NL
91
11.3. Signaalkabels
1
Besturingskabeltypes
1. Signaalkabels
Signaalkabeltypes: Afgeschermde kabel CVVS, CPEVS of MVVS
Kabeldiameter: Minstens 1,25 mm
2
Maximale kabellengte: 200 m
Maximale signaalkabellengte voor centrale besturing en binnen/buitensignaalkabels (Max. lengte via buitenunits): 500 m.
De maximale kabellengte tussen de stroomvoorzieningseenheid voor signaaldraden (voor centrale besturing) en elke buitenunit en systeembediening is 200 m.
2. Afstandsbedieningskabels
ME Afstandsbediening
Kabeltype
2-aderig met mantel, niet afgeschermd CVV
Kabeldiameter
0,3 tot 1,25 mm
2
(0,75 tot 1,25 mm
2
)*
Opmerkingen
Gebruik voor lengtes van meer dan 10 m een kabel met
dezelfde eigenschappen als signaalkabels.
MA Afstandsbediening
Kabeltype
2-aderig met mantel, niet afgeschermd CVV
Kabeldiameter
0,3 tot 1,25 mm
2
(0,75 tot 1,25 mm
2
)*
Opmerkingen
Binnen 200 m
* Aangesloten op eenvoudige afstandsbediening
2
Bedradingsvoorbeelden
Besturing: naam, code en toegelaten aantal besturingen.
Naam
Code
Aantal verbonden units
Buitenunit
Hoofdeenheid
OC
– (*2)
Subeenheid
OS
– (*2)
BC-controller
Hoofdeenheid
BC
Eén besturing voor één OC
Subeenheid
BS
Nul, één of twee besturingen voor een OC
Binnenunit
Besturing binnenunit
IC
1 tot 50 units per OC (*1)
Afstandsbediening
Afstandsbediening (*1)
RC
Max. 2 units per groep
Andere
Transmissieversterker
RP
Tot 2 units per OC (*1)
*1 Afhankelijk van het aantal gekoppelde binnenunitbesturingen kan een transmissieversterker (RP) nodig zijn.
*2 OC en OS van de buitenunits worden binnen hetzelfde koelsysteem automatisch geïdenti
fi
ceerd. Zij worden in dalende capaciteitsvolgorde geïdenti
fi
ceerd als OC en
OS. (Bij gelijke capaciteit worden ze volgens oplopend adresnummer geïdenti
fi
ceerd.)
Voorbeeld van een systeem met verschillende buitenunits (kabelafscherming en adresinstelling vereist)
<Bedradingsvoorbeelden>
[Fig. 11.3.1] ME Afstandsbediening (p.9)
*1: Als de stroomvoorzieningseenheid niet is aangesloten op de signaaldraad voor centrale besturing, maakt u de mannelijke voedingsaansluiting (CN41) van één
buitenunit in het systeem los en verbindt u deze met CN40.
*2: Als van een systeembediening gebruik wordt gemaakt, zet u op alle buitenunits SW2-1 op ON.
[Fig. 11.3.2] MA Afstandsbediening (p.10)
<A> Verleg de geleiderbrug van CN41 naar CN40
<B> SW2-1: ON
<C> Laat de geleiderbrug op CN41
A
Groep 1
B
Groep 3
C
Groep 5
D
Afgeschermde draad
E
Subeenheid van de afstandsbediening
( )
Adres
[Fig. 11.3.3] Combinatie van buitenunits en transmissieversterker (p.10)
( ) Adres
Verbind de aansluitpunten (TB3) van buitenunits binnen eenzelfde koelsysteem met een serieschakeling.
Laat de stroomgeleiderbrug op CN41 ongewijzigd. Om op de signaaldraad (TB7) een systeembediening voor centrale besturing aan te sluiten, volgt u [Fig.
11.3.1], [Fig. 11.3.2], of het Informatieblad.
<Bedrading en adresinstellingen>
a. Maak altijd gebruik van een beschermingsleiding in de verbindingen tussen de buitenunit (OC) en de binnenunit (IC), en in die tussen OC-OC, OC-OS en IC-IC.
b. Gebruik voedingskabels om aansluitklemmen M1 en M2 en de aardeverbinding
op het aansluitblok (TB3) van elke buitenunit (OC) aan te sluiten op
aansluitklemmen M1, M2 en S op het aansluitblok van de binnenunit (IC). Voor OC en OS: verbind TB3 met TB3.
c. Sluit aansluitklemmen 1 (M1) en 2 (M2) op het aansluitblok van de binnenunit (IC) die het meest recente adres heeft binnen een groep aan op het aansluitblok van
de afstandsbediening (RC).
d. Maak een onderlinge verbinding tussen aansluitklemmen M1, M2 en S op het aansluitblok voor centrale besturing (TB7) van een buitenunit in een ander koelsysteem
(OC). Voor OC en OS in hetzelfde koelsysteem: verbind TB7 met TB7.
e. Als op de signaaldraad voor centrale besturing geen stroomvoorzieningseenheid is aangesloten, verlegt u voor één buitenunit in het systeem de geleiderbrug in de
schakelkast van CN41 naar CN40.
f. Verbind aansluitklem S op het aansluitblok voor centrale besturing (TB7) van de buitenunit (OC) voor de unit waarvoor de geleiderbrug naar CN40 werd verlegd in de
stap hierboven, met de aardeverbinding
in de schakelkast.
g. Stel de schakelaar voor adresinstellingen in als volgt.
* Om het adres van de buitenunit in te stellen op 100, moet de schakelaar voor buitenadresinstellingen worden ingesteld op 50.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
WT05963X01̲NL.indd 91
WT05963X01̲NL.indd 91
2010/08/26 17:21:03
2010/08/26 17:21:03
Содержание City Multi PURY-EP-YJM-A
Страница 291: ......