34
nld nld
4.2. Inspectie/reparatie
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet de netstekker worden
uitgetrokken! Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door gekwalifi ceerd
vakpersoneel worden uitgevoerd.
De motor van ROLLER’S Robot heeft koolborstels. Deze verslijten en moeten
daarom regelmatig worden gecontroleerd of vervangen door gekwalifi ceerd
vakpersoneel of een geautoriseerde ROLLER klantenservice.
5. Wat te doen bij storingen
5.1. Storing: De machine loopt niet aan.
Oorzaak:
Oplossing:
● De noodstopschakelaar is niet ontgrendeld.
● De noodstopschakelaar op de voetschakelaar ontgrendelen.
● De thermische beveiliging heeft gereageerd.
● De thermische beveiliging op de voetschakelaar indrukken.
● Versleten koolborstels.
● De koolborstels door gekwalifi ceerd vakpersoneel of een geautoriseerde
ROLLER klantenservice laten vervangen.
● De aansluitleiding en/of voetschakelaar zijn defect.
● De aansluitleiding en/of voetschakelaar door een geautoriseerde ROLLER
klantenservice laten controleren/repareren.
● De machine is defect.
● De machine door een geautoriseerde ROLLER klantenservice laten
controleren/repareren.
5.2. Storing: De machine trekt niet door.
Oorzaak:
Oplossing:
● De ROLLER’S snijmessen zijn bot.
ROLLER’S
ROLLER’S
● ROLLER’S snijmessen vervangen
● Ongeschikte draadsnijolie.
● Draadsnijoliën ROLLER’S Smaragdol of ROLLER’S Rubinol gebruiken.
● Overbelasting van het stroomnet.
● Geschikte stroombron gebruiken.
● Te kleine kabeldiameter van de verlengkabel.
● Kabeldiameter van min. 2,5 mm² gebruiken.
● Slecht contact aan de stekkerverbindingen.
● Stekkkerverbindingen controleren, evt. andere contactdoos gebruiken.
● Versleten koolborstels.
● De koolborstels door gekwalifi ceerd vakpersoneel of een geautoriseerde
ROLLER klantenservice laten vervangen.
● De machine is defect.
● De machine door een geautoriseerde ROLLER klantenservice laten
controleren/repareren.
5.3. Storing: Geen of gebrekkige toevoer van draadsnijolie aan de snijkop.
Oorzaak:
Oplossing:
● De koelsmeerpomp is defect.
● De koelsmeerpomp vervangen.
● Te weinig draadsnijolie in de oliebak.
● Draadsnijolie bijvullen.
● De zeef in de aanzuigbuis is verontreinigd.
● De zeef reinigen.
● De slangen op de koelsmeerpomp zijn verwisseld.
● De slangen omgekeerd steken.
● Het slangeinde is niet op de nippel geschoven.
● Het slangeinde op de nippel schuiven.
5.4. Storing: Ondanks de juiste schaalinstelling zijn de ROLLER’S snijmessen te ver geopend.
Oorzaak:
Oplossing:
● De snijkop is niet gesloten.
● De snijkop sluiten, zie 3.1. Gereedschappen – Vervangen van de ROLLER’S
snijmessen.
5.5. Storing: De snijkop gaat niet open.
Oorzaak:
Oplossing:
● Bij een geopende snijkop werd draad op de eerstvolgende grotere
pijpdiameter gesneden.
● De snijkop sluiten, zie 3.1. Gereedschappen – Vervangen van de ROLLER’S
snijmessen.
● De lengteaanslag is weggeklapt.
● De lengteaanslag in dezelfde richting als de sluit- en openingshendel zetten.
5.6. Storing: Geen bruikbare draad.
Oorzaak:
Oplossing:
● ROLLER’S snijmessen zijn bot.
● ROLLER’S snijmessen vervangen.
● ROLLER’S snijmessen zijn verkeerd ingezet.
● De nummering van de snijmessen en de snijmessenhouder controleren,
evt. ROLLER’S snijmessen vervangen.
● Geen of gebrekkige toevoer van draadsnijolie.
● Zie 5.3.
● Slechte draadsnijolie.
● ROLLER’S draadsnijoliën gebruiken.
● De aanzetbeweging van de gereedschapdrager wordt gehinderd.
● De vleugelschroef van de gereedschapdrager losdraaien. De spanenbak
leegmaken.
● Het buismateriaal is niet geschikt voor draadsnijden.
● Alleen toegestane buizen gebruiken.
5.7. Storing: De buis glijdt door in de klauwplaat.
Oorzaak:
Oplossing:
● De spanbekken zijn sterk verontreinigd.
● De spanbekken reinigen.
● De buizen hebben een dikke kunststof ommanteling.
● Speciale spanbekken gebruiken.
● De spanbekken zijn versleten.
● De spanbekken vervangen.