14
KIT ASSISTENZA
I kit sono prontamente disponibili per la riparazione di pompe
standard della serie Duplex II. Per assicurarsi di ricevere i kit cor-
retti, includere nell’ordine il numero del modello e tutti i dati della
targhetta del prodotto. Contattare un distributore FLOJET, o diretta-
mente FLOJET, per ordinare i kit di riparazione necessari.
PROCEDURA DI RESTITUZIONE
Prima di restituire qualsiasi prodotto a Flojet, contattare il servizio
clienti per richiedere un numero di autorizzazione. Tale numero
deve essere riportato sull’esterno del pacco di spedizione. Inserire
una nota all’interno del pacco con una spiegazione del motivo del
reso e il numero di autorizzazione relativo. Includere nome, indiriz-
zo e numero di telefono.
GARANZIA DEL PRODOTTO
Flojet garantisce che questo prodotto è esente da difetti di materiali
e/o di fabbricazione per un periodo di un anno dalla data di acquis-
to da parte del cliente da Flojet. Durante questo periodo di garanzia
di un anno, Flojet, a sua discrezione, e senza alcun addebito per il
cliente, riparerà o sostituirà il prodotto - se trovato difettoso - con un
prodotto nuovo o ricondizionato; i costi di rimozione o installazione
non sono comunque inclusi. Nessun prodotto sarà accettato per la
restituzione senza un numero di autorizzazione relativo alla resti-
tuzione del materiale stesso. Tutte le merci restituite devono essere
spedite con spese di trasporto prepagate. Questo è solo un riassun-
to della nostra garanzia limitata. Per ottenere una copia della nostra
garanzia completa, richiedere il modulo n. 100-101.
DUPLEX II INDUSTRIËLE SERIE
HOGE DRUK (70 TOT 100 PSI)
NL
BESCHRIJVING
FLOJET Industriële Duplex II pompen zijn ontworpen voor een
groot aantal toepassingen en zijn gebouwd met een selectie ma-
terialen die geschikt is voor het werken met een grote reeks che-
mische stoffen. De Duplex II serie van diafragmapompen die zel-
faanzuigend zijn en zonder probleem kunnen drooglopen. Ze zijn
bedoeld voor niet-continue arbeidscycli, maar kunnen ook continu
lopen voor korte periodes. Hoe hoger de arbeidscyclus, hoet korter
de verwachte levensduur van de pomp.
Een pomp wordt normaal gebruikt voor vloeistofoverdracht, be-
sproeiing, koeling, circulatie, filtratie en dosering.
WERKING
Om de pomp op te starten en aan te zuigen, moet de lozingslijn
open zijn zodat de lucht die vastzit kan ontsnappen, waardoor
een mogelijke luchtsluis wordt vermeden. De drukschakelaar zal
de pomp automatisch uitschakelen wanneer het lozingsventiel
gesloten is en de druk is gestegen tot het ingestelde punt om UIT
te schakelen. De drukschakelaar zal de pomp opnieuw opstarten
wanneer er een ventiel open is en de druk op de lozingslijn zakt
tot het ingestelde punt van de drukschakelaar om IN te schakelen.
WERKING OP VRAAG
(NIET-CONTINUE ARBEID)
De werking op vraag wordt beschouwd als een “niet-continue
arbeid”-functie. De maximale niet-continue arbeidscyclus is dat
wat ervoor zal zorgen dat de motor zijn maximale thermische lim-
ieten bereikt. Wanneer de maximale thermische limiet is bereikt,
moet de motor kunnen stabiliseren op een lagere temperatuur,
bij voorkeur de omgevingstemperatuur, voor hij terug in werking
wordt gesteld. De pomp laten werken op of dicht bij de maximale
thermische limiet voor een langere periode, zal de levensduur van
de pomp verkorten en kan leiden tot een onmiddellijke pompstor-
ing.
BYPASS-WERKING
(INDIEN GEMONTEERD)
Modellen uitgerust met een extern bypass-systeem zijn ontworpen
om te pompen tegen hoge druk bij lage of hoge stroomsnelheden.
Modellen uitgerust met een bypass lopen maar totdat de stroom
manueel wordt uitgeschakeld.
De Duplex II-pompen worden niet aanbevolen voor een continue
arbeidsdienst door een bepekte levensduur van de motorborstel.
Werking tegen lagere druk en temperaturen, maar zal wel de al-
gemene levensduur van de pompdienst verlengen.
HORIZONTAAL
NORMAAL VERTICAAL
MONTAGE
De FLOJET Duplex II-reeks pompen zijn zelfaanzuigend. De verti-
cale aanzuiging kan variëren afhankelijk van de stroperigheid van
de vloeistof, de grootte van de aanzuigbuis, het voetventiel en de
pompconfiguratie.
De pomp moet worden gemonteerd in een droge en voldoende
geventileerde ruimte. Als de pomp in een behuizing wordt gemon-
teerd, kunnen voorzieningen om de motor af te koelen nodig zijn.
TIPS PREVENTIEF ONDERHOUD
Als er een vloeistof die geen water is wordt gepompt, moet de pomp
met water worden uitgespoeld (indien van toepassing) na elk gebruik.
Afdichtingsmiddelen en Teflon-tape die functioneert als een smeer-
middel, kunnen gebarsten behuizingen of gestripte draden veroor-
zaken door te strakke bevestiging. De afdichtingsmiddelen moeten
voorzichtig worden aangebracht, de tape kan in de pomp gaan, wat
de werking van het ventiel belemmert en ervoor zorgt dat er geen
aanzuiging of uitschakeling is. Storingen door vreemd puin worden
niet gedekt door de garantie.
Voor het begint te vriezen, moet de pomp vloeistofvrij of winterklaar
worden gemaakt met geschikte antievrieschemicaliën.
Wanneer de pomp in een buitenomgeving wordt gemonteerd, moet
de pomp worden beschermd tegen water, stof, zonlicht en afspoel-
spray.
Ga niet uit van chemische compatibiliteit. Als de vloeistof niet correct
wordt afgestemd op de elastomeren van de pomp, kan de pomp prob-
lemen hebben bij de aanzuiging, lage druk hebben of de drukschake-
laar kan niet uitschakelen.