Dräger UCF 1600, Instructions For Use Manual

Page: 134 / 376

134
Standby-modus activeren
U kunt accucapaciteit sparen door gebruik te maken van de standby-
modus. Nadat de camera ingeschakeld is, kunt u de standby-modus
als volgt activeren:
●
Druk gedurende 1 tot 5 seconden op de AAN/UIT-toets.
De warmtebeeldcamera geeft de melding "Hold to power down,
release for standby" weer (voor het uitschakelen toets ingedrukt
houden, voor standby-modus loslaten).
Zodra u de toets loslaat, begint de LED in de AAN/UIT-toets te
knipperen om erop te wijzen dat de standby-modus actief is. Het
display wordt uitgeschakeld.
● Druk kort op de AAN/UIT-toets om naar de normale cameramodus
terug te keren.
Er verschijnt meteen een warmtebeeld op het display. De LED in
de AAN/UIT-toets gaat uit om erop te wijzen dat de standby-modus
uitgeschakeld is.
Bedieningsmodi
De warmtebeeldcamera beschikt over twee bedrijfsmodi: de normale
modus en de brandweermodus. Wanneer de camera op de brand-
weermodus gezet is, wordt op het display het symbool voor de
brandweermodus weergegeven (zie afbeelding B op blz. 3 en “Wat is
wat?” op blz. 128).
De camera selecteert automatisch de bedrijfsmodus, afhankelijk van
de temperatuur van de voorwerpen waarop de camera is gericht.
De normale modus is bestemd voor scènes met voorwerptempe-
raturen van ca. max. 130
o
C (266
o
F). De warmtebeeldcamera
schakelt naar de brandweermodus, wanneer de temperatuur van
meer dan ca. 10 % van de voorwerpen in de scène hoger is dan ca.
130
o
C (266
o
F).
Normale modus
In de normale modus kan de gebruiker kiezen tussen verschillende
kleurenpaletten. De indicatie voor kleurenpaletten (16) signaleert
welk palet momenteel actief is. Standaard is het kleurenpalet
"TempColor" ingesteld (op het display als CP 01 aangeduid).
Wanneer dit kleurenpalet is gekozen, worden alle voorwerpen
weergegeven (in kleur) waarvoor boven de ca. 110
o
C (230
o
F) is
gemeten. De verschillende temperatuurbereiken worden in geel,
oranje en rood weergegeven, waarbij rood de hoogste temperatuur
aanduidt. Alle voorwerpen beneden de ca. 110
o
C (230
o
F) worden
als grijstonen weergegeven. Koude voorwerpen worden zwart
weergegeven en hete voorwerpen wit. Alle voorwerpen beneden de
ca. 0
o
C (32
o
C) worden in het blauw weergegeven.
Brandweermodus
In de brandweermodus is het dynamische bereik van de warmtebeeld-
camera op de maximale waarde ingesteld. De scène wordt altijd met
het palet "TempColor" weergegeven. De kleurenschaal gaat van
grijstonen (zwart tot wit) via geel en oranje naar rood, waarbij rood de
hoogste temperatuur aanduidt. Alle voorwerpen van ongeveer 300
o
C
(572
o
F) worden geel weergegeven.
Wanneer de temperatuur van de weergegeven scène weer daalt en de
meerderheid van de voorwerpen in de scène beneden de ca. 130
o
C
(266
o
F) ligt, keert de camera terug naar de normale modus. Daarop-
volgend wordt de scène met het ingestelde kleurenpalet weergegeven.
Zoom-functie activeren
Nadat de warmtebeeldcamera ingeschakeld is, kunt u de digitale
zoom-functie als volgt activeren:
●
Druk korter dan 1,5 seconden op de MODE-toets om de dubbele
digitale zoom in te stellen.
Op het display verschijnt het loepsymbool.
●
Druk nog een keer korter dan 1,5 seconden op de MODE-toets
om de zoom-instelling af te sluiten.
Het beeld wordt dan niet meer vergroot en het loepsymbool gaat uit.