DAB E.sybox 50, Instruction For Installation And Maintenance

Page: 226 / 934

NEDERLANDS
NL
223
INHOUD
Legenda 226
Waarschuwingen 226
Verantwoordelijkheid
227
1. Algemene informatie 227
1.1 Beschrijving van de geïntegreerde inverter 228
1.2 Geïntegreerd expansievat 229
1.3 Geïntegreerde elektropomp 229
1.4 Technische kenmerken 230
2. Installatie 231
2.1 Verticale configuratie 231
2.1.1 Hydraulische aansluitingen 232
2.1.2 Vulwerkzaamheden - Installatie boven en onder waterniveau 233
2.2 Horizontale configuratie 233
2.2.1 Hydraulische aansluitingen 234
2.2.2 Oriëntatie van het interfacepaneel 234
2.2.3 Vulwerkzaamheden - Installatie boven en onder waterniveau 235
3. Inbedrijfstelling 235
3.1 Elektrische verbindingen 235
3.2 Configuratie van de geïntegreerde inverter 236
3.3 Vooraanzuiging 236
4. Veiligheidssystemen 237
4.1 Beschrijving van de blokkeringen 238
4.1.1 “BL” Anti Dry-Run (beveiliging tegen droog lopen) 238
4.1.2 Anticycling (beveiliging tegen continu in- en uitschakelen zonder vraag van de
gebruikspunten) 238
4.1.3 Anti-Freeze (beveiliging tegen bevriezing van het water in het systeem) 238
4.1.4 “BP1” Blokkering wegens defect op de interne druksensor 238
4.1.5 “PB” Blokkering wegens voedingsspanning buiten grenzen 238
4.1.6 “SC” Blokkering wegens kortsluiting tussen de motorfasen 238
4.2 Handmatige reset van foutcondities 239
4.3 Automatisch herstel van foutcondities 239
5. Elektronische besturing inverter en gebruikersinterface 239
5.1 Werking met besturingseenheid 239
5.1.1 Beschikbare functies besturingseenheden 240
5.1.2 Elektrische aansluitingen van in- en uitgangen gebruikers 240
5.1.3 Werking in veiligheidsmodus 240
5.1.4 Instelling van de functies vanaf besturingseenheid 241
5.1.5 Associatie en dissociatie e.sybox met besturingseenheid 241
6. Toetsenbord en display 242
6.1 Rechtstreekse toegang met toetsencombinatie 243
6.2 Toegang met naam via vervolgkeuzemenu’s 246
6.3 Structuur van de menupagina’s 247
6.4 Blokkering parameterinstelling met wachtwoord 248
6.5 Activering motordeactivering 248
7. Betekenis van de parameters 248
7.1 Menu Gebruiker 248
7.1.1 Status 248
7.1.2 RS: weergave van de draaisnelheid 248
7.1.3 VP: weergave van de druk 248
7.1.4 VF: weergave van de stroming 248
7.1.5 PO: weergave van het opgenomen vermogen 248
7.1.6 C1: weergave van de fasestroom 249
7.1.7 Bedrijfsuren en aantal starts 249
7.1.8 PI: vermogenshistogram 249
7.1.9 Systeem met meerdere pompen 249
7.1.10 Afgegeven debiet 249
7.1.11 VE: weergave van de versie 249
7.1.12 FF: weergave van de storingengeschiedenis 249
7.2
Menu Monitor
250
7.2.1 CT: contrast van display 250
7.2.2 BK: helderheid van display 250
7.2.3 TK: inschakeltijd achterverlichting 250
7.2.4
LA: taal
250
7.2.5 TE: weergave van de dissipatortemperatuur 250
7.3
Menu Setpoint
250
7.3.1 SP: instelling van de setpointdruk 250
7.3.2 Instelling van de hulpdrukken 250
7.3.2.1 P1: Instelling van het hulpsetpoint 1 251
7.3.2.2 P2: Instelling van het hulpsetpoint 2 251
7.3.2.3 P3: Instelling van het hulpsetpoint 3 251
7.3.2.4 P4: Instelling van het hulpsetpoint 4 251
7.4 Menu Handbediening 251
7.4.1 Status 251
7.4.2 RI: snelheidsinstelling 251
7.4.3 VP: weergave van de druk 252
7.4.4 VF: weergave van de stroming 252
7.4.5 PO: weergave van het afgegeven vermogen 252
7.4.6 C1: weergave van de fasestroom 252
7.4.7 RS: weergave van de draaisnelheid 252
7.4.8 TE: weergave van de dissipatortemperatuur 252
7.5
Menu Installateur
252
7.5.1 RP: instelling van de drukverlaging voor herstart 252