Otto Bock SensorHand 8E38 8, Instructions For Use Manual

Page: 102 / 236

102 | Ottobock SensorHand Speed
Let op!
De patiënt moet bij het afstellen van de elektroden af en toe een pauze houden, omdat
er anders door vermoeide spieren onregelmatige resultaten worden verkregen en de
therapeut ertoe zal neigen de elektroden te gevoelig af te stellen.
Programma 1, 5 en 6:
Kies in het programma MyoSoft of PAULA de gewenste programmavariant. Elke elektrode elek-
trode moet zo worden ingesteld, dat de patiënt het spiersignaal ca. 2 seconden lang boven de
waarde HIGH kan houden (afb.7, pos. 1).
Programma 2:
Kies in het programma MyoSoft of PAULA de gewenste programmavariant. Elke elektrode moet
zo worden ingesteld, dat de patiënt het betreffende spiersignaal ca 2 seconden lang boven de
waarde LAAG kan houden (afb. 7 pos. 2).
Programma 3:
Kies in het programma MyoSoft of PAULA de SensorHand in de modus VarioControl. De elek-
trode moet zo worden ingesteld, dat de patiënt het spiersignaal ca. 2 seconden lang boven de
waarde ON kan houden (afb. 8).
Programma 4:
Kies in het programma MyoSoft of PAULA de SensorHand in de Modus VarioContro. De elek-
trode moet zo worden ingesteld, dat de patiënt het spiersignaal gedurende 2 seconden lang
boven de waarde HIGH kan houden (afb. 7, pos.1).
Opmerking bij afb. 7 en afb. 8:
bij de programma’s 3 en 4 kan men slechts 1 spiersignaal zien.
8 Functioneringswijzen
Sluit om het gewenste programma te bepalen de betreffende codeerstekker aan (afb. 2)
13E184=1 (wit) 13E184=3 (groen) 13E184=5 (geel) 13E184=8 (zwart)
13E184=2 (rood) 13E184=4 (blauw) 13E184=6 (violet)
Wanneer de zwarte codeerstekker 13E184=8 wordt aangesloten op de besturingselektronica
van de SensorHand Speed, kunnen alle functioneringswijzen met de MyoSelect 757T13 worden
ingesteld.
Het instellen van de snelheid van de SensorHand Speed met de MyoSelect 757T13 kan met
elke codeerstekker worden uitgevoerd. Lees hiervoor de gebruiksaanwijzing 647G131.
Voor het omwisselen van de codeerstekker de borgring van de binnenhand verwijderen. De bin-
nenhand gedeeltelijk wegnemen. De codeerstekker omwisselen (afb. 2)
Binnenhand en borgring er weer over trekken.
Om het systeem de nieuwe codering te laten herkennen, moet de accu kort uit de houder wor-
den genomen en vervolgens weer worden teruggeplaatst (reset). Er staan tien programmavari-
anten ter beschikking.