60
• Let bovendien op de bijzondere veiligheidsaanwijzingen voor het gebruik van de afstandsbediening en de vliegregelaar. Precieze aanwijzingen hierover zijn
in de betreffende documentatie te vinden.
• Controleer vóór iedere ingebruikname de correcte en vaste montage van de propellers.
• Schakel steeds eerst de zender in. Pas daarna mag de vliegaccu van het model aangesloten resp. het model ingeschakeld worden. In het andere geval
kunnen er onvoorspelbare reacties van het vliegmodel optreden en de propellers kunnen ongewild beginnen te draaien!
Belangrijk!
Schakel daarom nooit de zender uit, zolang de ontvangstinstallatie in het model nog in bedrijf is.
• Let bij draaiende propellers op, dat geen voorwerpen en lichaamsdelen in het draai- en aanzuigbereik van de propellers aanwezig zijn.
c) Tijdens het gebruik
• U mag bij het gebruik van het model geen risico´s nemen! Uw eigen veiligheid en die van uw omgeving is afhankelijk van uw verantwoord gebruik van het
model.
• Een verkeerd gebruik kan ernstige persoonlijke letsels en materiële schade tot gevolg hebben! Let daarom bij het vliegen op voldoende veiligheidsafstand
t.o.v. personen, dieren en voorwerpen.
• Kies een geschikt terrein uit voor het gebruik van uw modelvliegtuig.
• U mag het model alleen besturen als uw reactievermogen niet verminderd is. Vermoeidheid of beïnvloeding door alcohol of medicijnen kan verkeerde reacties
tot gevolg hebben.
• Vlieg nooit direct naar toeschouwers of naar uzelf.
• Zowel de motoren, de vliegregelaar en de vliegaccu kunnen bij gebruik heet worden. Pauzeer daarom 5-10 minuten voordat u de vliegaccu weer oplaadt of
voordat u met een reserve vliegaccu opnieuw start.
• Laat de afstandsbediening (zender) in elk geval ingeschakeld, zolang het model in gebruik is. Koppel na de landing altijd eerst de vliegaccu los of schakel het
model uit. Pas daarna mag de afstandsbediening of zender uitgeschakeld worden.
• In geval van een defect of een verkeerde functie moet eerst de oorzaak van de storing verholpen worden voordat u het model weer start.
• U mag het model en de afstandsbediening niet gedurende langere tijd aan direct zonlicht of grote hitte blootstellen.
7. Algemene voorschriften voor batterijen en accu’s
• Houd batterijen/accu’s buiten bereik van kinderen.
• Laat batterijen/accu’s niet achteloos liggen; er bestaat het gevaar dat deze door kinderen of huisdieren worden ingeslikt. In een dergelijk geval moet u
onmiddellijk een arts raadplegen!
• U mag batterijen/accu’s nooit kortsluiten, demonteren of in het vuur werpen. Er bestaat explosiegevaar!
• Lekkende of beschadigde batterijen/accu’s kunnen bij huidcontact bijtende wonden veroorzaken; draag in dit geval beschermende handschoenen.
• Batterijen mogen niet worden opgeladen! Er bestaat brand- en explosiegevaar! Alleen oplaadbare batterijen opladen; gebruik hiervoor geschikte opladers.
• Let bij het plaatsen van de batterijen/accu’s en bij de aansluiting van de vliegaccu op de juiste polariteit (plus/+ en min/-).
• Als u het product langere tijd niet gebruikt (b.v. als u het opbergt), moet u de batterijen (of accu’s) uit de afstandsbediening nemen om beschadigingen door
lekkende batterijen/accu’s te voorkomen.
• Laad de accu’s ongeveer om de 3 maanden op, omdat anders door de zelfontlading de zogeheten diepontlading kan optreden waardoor de accu’s onbruikbaar
kunnen worden.
• Vervang steeds de volledige set batterijen of accu’s. Gebruik geen volle en halfvolle batterijen of accu’s door elkaar. Gebruik steeds batterijen of accu’s van
hetzelfde type en dezelfde fabrikant.
• Als u batterijen voor de afstandsbediening gebruikt, raden wij aan om hoogwaardige alkaline batterijen te gebruiken. Bij het gebruik van accu’s kan de
reikwijdte eventueel verminderen.