15
NEDERLANDS
04
Activering opening met DEAD MAN (commando steeds ingedrukt). Als het commando OPEN
wordt losgelaten, wordt de werking geblokkeerd.
Y
= actief
no
= niet actief
05
Als deze functie wordt geactiveerd, stopt het
commando OPEN
de beweging tijdens het
openen.
Als parameter
06
no
is, is het systeem gereed om te worden geopend.
Als parameter
06
Y
is, is het systeem gereed om te worden gesloten
Y
= blokkeert tijdens opening
no
= niet actief
06
Als deze functie wordt geactiveerd, keert het
commando OPEN
de beweging tijdens het openen om.
Als de parameters
05
en
06
no
zijn, heeft OPEN geen effect tijdens het openen.
Y
=
keert beweging tijdens
opening om
no
= niet actief
07
Als deze functie wordt geactiveerd, blokkeert het
commando OPEN
tijdens de pauze de werking.
Als de parameters
07
en
08
no
zijn, zorgt OPEN dat de pauzetijd opnieuw begint te lopen.
Y
= blokkeert tijdens pauze
no
= niet actief
08
Als deze functie wordt geactiveerd, zorgt het
commando OPEN
tijdens de pause voor sluiting.
Als de parameters
07
en
08
no
zijn, zorgt OPEN dat de pauzetijd opnieuw begint te lopen
.
Y
= sluit tijdens pauze
no
= niet actief
09
Als deze functie wordt geactiveerd, blokkeert het
commando OPEN
tijdens het sluiten de
werking; zo niet, dan keert hij de beweging om.
Y
= blokkeert
no
= keert om
10
Activering sluiting met DEAD MAN (commando ingedrukt blijven houden). Als het
commando
CLOSE
wordt losgelaten, wordt de werking geblokkeerd.
Y
= actief
no
= niet actief
1 1
Als deze functie wordt geactiveerd, heeft het
commando CLOSE
voorrang boven OPEN;
zo niet, dan heeft OPEN voorrang boven CLOSE.
Y
= actief
no
= niet actief
12
Als deze functie wordt geactiveerd, geeft het
commando CLOSE
het commando
voor sluiting wanneer hij wordt losgelaten. Zolang als CLOSE actief is blijft de eenheid
voorknipperen bij sluiting.
Y
= sluit na loslaten
no
= sluit onmiddellijk
13
Als deze functie wordt geactiveerd, blokkeert het
commando CLOSE
tijdens het openen
de werking; zo niet, dan geeft het CLOSE het commando om de beweging onmiddellijk, of
nadat de openingsbeweging is beëindigd, om te keren (zie ook parameter
14
)
Y
=
CLOSE blokkeert
no
= CLOSE keert om
14
Als deze functie wordt geactiveerd en als parameter
13
no
s, geeft het
commando
CLOSE
het commando voor onmiddellijke sluiting nadat de openingscyclus is beëindigd
(slaat CLOSE op in het geheugen). Als de parameters
13
en
14 no
zijn, geeft CLOSE
het commando voor onmiddellijke sluiting.
Y
= sluit na einde
openingsbeweging
no
= onmiddellijke sluiting
15
Als deze functie wordt geactiveerd met het systeem geblokkeerd door een STOP,
veroorzaakt een
daaropvolgend OPEN-commando
een beweging in de tegengestelde
richting. Als parameter
15
no
is, sluit hij altijd.
Y
= beweegt de boom in
tegengestelde richting
no
= sluit altijd
16
Als deze functie wordt geactiveerd, blokkeren de
VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN VOOR
HET SLUITEN
tijdens het sluiten de beweging, en staan ze toe dat de beweging wordt
hervat zodra ze vrijkomen; zo niet, dan draaien ze de beweging onmiddellijk om in opening.
Y
= sluit bij vrijkomen
no
= onmiddellijke omkering
17
Als deze functie wordt geactiveerd, geven de
VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN VOOR
HET SLUITEN
het commando voor sluiting wanneer ze vrijkomen (zie ook parameter
18
).
Y
= sluit bij vrijkomen van FSW
no
= niet actief
18
Als deze functie wordt geactiveerd, en als parameter
17
Y
is, is, wacht de eenheid tot
de openingscyclus beëindigd is alvorens het sluitingscommando uit te voeren dat door de
VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN VOOR HET SLUITEN
is gegeven
Y
= sluit na einde
openingsbeweging
no
= niet actief
19
Als deze functie wordt geactiveerd, blokkeert
LOOP2
tijdens het sluiten de beweging en
staat hij toe dat de beweging wordt hervat wanneer hij vrijkomt, zo niet, dan draait hij de
beweging onmiddellijk om in opening.
Y
= sluit bij vrijkomen
no
= onmiddellijke omkering
20
Als deze functie wordt geactiveerd, geeft
LOOP2
het commando voor sluiting wanneer hij
vrijkomt (zie ook parameter
21
).
Y
= sluit als LOOP2 vrij is
no
= niet actief
2 1
Als deze functie wordt geactiveerd, en als parameter
20
Y
is, wacht de eenheid tot
de openingscyclus beëindigd is alvorens het sluitingscommando uit te voeren dat door
LOOP2
is gegeven.
Y
= sluit na einde
openingsbeweging
no
= niet actief
22
Als deze functie wordt geactiveerd: indien de netvoeding wegvalt en er wanneer de voeding
terugkeert geen OPEN-commando actief is, sluit het automatisch systeem onmiddellijk
weer.
Y
= actief
no
= niet actief
23
De
LOOP 1
geeft het commando voor het openen en sluit daarna de slagboom als hij
onbezet is (nuttig als het voertuig achteruit rijdt met opeenvolgende loops). Als hij wordt
uitgeschakeld als LOOP 1 vrijkomt, wordt de slagboom niet gesloten.
Y
= csluit als LOOP1 vrij is
no
= niet actief
24
Als deze functie wordt geactiveerd, wordt een commando voor het openen of sluiten
pas uitgevoerd wanneer de veiligheidsvoorzieningen vrijkomen.
Y
=
actief
no
= niet actief
25
Functie A.D.M.A.P.
als deze functie wordt geactiveerd, werken de veiligheidsvoorzieningen
conform de
Franse regelgeving.
Y
= actief
no
= niet actief
26
Als deze functie wordt geactiveerd, blokkeren de
VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN VOOR
HET SLUITEN
tijdens het sluiten de beweging en keren ze de beweging om wanneer ze
vrijkomen; zo niet, dan keren ze de beweging onmiddellijk om.
Y
= blokkeert en keert om bij
vrijkomen.
no
= keert onmiddellijk om
Summary of Contents for B680H
Page 1: ...B680H ...
Page 2: ......
Page 4: ......
Page 151: ...27 a b c d e f g h Fig 17 L ...
Page 152: ...28 Fig 18 a b a b d Fig 19 c 1 2 Fig 20 ...
Page 153: ...29 a b Fig 21 d e f c ...
Page 156: ...32 Fig 31 a b c d e ...
Page 157: ...33 Fig 32 f g ...
Page 158: ......
Page 163: ...5 1 2 Fig 18 ...
Page 164: ......
Page 165: ......