NanoPhotometer
®
NP80/N60/N50/C40
User Guide Version 3.1
112
11.
A
PPENDIX
2
-
I
NSTALLATIE
S
PECTROFOTOMETER
V
EILIGHEIDSINFORMATIE
Voordat u begint met de installatie, moet u de tijd nemen om de waarschuwingslabels en
symbolen op het instrument te bekijken en te leren wat deze betekenen. Deze zijn aangebracht
om u te informeren indien er een gevaar is of indien u specifieke voorzorgen moet nemen.
Onjuist gebruik kan persoonlijk letsel of schade aan het instrument veroorzaken. Het instrument
mag alleen worden bediend door geschoold en ervaren personeel. Lees de volledige
gebruikershandleiding voordat u het instrument gebruikt.
gelijkstroom
Open het instrument niet. Dit kan de gebruiker blootstellen aan elektrische stroom, UV-licht en
gevoelige glasvezels en kan het instrument beschadigen.
Indien de submicrolitercel wordt gebruikt met de NanoPhotometer
®
C40 moet u voor de meting
nagaan of het deksel op de meetkop is geplaatst.
WAARSCHUWING
: UV-blootstelling wanneer u meet zonder deksel.
Gebruik geen beschadigde stroomsnoeren, accessoires en andere randapparatuur in
combinatie met uw NanoPhotometer
®
. Gebruik alleen de meegeleverde en vermelde
voeding/lader.
Stel de NanoPhotometer
®
niet bloot aan sterke magnetische, elektrische velden, water,
chemische stoffen of andere vloeistoffen zoals zware regen of vocht.
Plaats het instrument niet in vuur. Dit kan opzwellen of ontploffen (batterij). Gebruik niet op of
nabij een warmtebron, in het bijzonder temperaturen boven 60°C of in een explosieve
omgeving.
Plaats uw NanoPhotometer
®
niet op uw schoot of een ander lichaamsdeel om ongemak of letsel
door warmte te voorkomen.
Plaats geen voorwerpen bovenop de NanoPhotometer
®
.
De NanoPhotometer
®
met batterijpack (mobiele versie) moet tijdens het vervoer worden
uitgeschakeld. De aan/uit-knop moet tijdens het vervoer worden beschermd zodat deze niet
door schokken of trillingen wordt ingeschakeld.
Biologische monsters kunnen infectieziekten bevatten of overdragen. Let op het
gezondheidsgevaar die dergelijks monsters vormen en draag aangepaste beschermende kledij.
Behandel deze monsters met de grootst mogelijke zorg overeenkomstig de geldende
regelgeving en organisationele vereisten voordat u met dergelijke risicohoudende materialen
werkt.
Opmerking
: Mors geen biologische monsters op onderdelen van het instrument. Indien dit
gebeurt, moet u het instrument onmiddellijk desinfecteren volgens uw laboratoriumprotocols en
de reinigingsinstructies van het instrument (zie 8 Maintenance).