Alpinestars Tech-Air 5, Руководство пользователя

Страница: 183 / 200

c) Uitschakeling
Schakel het Systeem uit door de voorflap (2) open te trekken. Het systeem wordt ongeveer
na 1 seconde uitgeschakeld. Verifieer dat het Systeem is uitgeschakeld door na te gaan dat
er geen indicatielampjes branden op het led display (3).
Om het Systeem uitgeschakeld te houden, houdt u de voorflap (2) open en zorgt u ervoor
dat de magnetische ritssluiting (1) opengeritst blijft, zoals weergegeven in Figuur 9. Houd
het Systeem altijd in deze toestand tijdens opslag, transport of verzending.
Imagen 9
CHASSIS NUMBER: 0000000
L
CHASSIS NUMBER: 0000000
L
185 NL
De status van het Tech-Air
®
-systeem kan worden gecontroleerd door het
Systeem via de Tech-Air
®
-app te verbinden. Wanneer de Systeemcontrole met
succes is doorlopen en het systeem actief is, geeft de Tech-Air
®
-app de indicatie
“Systeem aan” weer.
Inactivering van het systeem kan ook rechtstreeks met behulp van de app worden
‘geforceerd’. Deze functionaliteit kan nuttig zijn, in het geval dat de gebruiker de
airbagbescherming wil uitschakelen, bijvoorbeeld voordat hij zwaar offroad gaat
rijden (let op dat het systeem niet opnieuw kan worden ingeschakeld met behulp
van de app. Trek de voorflap hiervoor open en sluit deze opnieuw.. - 2).
Controleer door middel van de Tech-Air
®
-app en/of door het
controleren van de LED-display (3)-indicaties altijd of de juiste
rijmodus is geselecteerd.
U MOET ALTIJD het led display (3) na de Systeemcontrole
controleren om te verifiëren dat de groene (3a) led constant brandt
voordat u begint te rijden/ het Tech-Air
®
5-systeem te gebruiken.
Het Systeem wordt niet geactiveerd als de groene led (3a) op het
led display (3) niet constant brandt.
Schakel het systeem ALTIJD uit [door de voorflap (2) open tee
trekken] wanneer u niet op een motorfiets rijdt, ook als u het
systeem blijft dragen. Hoewel het Systeem is getest voor een
aantal activiteiten die los staan van het rijden, verhoogt het
ingeschakeld en/of actief houden van het systeem de kans op een
ongewenste activering en het verbruik van de batterij.
Wanneer het Systeem niet in gebruik is en wordt opgeslagen,
vervoerd of verzonden, dan moet het Systeem worden
uitgeschakeld door de voorflap (2) open te laten. Dit voorkomt
dat het Systeem per ongeluk wordt ingeschakeld en onopzettelijk
wordt geactiveerd, en het voorkomt de ontlading en verminderde
levensduur van de batterij.
WAARSCHUWING!
WAARSCHUWING!
WAARSCHUWING!
WAARSCHUWING!
BELANGRIJK!
BELANGRIJK!
De voorflap (2) werkt met magneten. Magneetgevoelige objecten (zoals
bijvoorbeeld creditcards) moeten worden bewaard op ten minste 1 cm
afstand van het gebied van de switch.
Zelfs wanneer de systeemcontrole met succes is voltooid, wordt het systeem
automatisch uitgeschakeld als het systeem het volgende detecteert:
- een positie van de rijder die niet compatibel is met het normale verwachte
gebruik van het Systeem
of
- geen bewegingen langer dan 10 minuten.
Wanneer een van de bovenstaande situaties zich voordoet, open en sluit
dan de voorflap (2) om het systeem opnieuw op te starten en voer een
nieuwe systeemcontrole uit (voor meer informatie over de activiteit van de
Systeemcontrole, zie bovenstaande paragraaf 12b).