Renson Aero io, Руководство пользователя

Страница: 10 / 120

10
Aero
®
3. MOUNTING THE
FRAME
• Lay out the pivot and span profiles in their
positions on the ground or on the roof. A
• Fix the span frame profile to the structure
in which the Aero is to be incorporated.
The fixing holes are already in place in the
frame profiles. Use M10 fasteners suitable
for the substrate, to be provided by the
installer.
Do not fully tighten the fixings, to enable
the profiles to be neatly aligned to one
another. B
• Position the pivot frame profile in/on the
structure where the Aero is to be incorpo-
rated. C
Note:
when fitting the frame profiles, you
can also start with the pivot profiles in
order to fit the span profiles next.
• A number of holes for the louvre blade
shafts are drilled through the frame profile.
You will fix the profile to the structure
through these holes. Use M10 fasteners
suitable for the substrate, to be provided
by the installer.
Do not fully tighten the fixings, to enable
the profiles to be neatly aligned to one
another. D
Note:
remove the plastic bearings at the
fixing points, this make it easier to drill and
screw.
• Now fit the second Span and Pivot profile
using the same method as the first. E
3. EINBAU DES RAHMENS
• Platzieren Sie die Pivot- und Span-Profile
an die entsprechenden Stellen auf dem
Boden oder auf dem Dach. A
• Befestigen Sie das Span-Rahmenprofil an
der Struktur, in die der Aero integriert wird.
Die Rahmenprofile sind bereits mit Befesti-
gungslöchern versehen. Verwenden Sie für
den Untergrund geeignete Befestigungsmit-
tel M10, die vom Monteur bereitzustellen
sind.
Ziehen Sie die Befestigungen noch nicht
vollständig an, damit die Profile noch mitei-
nander ausgerichtet werden können. B
• Befestigen Sie das Pivot-Rahmenprofil in/
an der Struktur, in die der Aero integriert
wird. C
Hinweis: Wenn Sie die Rahmenpro-
file platzieren, können Sie auch mit den
Pivot-Profilen beginnen und dann die
Span-Profile montieren.
• Durch das Rahmenprofil sind eine Anzahl
von Löchern für die Achsen der Lamellen
gebohrt. Über diese Löcher befestigen Sie
das Profil an der Struktur. Verwenden Sie
für den Untergrund geeignete Befestigungs-
mittel M10, die vom Monteur bereitzustel-
len sind.
Ziehen Sie die Befestigungen noch nicht
vollständig an, damit die Profile noch mitei-
nander ausgerichtet werden können. D
Hinweis: Entfernen Sie die Kunststoff-
lager an den Befestigungspunkten, damit
Sie leichter bohren und schrauben können.
• Platzieren Sie nun das zweite Span- und
Pivot-Profil auf die gleiche Weise wie das
erste. E
3. MONTAGE DU CADRE
• Positionnez les profils cadre Span et Pivot
à leur emplacement sur le sol ou sur le toit.
A
• Fixez le cadre Span de l’Aero à la
construction dans laquelle il est intégré.
Les trous de fixation sont déjà prévus dans
les profils cadre. Utilisez pour cela des vis
M10 adaptées au support, à prévoir par
l’installateur.
Ne serrez pas les fixations complètement,
afin de pouvoir encore aligner les profils
correctement. B
• Fixez le cadre Pivot à la construction dans
laquelle il est intégré. C
Remarque : lors de la pose des profils
d’encadrement, on peut également
commencer par le montage des profils
Pivot avant celui des profils Span.
• Un certain nombre de trous pour les axes
des lames sont perforés dans le profil
cadre. C’est par ces trous que vous fixez
le profil à la construction. Utilisez pour
cela des vis M10 adaptées au support, à
prévoir par l’installateur.
Ne serrez pas les fixations complètement,
afin de pouvoir encore aligner les profils
correctement. D
Remarque : enlevez les paliers en
synthétique à la hauteur des points de
fixation afin de pouvoir forer et visser plus
facilement.
• Montez également l’autre profil cadre
span et pivot. E
3. MONTAGE VAN HET
KADER
• Leg de pivot- en spanprofielen op hun
plaats op de grond of op het dak. A
• Bevestig het span-kaderprofiel aan de
constructie waarin de Aero wordt geïnte-
greerd. De bevestigingsgaten zijn reeds
voorzien in de kaderprofielen. Gebruik
bevestigingen M10, geschikt voor de
ondergrond, te voorzien door de plaatser.
Draai de bevestigingen nog niet volledig
aan, zodat de profielen nog mooi uitge-
lijnd kunnen worden tov elkaar. B
• Positioneer het pivot-kaderprofiel in/op
de constructie waar de Aero wordt geïn-
tegreerd. C
Opmerking:
bij het plaatsen van de
kaderprofielen kan er ook gestart worden
met de Pivot-profielen om vervolgens de
Span-profielen te monteren.
• Een aantal gaten voor de assen van de
lamellen zijn doorgeboord door het kader-
profiel. Via deze gaten bevestigt u het
profiel aan de constructie. Gebruik beves-
tigingen M10, geschikt voor de onder-
grond, te voorzien door de plaatser.
Draai de bevestigingen nog niet volledig
aan, zodat de profielen nog mooi uitge-
lijnd kunnen worden tov elkaar. D
Opmerking:
verwijder de kunststofla-
gers ter hoogte van de bevestigingspunten,
zo kan u makkelijker boren en schroeven.
• Plaats nu ook het tweede Span- en Pivot-pro-
fiel op zelfde wijze als het eerste. E