsapparaat aan
op de krachtbron.
de hygrostaat
Wood’s ontvochtigingsapparaat heeft een
ingebouwde hygrostaat, of vochtigheids-
regelaar, die ingesteld staat op het ge-
wenste vochtigheidsniveau. De hygrostaat
toont het huidige niveau van vochtigheid
en verzekert dat het ontvochtigingsap-
paraat automatisch in en uit wordt
geschakeld.
hoe de hygrostaat in te stellen:
1. Zet de hygrostaat knop op de Maximale
stand.
2. Zet de ventilator op positie II (dit geldt
niet voor DS12).
3. Wanneer het gewenste niveau van
vochtigheid is bereikt, wordt de hygrostaat
knop tegen de wijzers van de klok in
gedraaid totdat het ontvoch tigingsap-
paraat uit staat.
oPmerking: De relatieve
vochtigheid van de omgeving
wordt eenvoudig gemeten met
een wood’s hygrometer, en het
meest geschikte bereik ligt tussen
de 40% en 50%.
automatisch uitschakelen
Als het water reservoir vol is, schakelt
het ontvochtigingsapparaat automa-
tisch uit. Het waarschuwings lampje aan
de voorkant van het ontvochtigingsap-
paraat gaat aan om aan te geven dat het
water reservoir moet worden geleegd.
1. Koppel het ontvochtigingsapparaat
van de stroombron af.
2. Leeg het water reservoir.
3. Plaats het lege water reservoir terug en
controleer of de drijver vrij beweegt. Zie
de sectie die over de Drijver gaat.
4. Sluit het ontvochtigingsapparaat aan
op de stroombron.
de lucht filter
De luchtfilter aan de achterkant van het
ontvochtigingsapparaat verzekert dat
de koelslangen niet stoffig worden. Het
is belangrijk dat de filter schoon gehou-
den wordt zodat de lucht vrij door het
ontvochtigingsapparaat heen kan stro-
men. De filter moet indien gewenst, op
de volgende manier worden gereinigd.
1. Maak de filter los door licht in het
midden te knijpen. Hierdoor worden de
klemmen aan de zijkanten van de filter
losgemaakt.
2. Til de filter eruit en was hem met warm
water en een zacht schoonmaakartikel.
U kunt de filter ook stofzuigen.
3. Laat de filter drogen en zet hem terug.
automatisch ontdooien
Wood’s ontvochtigingsapparaten heb-
ben een tijdschakelaar die verzekert
dat de koelslangen één keer per uur
worden ontdooid. De tijdschakelaar
stopt de compressor en hierdoor
stopt het koelen van de slangen. De
ventilator gaat door met het trekken
van lucht op kamertemperatuur, door
het ontvochtigingsapparaat heen en
op die manier smelt het ijs en het water
loopt naar beneden het reservoir in. Dit
ontdooiingssysteem betekent dat het
ontvochtigingsapparaat bij een tempe-
ratuur zo laag als +5˚C kan werken.
ventilator
De ventilator verzekert dat de lucht
door het ontvochtigingsapparaat heen
vloeit. Vochtige lucht wordt er aan de
achterkant ingezogen, gaat er via de
koelslang en de verdamper doorheen
en komt er aan de voorkant van het ont-
vochtigingsapparaat droog uit. Wood’s
ontvochtigingsapparaten hebben twee
ventilator snelheden, behalve model
DS12, die er slechts een heeft.
•
Positie ii
– verstrekt een hoge lucht-
stroom met een maximale ontvochti-
ging van lucht.
•
Positie i
– verstrekt een lagere
luchtstroom waardoor er minder ge-
luidsoverlast ontstaat bij een enigszins
lagere ontvochtigings capaciteit.
schoonmaken en
onderhoud
Wood’s ontvochtigingsapparaten
moeten schoongemaakt worden om
hun hoge ontvochtigheids capaciteit te
behouden.
- Het rooster aan de voorkant kan
worden gestofzuigd of met een borstel
worden geveegd.
- De koelslangen worden het beste
schoongemaakt met een doek en warm
water.
- De luchtfilter mag gewassen worden of
gestofzuigd.
- De ventilator motor wordt regelmatig
gesmeerd en verlangt geen onderhoud.
oPmerking: Het snoer
altijd voor het schoonmaken
ontkoppelen.
aanWijZingen:
- Als het ontvochtigingsapparaat in
buitengewoon vochtige omgevingen
wordt gebruikt of als de temperatuur
onder de +10˚C ligt, kan het zijn dat
het ontvochtigingsapparaat niet meer
werkt. Een grote hoeveelheid ijs zet zich
vast op de koelslang. Zet het ontvoch-
tigingsapparaat uit en plaats hem een
beetje boven het vloer niveau zodat het
ijs gaat ontdooien.
- Het kan soms nuttig zijn een bevrie-
zingsbescherming of ventilator met ver-
warming te gebruiken om te verzekeren
dat de temperatuur niet onder de +5˚C
valt.
- Voor een maximale ontvochtiging
in een kamer, wordt aanbevolen dat
de aanvoer van lucht van buiten en
aangrenzende kamers tot een mini-
mum wordt beperkt - sluit deuren en
ventilatoren.
- Plaats in het midden van de kamer
- Verhoog temp. voor een snellere
ontvochtiging ( warme lucht kan meer
water opnemen.)
- Gebruik een bevriezingsbescherming
als er een mogelijkheid bestaat dat de
temperatuur tot onder de +5°C valt.
- Hogere ontvochtiging in de Herfst /
Zomer omdat de buitenlucht warm en
vochtig is.
Wanneer moet het
ontvochtigingsaPParaat
een service heBBen
Als het ontvochtigingsapparaat een
service nodig heeft moet u eerst de fa-
brikant raadplegen. Een aankoopbewijs
heeft u nodig voor alle garantie claims.
garanties
5-jarige garantie tegen fouten bij
vervaardiging zijn van kracht op de
compressor en 2-jarige garantie wegens
fouten bij vervaardiging geldt voor de
andere componenten.
Hierbij opgemerkt is dat de garantie
slechts geldig is als u een bewijs van
aankoop kunt overleggen.
Deze machine is in overeenstemming
met de richtlijnen van de EEC 76/889 +
82/499
aanbevolen beperkingen voor
gebruik
Temp. DS & ED:
5˚C tot +35˚C
Relatieve vochtigheid: 0% tot 80%
Aanbevolen vochtigheidsgraad:
ongeveer 50% RH
Belangrijk! - Wood’s
ontvochtigingsapparaten moeten
aangesloten worden op een geaarde
stroombron.