Bedieningshandleiding voor CS-3000 RF generator
LBL-2123 Rev. E
nContact Surgical, Inc.
Nederlands
Pagina 16/79
Richtlijn en verklaring van fabrikant – elektromagnetische immuniteit
Immuniteitstest
IEC 60601-testniveau
Nalevingsniveau
Elektromagnetische omgeving – richtlijn
Elektrostatische ontlading
(electrostatic discharge, ESD)
IEC 61000-4-2
+/- 6 kV ontlading bij contact voor
geleidende onderdelen
+/- 8 kV ontlading in lucht voor
geïsoleerde onderdelen
6 kV ontlading bij contact
8 kV ontlading in lucht
Vloeren moeten van hout, beton of keramische tegels zijn. Als de vloer bedekt is
met een synthetisch materiaal, moet de relatieve vochtigheid ten minste 30%
zijn.
Snelle elektrische
transiënten/lawines
IEC 61000-4-4
+/- 2 kV voor stroom-
toevoerleidingen
+/- 1 kV voor ingangs-
/uitgangsleidingen
+/- 2 kV voor stroom-
toevoerleidingen
+/- 1 kV voor ingangs-/uitgangsleidingen
De kwaliteit van de netvoeding moet die van een normale commerciële of
ziekenhuisomgeving zijn.
Stootspanningen
IEC 61000-4-4
+/- 1 kV lijn(en) naar lijn(en)
+/-
2kV lijn(en) naar aarde
+/- 1 kV differential mode
+/- 2 kV common mode
De kwaliteit van de netvoeding moet die van een normale commerciële of
ziekenhuisomgeving zijn.
<5% V
t
(>95% daling in V
t
gedurende 0,5
cyclus)
<5% V
t
(>95% daling in V
t
gedurende 0,5 cyclus)
Spanningsdalingen, korte
onderbrekingen en
spanningsverschillen op de
stroomtoevoerleidingen
IEC 61000-4-11
40% V
t
(60% daling in V
t
gedurende 5 cycli)
70% V
t
(30% daling in V
t
gedurende 25
cycli)
40% V
t
(60% daling in V
t
gedurende 5 cycli)
70% V
t
(30% daling in V
t
gedurende 25 cycli)
De kwaliteit van de netvoeding moet die van een normale commerciële of
ziekenhuisomgeving zijn. Als de gebruiker van de CS-3000 RF-generator vereist
dat de werking ervan niet door stroomstoringen wordt onderbroken, verdient het
aanbeveling de CS-3000 RF-generator via een noodstroomvoorziening of een
accu van voeding te voorzien.
<5% V
t
(95% daling in V
t
gedurende 5 sec)
<5% V
t
(95% daling in V
t
gedurende 5 sec)
Door netfrequentie opgewekt
(50/60 Hz)
magnetisch veld
IEC 61000-4-8
3 A/m
3 A/m
Het niveau van door netfrequentie opgewekte magnetische velden moet
kenmerkend zijn voor een normale locatie in een normale commerciële of
ziekenhuisomgeving.
OPMERKING: V
t
is de netspanning vóór toepassing van het testniveau.
Immuniteitstest
IEC 60601-testniveau
Nalevingsniveau
Elektromagnetische omgeving – richtlijn
De afstand tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en enig onderdeel van de
CS-3000 RF-generator, inclusief kabels, mag niet kleiner zijn dan de aanbevolen
scheidingsafstand, berekend met de vergelijking die van toepassing is op de frequentie van de
zender.
Aanbevolen scheidingsafstand (d):
Geleide RF IEC
61000-4-6
3 V
rms
3 V
rms
d = 1,2√P
d = 1,2√P - 80 MHz tot 800 MHz
Uitgestraalde RF
IEC 61000-4-3
3 V/m
80 MHz tot 2,5 GHz
3 V/m
d = 2,3√P - 800MHz tot 2,5 GHz waarbij ‘
P’
het maximaal toelaatbare uitgangsvermogen van de
zender in watt (W) is volgens de fabrikant van de zender en
‘d’
de aanbevolen scheidingsafstand
in meter (m) is.
Veldsterkten van vaste RF-zenders, zoals vastgesteld door een elektromagnetisch onderzoek van
de locatie
a
, moeten kleiner zijn dan het nalevingsniveau in elk frequentiebereik
b.
Er kan interferentie optreden in de buurt van apparatuur die voorzien is van het onderstaande
symbool:
OPMERKING 1 Bij 80 MHz en 800 MHz is het hogere frequentiebereik van toepassing.
OPMERKING 2 Deze richtlijnen zijn mogelijk niet van toepassing in alle situaties. De voortplanting van elektromagnetische straling wordt beïnvloed door absorptie en reflectie door gebouwen,
voorwerpen en mensen.
a.
Veldsterkten van vaste zenders, zoals basisstations voor radio- (mobiele/draadloze) telefoons en mobiele landradio’s, amateurradio, AM- en FM-radiouitzendingen en tv-uitzendingen kunnen theoretisch
niet met nauwkeurigheid worden voorspeld. Om de elektromagnetische omgeving als gevolg van vaste RF-zenders te bepalen, moet een elektromagnetisch onderzoek van de locatie worden
overwogen. Als de gemeten veldsterkte in de locatie waarin de CS-3000 RF-generator wordt gebruikt, hoger is dan het bovenvermelde toepasselijke RF-nalevingsniveau, moet de CS-3000 RF-generator
worden geobserveerd om te verifiëren of deze normaal werkt. Als het systeem niet normaal werkt, zijn er wellicht aanvullende maatregelen nodig, zoals de CS-3000 RF-generator anders oriënteren of
verplaatsen.
b. Over het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz moeten de veldsterkten minder dan 3 V/m zijn.