24
N
L
de ketel daarmee is uitgerust. De correcte werking van de automatische
aftapkraan moet echter wekelijks worden gecontroleerd. Open hiertoe de
handbediende aftapkraan en controleer of er condensaat uitstroomt
(fig.
11)
.
• Periodieke onderhoudsinspecties van de luchtketel zijn nodig, omdat
de dikte van de stalen wand door inwendige corrosie kan afnemen, met
het daaruit voortvloeiende gevaar voor openbarsten van de ketel. De
plaatselijke voorschriften dienen in acht te worden genomen, indien van
toepassing. Als de minimumwaarde voor de wanddikte is bereikt, mag
de luchtketel niet langer worden gebruikt. Deze minimumwaarde wordt
vermeld in de onderhoudshandleiding van de luchtketel, die deel uitmaakt
van de meegeleverde compressordocumentatie.
•
De levensduur van de luchtketel hangt hoofdzakelijk af van de
werkomgeving. Installeerde compressor niet in een vuile en corrosieve
omgeving, omdat de levensduur van het drukvat daardoor aanzienlijk
verkort kan worden.
•
Veranker het drukvat of daaraan bevestigde componenten niet
rechtstreeks aan de vloer of aan vaste constructies. Monteer het drukvat
op trillingsdempers om mogelijke vermoeidheidsbreuken als gevolg van
trilling van het vat tijdens het gebruik te voorkomen.
• Gebruik het drukvat binnen de grenswaarden voor de druk en temperatuur
die op het naamplaatje en in het testrapport zijn vermeld.
• Aan dit drukvat mogen geen wijzigingen worden aangebracht door lassen,
boren of andere mechanische werkwijzen.
ONDERHOUD
4
•
NEEM, VOORDAT WERKZAAMHEDEN AAN DE COMPRESSOR
WORDEN UITGEVOERD, DE STEKKER UIT EN LEEG DE TANK
VOLLEDIG (fig. 10-11)
.
• Controleer de aanhaalkoppels van alle bouten en vooral die van de kop
(koppel 10 Nm = 1,02 Kgm). De controle moet uitgevoerd worden voordat
de compressor voor de eerste keer wordt gestart.
• Schroef de eventuele schroeven van de beschermkap los (
fig. 12a
), reinig
het aanzuigfilter met een frequentie die afhangt van het type werkomgeving
en minstens eens per 100 uur (
fig. 12b-12c
). Vervang indien nodig
het filterelement (een verstopt filter vermindert het rendement en een
onwerkzaam filter veroorzaakt een grotere slijtage van de compressor).
• Ververs de olie van de gesmeerde modellen na de eerste 100 bedrijfsuren
en vervolgens elke 300 uur (
fig. 13a-13b-13c
).Controleer periodiek het
niveau.
Gebruik
API CC/SC SAE 40
minerale olie. (Voor koude klimaten wordt
API CC/SC SAE 20
aanbevolen). Meng geen verschillende soorten olie.
Als kleurvariaties optreden (witachtig = aanwezigheid van water; donker =
oververhitte olie) wordt aangeraden om de olie onmiddellijk te verversen.
• Zowel de uitgewerkte olie (gesmeerde modellen) als het condenswater
MOETEN op milieuvriendelijke wijze en overeenkomstig de geldende
wettelijke voorschriften VERWERKT worden
De verkoop van de compressor moet gebeuren voor de leidingen
die geschikt zijn en overeenstemmen met de eisen van de lokale
wetgeving.
MOGELIJKE STORINGEN EN TOEGESTANE REMEDIES
5
STORING
OORZAAK
REMEDIE
Luchtlekkage uit de klep van de pressostaat bij
stilstaande compressor.
Afsluitklep die wegens slijtage of vuil op het
afsluitvlak niet correct zijn functie vervult.
Draai de zeskantkop van de afsluitklep los,
reinig de zitting en het schijfje van speciaal
rubber (vervang indien versleten). Monteer
opnieuw en draai zorgvuldig vast (
fig. 14a-14b
).
Afname van het rendement. Veelvuldig starten.
Lage drukwaarden.
Overmatige vraag naar prestaties of eventuele
lekkage uit koppelingen en/of leidingen.
Mogelijkheid verstopt aanzuigfilter.
Vervang de pakkingen van de koppelingen of
vervang het filter.
De compressor stopt en start na enkele minuten
weer zelfstandig op.
Bij de V-versies, 3 HP, start hij niet meer op.
Ingreep van de thermische beveiliging i.v.m.
oververhitting van de motor.
Reinig de luchtdoorvoeropeningen in de toevoer.
Lucht de werkruimte. Reset de thermische
beveiliging. Controleer bij gesmeerde en V
modellen het peil en de kwaliteit van de olie.
Laat bij de V modellen de elektrische spanning
controleren.
De compressor stopt na enkele startpogingen.
Ingreep van de thermische beveiliging i.v.m.
oververhitting van de motor (verwijdering
stekker tijdens bedrijf, lage voedingsspanning).
Bedien de stopschakelaar. Lucht de werkruimte.
Wacht enkele minuten en de compressor zal
zelfstandig weer opstarten. Bij de V modellen,
3 HP, moet de thermische beveiliging gereset
worden. Verwijder eventuele verlengsnoeren
van de stroomkabel.
De compressor stopt niet en de veiligheidsklep
grijpt in.
Abnormale werking van de compressor of breuk
van de pressostaat.
Neem de stekker uit en breng het apparaat naar
het servicecentrum.
TABEL 1 – ONDERHOUDSINTERVALLEN
FUNCTIE
NA DE
EERSTE 100
UREN
ELKE 100
UREN
ELKE 300
UREN
Reiniging van de zuigfilter
en/of vervanging van het
filtrerende element
●
Vervanging van olie*
●
●
Sluiting van de
hoofdtrekkers
De controle moet uitgevoerd worden voordat de
compressor voor de eerste keer wordt gestart
Het lossen van de condens
vanuit de tank
24 h -----> 24 h -----> 24 h -----> ...
*Alleen voor de ingesmeerde modellen
Summary of Contents for E 241
Page 1: ...Rheinland Elektro Maschinen group www rem maschinen com KOMPRESOREN MIT DIREKTANTRIEB E 241...
Page 2: ......
Page 3: ...1 7a 6 2 7b 7c 3 4 5...
Page 4: ...8 9b 9a 11 9d 10 9c 7d OIL LEVEL...
Page 5: ...12b 12a 14b 14a 13c 13b 12c 13a...
Page 64: ...9 9 9 9 5...
Page 66: ...12...
Page 67: ...45 66719389...
Page 68: ...63 230 V Ac 50 Hz 120 V Ac 60 Hz 230 V Ac 50 Hz 120 V Ac 60 Hz...
Page 80: ......