nld
nld
inbouw- en montage-instructies van de betreffende systeemfabrikant.
VOORZICHTIG Let op persgevaar! Niet in de buurt van de zich bewe-
gende perskoppen (14) grij pen!
3.2.2. Optrompen met ROLLER’S Axial-Press 15 (Fig. 6)
Drukhuls over de buis schuiven, optrompkop tot de aanslag in de buis invoeren
en optrompkop/aandrijfmachine tegen de buis drukken. Aandrijfmachine
inschakelen (8). Er op letten dat de drukhuls bij de optrompbeweging toereikende
afstand heeft van de optrompkop, omdat anders de optrompbekken (17)
verbuigen of breken kunnen. Tipschakelaar (8) zolang ingedrukt houden, totdat
de buis opgetrompt is. Dit wordt ook door een akoestisch signaal aangegeven
(knakken). Terugloopknop (14) indrukken, totdat de optrompkop weer gesloten
is. Eventueel meerdere malen op trompen. Plaatsings- en montagevoorschriften
van de systeemfabrikant opvolgen.
3.3. ROLLER’S Akku-Exparo Q & E (Fig. 8)
Plaatsings- en montagevoorschriften van de systeemfabrikant lezen en opvolgen.
Q & E ring van de overeenkomstige diameter op de buis schuiven. Optrompkop
in de buis invoeren en optrompkop/aandrijfmachine tegen de buis drukken.
Aandrijfmachine inschakelen (8). Is de optrompkop geopend, schakelt de
aandrijfmachine automatisch op terugloop om en wordt de optrompkop weer
gesloten. Tipschakelaar (8) weer ingedrukt houden en optrompkop/aandrijf-
machine naschuiven. Optrompbeweging zolang herhalen, totdat de optromp-
bekken (17) tot de aanslag in de buis ingeschoven zijn. Plaatsings- en monta-
gevoorschriften van de systeemfabrikant lezen en opvolgen.
Optrompen met de ROLLER’S Akku-Exparo P, ROLLER’S Akku-Exparo
Cu (Fig. 11, 12)
Schuif bij de ROLLER’S Akku-Exparo P de drukhuls over de buis. Breng de
optrompkop tot de aanslag in de buis en druk de optrompkop/aandrijfmachine
tegen de buis. Schakel de aandrijfmachine in (8). Zorg ervoor dat de drukhuls
bij de optrompbewerking voldoende afstand tot de optrompkop heeft, omdat
anders de optrompbekken (17) kunnen verbuigen of breken. Houd de tipscha-
kelaar (8) ingedrukt tot de buis opgetrompt is. Dit wordt ook door een akoestisch
signaal (knakken) aangegeven. Herhaal de optrompbewerking indien nodig.
Lees en volg de inbouw- en montage-instructies van de betreffende systeem-
fabrikant.
Breng bij de ROLLER’S Akku-Exparo Cu de optrompkop in de buis en druk de
optrompkop/aandrijfmachine tegen de buis. Schakel de aandrijfmachine in. Als
de optrompkop geopend is, schakelt de aandrijfmachine automatisch op terug-
loop over en wordt de optrompkop weer gesloten. Lees en volg de inbouw- en
montage-instructies van de betreffende systeemfabrikant.
3.4. Elektronische controle van de laadtoestand met beveiliging tegen diepont-
lading van de accu
Alle ROLLER accupersmachines zijn vanaf 01-01-2011 uitgerust met een
elektronische controle van de laadtoestand met beveiliging tegen diepontlading
met 2-kleurige led (groen/rood) (23). De led brandt groen, als de accu volledig
of nog voldoende geladen is. De led brandt rood, als de accu moet worden
geladen. De aandrijfmachine voltooit nog de lopende perscyclus en kan daarna
pas opnieuw worden ingeschakeld, nadat een geladen accu werd ingestoken.
Als de aandrijfmachine niet gebruikt wordt, gaat de led na ca. 2 uur uit. Wanneer
de aandrijfmachine opnieuw wordt ingeschakeld, begint de led weer te branden.
4. Onderhoud
LET OP
Ongeacht het hierna beschreven onderhoud is het noodzakelijk
om de ROLLER aandrijfmachines samen met alle werktuigen (bijv. perstangen,
perstangen Mini, persringen met tussentang, perskoppen, optrompkoppen)
minstens eenmaal per jaar voor inspectie naar een geautoriseerde ROLLER
klantenservice te brengen. Bij deze gelegenheid vindt ook de volgens EN 62638
(VDE 0702) voor elektrisch gereedschap voorgeschreven jaarlijkse controle
plaats.
4.1. Onderhoud
WAARSCHUWING
Voor onderhoudswerkzaamheden netstekker cq.
accu uitnemen!
Perstangen, perstangen Mini, tussentangen, persringen, perskoppen en
optrompkoppen, in het bijzonder ook de opnames, schoonhouden. Sterk
vervuilde metaaldelen b.v. met terpentine reinigen, aansluitend tegen roest
beschermen.
Kunststofdelen (b.v. behuizingen, accu’s) alleen met milde zeep en vochtige
doek reinigen. Geen huishoudelijke reinigers gebruiken.
Er op letten, dat vloeistoffen nooit in het binnenste gedeelte van het elektrisch
apparaat geraken. Het elektrisch apparaat nooit in vloeistoffen dompelen.
4.1.1. Perstangen, perstangen Mini, tussentangen en persringen
Perstangen, perstangen Mini, persringen en tussentangen dienen regelmatig
op hun soepelheid te worden gecontroleerd. Indien nodig de perstangen,
perstangen Mini, persringen of tussentangen reinigen en de bout (12) van de
persbekken, perssegmenten of tussenbekken met machineolie smeren. De
perstang, perstang Mini, persring of tussentang echter niet demonteren! Afzet-
tingen in de perscontour (11) verwijderen. De correct functionerende toestand
van alle perstangen, perstangen Mini, persringen en tussentangen regelmatig
controleren door een proefpersing met ingelegde persfitting. De persbekken
(10) moeten na de voltooide persing zowel aan de punten (fig. 1, bij “A”) als
ter hoogte van de verbindingsplaat (fig. 1, bij “B”) sluiten. De perssegmenten
(21) moeten na de voltooide persing sluiten. Beschadigde of versleten pers-
tangen, perstangen Mini, persringen en tussentangen mogen niet meer worden
gebruikt. In geval van twijfel dient de aandrijfmachine samen met alle perstangen,
perstangen Mini, persringen en tussentangen voor inspectie naar een geauto-
riseerde ROLLER klantenservice te worden gestuurd.
4.1.2. Radiaalpersen
Perstangenopname schoon houden, in het bijzonder persrollen (5) en tang-
houderbout (2) regelmatig reinigen en aansluitend met machineolie smeren.
Aandrijfmachine regelmatig door het maken van een persverbinding met de
grootst te gebruiken persfitting op functieveiligheid testen. Sluit de perstang,
perstang Mini bij deze persing volledig (zie boven) dan is de functieveiligheid
van de aandrijfmachine gegeven.
4.1.3. Axiaalpersen
Perkoppen (14) en opnamegaten in de persvoorziening schoon houden.
Optrompkoppen (16) en optrompdoorn (18) schoon houden. Van tijd tot tijd
optrompdoorn licht invetten.
4.1.4. Buisoptromper
Bij ROLLER’S Akku-Exparo Q & E, ROLLER’S Akku-Exparo-Press P, ROLLER’S
Akku-Exparo Cu dienen optrompvoorziening (15), optrompkoppen (16) en
optrompdoorn (18) schoon te worden gehouden. De optrompdoorn (18) moet
af en toe licht worden ingevet.
4.2. Inspectie/onderhoud
WAARSCHUWING
Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamheden
netstekker cq. accu uitnemen!
Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door
gekwalificeerd vakpersoneel worden uitgevoerd.
Voor alle pers-/optrompwerktuigen (inclusief perstangen, perstangen Mini)
wordt een jaarlijkse inspectie aanbevolen.
Het aandrijfgedeelte van de aandrijfmachine ROLLER’S Uni-Press E is onder-
houdsvrij. Het loopt in een duurvetvulling en hoeft daarom niet gesmeerd te
worden. De motor van ROLLER’S Uni-Press E, ROLLER’S Uni-Press En
ROLLER’S Uni-Press ACC heeft koolborstels. Deze slijten en moeten daarom
van tijd tot tijd nagekeken cq. vernieuwd worden. Alleen originele ROLLER
koolborstels gebruiken. De ROLLER accu-aandrijfmachines werken elektro-
hydraulisch. Bij onvoldoende pers kracht of olieverlies moet de aandrijfmachine
door ROLLER of een geauthoriseerde ROLLER servicewerkplaats getest cq.
gerepareerd worden.
LET OP
Beschadigde of versleten perstangen, perstangen Mini, tussen-
tangen, persringen, perskoppen, optrompkoppen kunnen niet worden gerepa-
reerd.
5. Storingen
5.1. Storing:
Aandrijfmachine loopt niet.
Oorzaak:
● Versleten koolborstels (ROLLER’S Uni-Press E,
ROLLER’S Uni-Press, ROLLER’S Uni-Press ACC).
● Aansluitkabel defect (ROLLER’S Uni-Press E,
ROLLER’S Uni-Press, ROLLER’S Uni-Press ACC).
● Accu leeg of defect (ROLLER accu-aandrijfmachines).
● Aandrijfmachine defect.
5.2. Storing:
De radiaalpers voltooit de persing niet, perstang, perstang Mini,
tussentang, persring sluit niet volledig.
Oorzaak:
● Aandrijfmachine oververhit (ROLLER’S Uni-Press E,
ROLLER’S Uni-Press, ROLLER’S Uni-Press ACC).
● Versleten koolborstels (ROLLER’S Uni-Press E,
ROLLER’S Uni-Press, ROLLER’S Uni-Press ACC).
● Slipkoppeling defect (ROLLER’S Uni-Press E).
● Accu leeg of defect (ROLLER accu-aandrijfmachines).
● Aandrijfmachine defect.
● Verkeerde perstang, perstang Mini, persring of tussentang (perscontour,
grootte) ingezet.
● Perstang, perstang Mini, persring of tussentang stroef of defect.
● Tussen pershuls en fittingkraag is de buis gekneld
(ROLLER axiaalpersmachines).
5.3. Storing:
De optromper voltooit de optromping niet, de optrompkop opent
niet volledig.
Oorzaak:
● Accu leeg of defect (ROLLER accu-aandrijfmachines).
● Aandrijfmachine defect.
● Verkeerde optrompkop (perscontour, grootte) ingezet.
● Optrompkop stroef of defect.
● Optrompvoorziening verkeerd ingesteld (ROLLER’S Akku-Exparo Cu).
● Afstand van de drukhuls tot de optrompkop niet voldoende.
5.4. Storing:
Bij het sluiten van de perstang, perstang Mini of persring
ontstaat een duidelijke braam aan de pershuls.
Oorzaak:
● Beschadigde of versleten perstang, perstang Mini of persring/perscontour.
● Verkeerde perstang, perstang Mini resp. persring of tussentang
(perscontour, grootte) ingezet.
● Niet geschikte afstemming van pershuls, buis en steunhuls.