Verwijder, voorafgaand aan de inschakeling, de beschermende folie aanwezig
op enkele externe en interne delen van de vitrine (bijv. uitstaloppervlak, enz.).
Reinig de interne en externe delen van het koelmeubel grondig. Gebruik
lauwwarm water met een lichte oplossing van natriumbicarbonaat (1 eetlepel
per 2 liter water) of witte azijn; droog zorgvuldig met een zachte doek.
VERBOD
Tijdens de reiniging is het verboden om:
- Gebruik te maken van reinigingsmiddelen van welke aard dan ook
of schuurmiddelen die de esthetiek van het koelmeubel kunnen
aantasten.
- Gebruik te maken van scherpe voorwerpen (alle schade
veroorzaakt door het gebruik van dit soort voorwerpen wordt
niet gedekt door de garantie).
- Het koelmeubel te reinigen met waterstralen.
Schakel de vitrine, na het voltooien van de reiniging, in door
middel van de schakelaar ON/OFF en wacht tot de temperatuur
bereikt wordt die geschikt is voor het uit te stallen product. Voor
het bereiken van de temperatuur voor het uitstallen van het
product is ongeveer 3 uur nodig. Het uit te stallen product moet
reeds gekoeld zijn op een voor het apparaat geschikte
temperatuur.
11) AANWIJZINGEN VOOR HET LADEN
Dit koelmeubel is geschikt voor het bewaren van voedselproducten indien
wordt voldaan aan de volgende waarschuwingen:
a) plaats de goederen zodanig in de daarvoor bestemde ruimte dat de laadlijn
niet overschreden wordt, om de correcte luchtcirculatie niet te belemmeren
(afbeelding G);
OPGELET
De laadlijn wordt begrensd door een op de ruit geplaatst etiket
(afbeelding G). In geval van slijtage, vervanging of nieuwe plaatsing
moet de laadlijn op een hoogte van 15 cm worden aangegeven.
b) plaats de goederen op een gelijkmatig verdeelde manier, zonder lege zones;
c) zorg voor een correcte rotatie van de goederen door eerst die goederen te
verwijderen die het langst aanwezig zijn in het meubel.
12) BEDIENINGSVOORZIENINGEN (Afbeelding H)
a – Voor de in- en uitschakeling van het apparaat.
b – Elektronische thermostaat.
13) ELEKTRONISCHE THERMOSTAAT
De instelling van de thermostaat is reeds in de fabriek uitgevoerd. Indien er
met de temperatuur geknoeid wordt, wijst de fabrikant iedere
aansprakelijkheid af. Eventuele wijzigingen moeten door gekwalificeerd
personeel worden uitgevoerd.
14) TEMPERATUUR
De thermostaat regelt de temperatuur in het apparaat en de
bedrijfstemperatuur is reeds ingesteld.
Wanneer de temperatuur wordt ingesteld op de maximale koude stand of het
koelmeubel wordt geïnstalleerd in een ruimte met een hogere dan de
aangegeven temperatuur of het meubel bevat een overmatige hoeveelheid
voedselproducten, kan het gebeuren dat de koeleenheid continu werkt met
de daardoor veroorzaakte vorming van rijp en ijs op de verdamper. In dit
geval moet het koelmeubel met de schakelaar ON/OFF worden uitgeschakeld
om een gehele verwijdering van het ijs mogelijk te maken. Tijdens deze fase
mag, in de poging om het smelten van het ijs te versnellen, geen gebruik
worden gemaakt van enig scherp voorwerp of iets dergelijks omdat dit de
ernstige beschadiging van de vitrine zou kunnen veroorzaken. Nadat al het ijs
gesmolten is, kan het apparaat door middel van de schakelaar ON/OFF weer
worden ingeschakeld (zoals beschreven onder punt 10).
15) ONTDOOIEN
De ontdooiing vindt tijdens de werking automatisch plaats. Dagelijks worden
er 6 ontdooiingen van elk 25 minuten uitgevoerd, bestuurd door de
thermostaat in het bedieningspaneel. Tijdens de ontdooiing kan de op de
thermometer aangegeven temperatuur variëren; na het verstrijken van deze
pauze zal het koelmeubel binnen korte tijd de bedrijfstemperatuur bereiken.
Het ontdooiwater wordt opgevangen en afgevoerd naar een bakje voorzien
van een automatische verdamping.
16) ONDERHOUD, REINIGING
Wij raden aan om systematisch een grondige reiniging uit te voeren om de
goede werking, het goede behoud van de voedselproducten en een goed
esthetisch behoud van het koelmeubel te waarborgen. De maandelijkse
reiniging moet door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd dat bekend
is met de procedures van deze paragraaf. Opgelet! Voorafgaand aan de
reiniging moet het koelmeubel door middel van de schakelaar ON/OFF
worden uitgeschakeld. Verwijder de stekker uit het stopcontact of gebruik de
algemene veiligheidsschakelaar van uw bedrijf.
VERPLICHTING
TIJDENS DE GEHELE HANDELING VOOR DE REINIGING VAN
HET MEUBEL MOET GEBRUIK WORDEN GEMAAKT VAN
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VAN DE CATEGORIE II.
Verwijder de producten uit het apparaat en bewaar ze in een
koelkast of een andere daarvoor geschikte omgeving. Voer een
grondige reiniging uit van het uitstaloppervlak, de ruiten en de
profielen, met voor elk onderdeel geschikte producten.
VERBOD
Tijdens het onderhoud en de reiniging is het verboden om gebruik
te maken van schurende producten (afbeelding I) die enkele delen
kunnen beschadigen.
Na elke reiniging moet worden nagespoeld met lauwwarm water en moeten
de oppervlakken vervolgens gedroogd worden met een zachte doek.Reinig de
condensator, na het verwijderen van het beschermingsrooster (afbeelding L),
met een borstel (geen ijzerborstel - afbeelding I) of met een stofzuiger;
verwijder al het op de vinnen afgezette stof en vuil
OPGELET
Let tijdens het onderhoud en de reiniging goed op voor de
intactheid van de vinnen en de gehele koeleenheid.
Deze handeling mag nooit worden overgeslagen omdat deze
belangrijk is voor de goede werking van het meubel en het
voorkomen van eventuele defecten. Plaats na het voltooien van
de handeling het beschermingsrooster terug. Na het voltooien
van de handeling moet, voorafgaand aan de inschakeling,
gecontroleerd worden of alles in orde is; breng het apparaat
vervolgens op temperatuur en plaats de voedselproducten.
In geval van een langdurige inactiviteit (zoals bijvoorbeeld vakanties, enz.),
moet het apparaat worden uitgeschakeld, geheel leeg worden gemaakt,
gereinigd en gedroogd, om het ontstaan van onaangename geuren te
voorkomen.
Een correct onderhoud van het apparaat kan zijn levensduur aanzienlijk
verlengen.
17) TECHNISCHE BIJSTAND
OPGELET
In geval van storingen van de vitrine en voorafgaand aan het
aanvragen van een technische ingreep, raden wij
in uw belang, eerst
te controleren of:
- de stekker correct in het stopcontact is geplaatst;
- de stroomvoorziening spanning levert;
- de thermostaat op de voor de werking aanbevolen stand is
geplaatst;
- de voedingsspanning overeenkomt met die van het apparaat (+-6%);
- de verdamper niet bedekt is met ijs (ga anders te werk zoals
aangegeven onder punt 14);
- de condensator schoon is (punt 16);
- er geen sprake is van luchtstromen, of het apparaat correct
geplaatst is (zie punt 8) en of de omgevingstemperatuur
overeenkomt met de aanwijzingen (zie punt 7).
18) NOODSITUATIES
Middelen te gebruiken in geval van brand:
brandblussers met poeder of vloeistof, conform aan de van kracht zijnde
normen.
VERPLICHTING
NEEM VOOR EVENTUELE INGREPEN, CONTROLES EN/OF
VERVANGINGEN CONTACT OP MET DE LEVERANCIER WAAR
U HET MEUBEL HEEFT AANGEKOCHT.