90
Pagina 14
Bovenste afbeelding:
Bevestig de staartroersteunen op de horizontale staartvlakdrager en stel het horizontaal staartvlak horizontaal af voor u de
drager vastschroeft. Monteer de staartservo (GS-095) op de houder en schroef de koppeling 5 mm van het draaipunt op de
servohendel vast.
Plaats de staartrotorkoppelingsstang en stel de staartservohouder voor het vastschroeven zo af dat de koppelingsstang
parallel tegenover het staartroer verloopt (zie afbeelding 1-2). De afstand tussen de staartrotorbehuizing en de servohouder
moet 191,5 mm bedragen (zie afbeelding 1-1).
Onderste afbeelding:
Maak de rotorkop-koppelingsstang overeenkomstig de tekening rechtsboven vast en klik de koppelingsstangen in. Bij een
correcte bouwuitvoering moeten de servohendels, tuimelschijf, pitchcompensatorhendel en peddels absoluut horizontaal
zijn afgesteld. De hellingshoek van de rotorbladen moet dan 0° bedragen.
Wanneer de hendel van de staartservo zich in een hoek van 90° tot de koppelingsstand bevindt, moet ook de koppeling van
de startrotor zich in een hoek van 90° tot het staartroer bevinden (zie kleine afbeelding rechtsonder). Voor de correcte
instelling kan indien nodig de staartservohouder op het staartroer worden geschoven.
De gyroscoop (GYRO) en de ontvanger (receiver) worden op de chassis-bodemplaat bevestigd. De vliegregelaar (ESC)
wordt aan de zijkant van de chassisplaat gemonteerd. De vliegaccu wordt met behulp van klittenband vooraan aan de
schuin staande accubevestigingsplaat aangebracht.
Belangrijk!
Trek de stelschroeven van de rotorbladen slechts zodanig aan dat de rotorbladen zich automatisch tijdens het
vliegen nog 180° tegenover elkaar kunnen afstellen.
Een precieze functiebeschrijving van de gyroscoop en de vliegregelaar vindt u in de bijlage van de
montagehandleiding.
Pagina 15
Bovenste afbeelding:
De afbeelding toont de bekabeling bij het gebruik van een JR-afstandsbediening.
Onderste afbeelding:
De afbeelding toont de bekabeling bij het gebruik van een FUTABA-afstandsbediening.
Onafhankelijk van de getoonde bekabelingsplannen moet u zich altijd aan de documenten van de door u gebruikte
afstandsbediening houden.
Let op, belangrijk!
Aangezien elektrische aandrijvingen met hoog vermogen heel gevaarlijk kunnen zijn, raden wij u aan de motor
altijd van de regelaar te ontkoppelen tijdens de aansluitende onderhouds- en afstelwerkzaamheden. Zo kan een
ongewild aanlopen van de mechaniek worden vermeden.