16
Gebruik in de 'power-off' toestand is niet normaal, er is dan weinig of geen
bescherming en er kan zich koolstofdioxide ophopen en het zuurstofgehalte kan
teruglopen in de hoofdkap. Verlaat de verontreinigde zone onmiddellijk.
Let er op dat de ademslang niet rond uitstekende voorwerpen komt te zitten.
Als de luchtstroom in de hoofdkap tijdens gebruik stopt en het alarm klinkt, verlaat de
verontreinigde zone dan onmiddellijk en onderzoek de oorzaak (zie diagnoseprocedure).
De 'in-gebruik' levensduur van de helm zal variëren afhankelijk van de frequentie en de
gebruiksomstandigheden.
In het dagelijks gebruik is het aanbevolen dat het product wordt weggegooid na ongeveer
5 jaren dienst, op voorwaarde dat het product wordt opgeslagen en onderhouden zoals
hieronder vermeld.
Sommige extreme omstandigheden kunnen leiden tot verslechtering gedurende een
kortere periode.
N.B.: Stel het batterijpak niet bloot aan temperaturen boven 54°C. Het alarm van de
motorunit wordt geactiveerd als het batterijpak een temperatuur bereikt van 60°C terwijl
de motorunit in gebruik is.
Gebruik geen batterijen buiten de aanbevolen temperatuurlimieten.
VRIJMAKEN VAN HET SYSTEMEN
Neem de hoofdkap niet af of sluit de luchttoevoer niet af zolang de
gecontamineerde zone niet verlaten is.
1. Til de hoofdkap van het hoofd.
2. Schakel de motorunit uit door 2 seconden op de aanknop te drukken.
3. Maak de riem los.
Voor langdurige opslag van
fi
lters, verwijdert u het
fi
lter en sluit het af in een gesloten
container. 3M beveelt niet aan dat het
fi
lter in de motorunit blijft zitten, omdat de
fi
lterpakking hierdoor kan beschadigen.
OPMERKING
Indien het systeem gebruikt wordt in een zone met een product dat
vervuiling veroorzaakt waarvoor speciale decontaminatieprocedures bepaald zijn,
moet het systeem geplaatst worden in een daarvoor voorziene container die kan
worden afgesloten tot het systeem gedesinfecteerd of verwijderd is.
REINIGINGSINSTRUCTIES
Gebruik een schone doek met een oplossing van water en een milde huishoudelijke zeep.
Gebruik geen benzine, gechloreerde ontvetters (zoals trichloorethyleen), organische
oplosmiddelen en reinigingsproducten met schuurmiddel om systeemonderdelen te
reinigen.
Om te desinfecteren gebruik de doekjes zoals vermeld in het referentieblad
^
Houd de
fi
lterafdichting schoon
^
Probeer nooit om
fi
lters schoon te maken door ze te kloppen of door het opgehoopte
materiaal weg te blazen .
Dompel het batterijpak of de batterijlader nooit onder in wat voor vloeistof dan ook.
De elektrische contacten niet afvegen.
ONDERHOUD
Onderhoud, service en reparaties mogen enkel uitgevoerd worden door hiervoor opgeleid
personeel.
IN GEBRUIK
Aanzetten
On (Normale Werking)
Werking
Display
Geluidssignaal
Uitzetten
D
Probleem Oplossen
HOE
Waarschuwingen
Display Geluidssignaal Opmerkingen
WANNEER
Luchtstroom check
Bijna lege batterij
Lage Luchstroom
Lage luchtstroom en
bijna lege batterij
Geur ontdekt
Zie hierboven
1. Laad batterij op
2. Batterijpak heeft de
bedrijfstemperatuur van 55°C
overschreden
Slang verstopt - Ontstop slang /
Vervang slang
Filters verstopt – Vervang
fi
lters
(
fi
g. 3 en 4)
Vervang
fi
lter N.B.: Uitsluitend van
toepassing op geur
fi
lters
Reiniging
Na gebruik
Algemene Controle
Voor gebruik
-
Maandelijks indien niet regelmatig in
gebruik
Voor gebruik
E
E
E
N.B.: DE LUCHTTOEVOEREENHEID ZAL ONGEVEER 10-15 MINUTEN NA DE
WAARSCHUWING VOOR LEGE BATTERIJ AFSLUITEN OF ALS DE INTERNE
BATTERIJTEMPERATUUR HOGER IS DAN 60°C.
OPSLAG EN TRANSPORT
^
Zorg ervoor dat
fi
lters en batterijen volgens de onderstaande instructies bewaard
worden..
Dit product moet worden opgeslagen in de meegeleverde verpakking in een droge en
schone omgeving, weg van direct zonlicht, bronnen van hoge temperatuur, benzine en
dampen ontstaan uit oplosmiddelen.
Niet bewaren buiten het temperatuurbereik -30°C tot 50°C of bij een vochtigheidsgraad
hoger dan 90%.
Als het product gedurende langere tijd voor gebruik wordt opgeslagen, is de aanbevolen
opslagtemperatuur 4°C tot +38°C
Als hij opgeslagen wordt zoals vermeld, is de verwachte levensduur (vóór gebruik) van de
motorunit en het
fi
lter 5 jaar vanaf de productiedatum. Voor opslag langer dan 2 jaar, moet
de motorunit minstens eenmaal per jaar gedurende 10 minuten in bedrijf zijn.
De verwachte levensduur (vóór gebruik) van de batterij is 9 maanden vanaf de
productiedatum.
De originele verpakking is geschikt om het product binnen de Europese Gemeenschap te
vervoeren.
TECHNISCHE SPECIFICATIES
(Behalve indien anders vermeld in het referentieblad
)
Ademhalingsbescherming
EN12941
Nominale en toegekende protectiefactoren: zie de relevante informatie in de
gebruiksinstructies van de hoofdkappen.
Uitlaatdebiet
Minimaal luchtstroom volgens de fabrikant (MMDF) 170 l/min
Kern
B
= Knippert (3 maal)
D
= Eén lange piep
Kern
B
= Langzame Flits
E
= Korte onderbroken piep
de rugzak). Steek het ondereinde van de beademingsslang in de uitlaat van de motorunit
en draai het einde van de beademingsslang om te controleren of hij goed vast zit.
3. Stel de hoofdkap af zoals beschreven staat in de betreffende gebruiksaanwijzing.
4. Schakel de motorunit aan, bevestig de hoofdkap en controleer of de minimum
luchtstroom gehaald wordt. (Het hoorbare alarm zal klinken als hij onder de minimum
luchtstroom komt – zie diagnoseprocedure).
N.B.: Om de motorunit op de optionele rugzak te bevestigen, zie
fi
g. 7. Controleer of hij
stevig op zijn plaats gehouden wordt door de bevestiging. Stel eventueel de riemen van
de rugzak af zodat hij gemakkelijk zit.
N.B.: Om de optionele beugels te bevestigen (
fi
g. 8), schuift u het gespgedeelte en
schuifdelen van de riem af.
Schuif de twee riemhangers (
fi
g. 9) op de riem zodat ze in de positie zijn, zoals
weergegeven in
fi
g. 10.
Schuif één schuifdeel op de riem (
fi
g. 11), schuif de riem door de motorunit (
fi
g. 12) en
schuif het andere schuifdeel op de riem.
Plaats de motorunit en schuifdelen zoals weergegeven in
fi
g. 13. Schuif de andere twee
riemhangers en het laatste schuifdeel op de riem (
fi
g. 14). Bevestig het gespgedeelte
weer terug (
fi
g. 15).
Bevestig de riem rond het middel en plaats de hangers en schuifdelen zoals weergegeven
in
fi
g. 16. Clip het voorste deel van de beugels vast zoals weergegeven in
fi
g. 16.
Bevestig de achterste beugels zoals weergegeven in
fi
g. 17. Stel de beugels af zodat ze
comfortabel zitten.
^
Gebruik van niet-goedgekeurde onderdelen of ongeoorloofde aanpassingen
kunnen levensgevaarlijke gebruikssituaties veroorzaken. Elke garantie komt dan te
vervallen.
Indien onderdelen moeten worden weggedaan moet dat gebeuren conform de lokale
regelgeving over veiligheid en millieu.
^
Gooi lithiumionbatterijen weg volgens de plaatselijke milieuvoorschriften.
Niet weggooien bij het gewone huisvuil, verbranden of wegzenden voor verbranding.
Verwijder de batterij door op het batterijklepje te duwen en de batterij omlaag en eruit te
trekken.
Selecteer een goedgekeurde oplader en lees de gebruiksaanwijzing bij de lader.
^
Laad batterijen niet op met niet-goedgekeurde opladers, in gesloten kasten zonder
ventilatie, in gevaarlijke locaties of bij hittebronnen.
^
Laad de batterijen niet op buiten het aanbevolen temperatuurbereik van 0-40°C.
De batterij kan op de lader blijven zitten. Maar voor langdurige opslag van de batterijen
beveelt 3M aan dat ze op een lading van ongeveer 40% buiten de lader bewaard worden.
De batterij mag nooit leeg gelaten worden.
De standaard batterij gaat minstens 1000 uur mee.
De batterij met hoge capaciteit gaat minstens 2000 uur mee.
Er wordt verwacht dat de batterij gedurende de bovengenoemde levensduur minstens
80% van capaciteit behoudt.