De aansluiting (afb. 9.4) bestaat uit:
• 1 buisfitting “A” (cilindrisch buiten-
draad ISO 228-1)
• 1 pakkingring “D”
• 1 kegelvormig verloopstuk “B” (cilin-
drisch met binnendraad ISO 228-1,
kegelvormig met buitendraad ISO 7-1)
• 1 verloopstuk voor butaan- en pro-
paangas “C”.
Het toestel moet worden aangesloten
met R
HT
materiaal op AGB/BGV erkende
gaskranen behalve fornuizen met een
mono-fase aansluiting.
In het algemeen gebeurt de aansluiting
van het product op de gaskraan met
behulp van:
• ofwel koperbuizen met aangepaste
dikte;
• ofwel stalen buizen;
• ofwel een metalen R
HT
slang AGB
erkend en zodanig geinstalleerd dat hij
niet samengedrukt is, niet kan bewe-
gen en geen kleinere kromming heeft
dan voorgeschreven door de fabri-
kant.
D
D
B
C
Afb. 9.4
A
Het fornuis is bij levering klaar voor het
gebruik met het type gas dat op het eti-
ket van het toestel vermeld staat.
Het kan soms nodig zijn om van een
type gas op een ander over te schake-
len.
U moet als volgt tewerkgaan, ongeacht
voor welk type gas het toestel afgesteld
is:
• gasaansluiting
• vervanging van de inspuiters
• regeling van de kleinstand van de
branders
Controleer of het toestel afgesteld is op
het type gas dat toegevoerd wordt (zie
etiket)
De gasinstallatie moet voldoen aan
de lokaal geldende voorschriften.
44