Nederlands
2/6
PST 120-350
2 Inleiding
Deze handleiding heeft betrekking op koeldrogers die ontworpen zijn om
een kwalitatief hoogstaande behandeling van perslucht te garanderen.
2.1 Transport
De verpakte eenheid moet:
• in een verticale positie worden gehouden;
• beschermd worden tegen atmosferische invloeden;
• beschermd worden tegen botsingen en stoten.
2.2 Hantering
Gebruik een vorkheftruck die geschikt is voor het te tillen gewicht en
vermijd botsingen tegen de verpakking.
2.3 Inspectie
a) In de fabriek worden alle units geassembleerd, bedraad, gevuld met
koelmiddel en olie, en getest volgens de standaard bedrijfsomstan-
digheden;
b) controleer bij ontvangst de staat van de machine: protesteer geef
eventuele schade gelijk aan bij het transportbedrijf;
c) pak de eenheid uit in de buurt van de installatieplaats.
2.4 Opslag
Als meerdere eenheden boven elkaar moeten worden geplaatst, de
opmerkingen op de verpakking opvolgen. De verpakte eenheid op een
schone plaats en beschermd tegen vocht en weersinvloeden opslaan.
3 Installatie
Y
Volg de instructies van het startoverzicht, vul het formulier in en
stuur het aan het verkoopbedrijf voor een correcte toepassing van de
garantievoorwaarden.
In een brandgevaarlijke omgeving een geschikt brandblussysteem aan-
brengen.
3.1 Procedure
Installeer de droger in een schone ruimte en beschermd tegen directe
atmosferische invloeden (ook tegen zonlicht).
Y
De aanwijzingen uit de paragrafen 8.2 en 8.3 opvolgen.
Alle drogers dienen voorzien te zijn van een passend voorfi lter dat zo
dicht mogelijk bij de inlaat van de droger gemonteerd dient te worden.
De verkoper is nimmer aansprakelijk of verplicht tot schadevergoeding
voor elke directe of indirecte schade veroorzaakt door het ontbreken
hiervan
Y
Het voorfi lterelement (voor fi ltering tot 3 micron of lager) moet min-
stens eenmaal per jaar worden vervangen of na de periode die door de
fabrikant is aangegeven.
Y
Sluit de droger op correcte wijze aan op de aansluitstukken voor de
ingang/uitgang van de perslucht.
3.2 Werkruimte
Y
Zorg voor een vrije ruimte van 1,5 meter rondom de eenheid.
Zorg bij modellen met een verticale afvoer van de condenslucht voor een
vrije ruimte van 2 meter boven de droger.
3.3 Uitvoeringen
Uitvoering met lucht (Ac)
Zorg dat er geen situaties van hercirculatie van de koellucht kunnen ont-
staan. Sluit de ventilatieroosters niet af.
Uitvoering met water (Wc)
Installeer een netfi lter op de inlaat van het condenswater, indien de ma-
chine zonder fi lter is geleverd.
Y,
Kenmerken van het condenswater bij inlaat:
Temperatuur
≥50°F (10°C)
CL
-
<50 ppm
ΔT
IN/OUT
5-15°C
CaCO
3
70-150 ppm
Max % glycol
50
O
2
<0.1 ppm
Druk
43.5-145 PSIg
(3-10 barg)
Fe
<0.2 ppm
PH
7.5-9
NO
3
<2 ppm
Elektrisch
geleidings-
vermogen
10-500 μS/cm
HCO
3
-
70-300 ppm
Verzadigingsgraad
van Langelier
0-1
H
2
S
<0.05 ppm
SO
4
2-
<50 ppm
CO
2
<5 ppm
NH
3
<1 ppm
Al
<0.2 ppm
Voor speciale soorten koelwater (gedeïoniseerd, gedemineraliseerd, ge-
distilleerd) zijn de standaard materialen die voor de condensor voorzien
zijn mogelijk niet geschikt. Neem in dat geval contact op met de fabri-
cant.
3.4 Aanbevelingen
Om de interne componenten van de droger en de luchtcompressor
niet te beschadigen, de machine niet installeren in een ruimte waar
de omgevingslucht verontreinigende stoffen of dampen bevat: let
dus op zwavel, ammoniak, chloor, en bij installaties in een zeemilien.
Voor de uitvoeringen met axiale ventilator is de kanalisatie van de ver-
bruikte lucht afgeraden.
3.5 Elektrische aansluiting
Gebruik een kabel die voldoet aan de lokale wetten en voorschriften (zie
voor de minimale kabeldoorsnede paragraaf 8.3).
Installeer de thermomagnetische differentieelschakelaar (RCCB - IDn =
0.3A) bovenstrooms van de installatie met een afstand tussen de con-
tacten bij een geopende schakelaar 3 mm (zie de toepasselijke plaatse-
lijke voorschriften).
De nominale stroom “In” van deze installatieautomaat moet gelijk zijn
aan FLA en de D-curve.
3.6 Aansluiting voor condensafvoer
Y
Maak een aansluiting met het afvoersysteem en vermijd de aan-
sluiting op een gesloten circuit waarop reeds andere onder druk staande
afvoerlijnen zijn aangesloten. Controleer of de condens op de juiste wijze
in het afvoerkanaal wegvloeit. Alle condens moet in overeenstemming
met de plaatselijke geldende milieuvoorschriften worden afgevoerd.
4 Inbedrijfstelling
4.1 Voorafgaande controles
Alvorens de droger te starten nagaan of:
• de installatie uitgevoerd is volgens de aanwijzingen in hoofdstuk 3;
• de luchtinlaatkleppen gesloten zijn en er geen lucht door de droger
heen stroomt;
• of de netspanning overeenkomt;
• in de uitvoering
Wc
het koelwatercircuit slechts enkele minuten ope-
nen voordat u de droger start.
4.2 Opstarten
a) Start de droger voordat u de luchtcompressor start;
b) Schakel het vermogen in door de HOOFDSCHAKELAAR “
&
”te
schakelen naar “ I ON”: de VOEDING-LED (2) licht geel op; Hierdoor
zal het verwarmingselement van de kast worden gevoed.
!
HET VERWARMINGSELEMENT VAN DE KRANKKAST MOET 12
UUR VOORDAT DE DROGER GESTART WORDT, WORDEN INGESCHA-
KELD. Een onjuiste handeling kan de koelcompressor ernstig bescha-
digen.
Druk na de voorverwarming van de kast op de ONknop op het contro-
lepaneel.
c) druk op
x
: de VOEDING-LED (2) licht groen op en de compressor
wordt ingeschakeld; het dauwpunt wordt weergegeven.
Y
Ventilatoren (Uitvoering Ac): als de machine gevoed wordt met ver-
keerd aangesloten fasen, draaien ze in de omgekeerde richting met kans
op schade (in dit geval verlaat de lucht de droogcabine vanuit de con-
densatorroosters in plaats vanuit het ventilatorrooster - zie paragraaf 8.6
en 8.7 voor correcte luchtstroom); draai direct twee fasen om.
d) Wacht 5 minuten, open langzaam de luchtinlaatklep;
e) open langzaam de luchtuitlaatklep: de droger is nu bezig met drogen.
Fasebewaker
Als bij het starten van de droger op het display het alarm “
CP
” verschijnt,
moet worden gecontroleerd of de bedrading van de ingangsklemmen
naar de scheidingsschakelaar van de droger correct is uitgevoerd.
4.3 Werking
a) Laat de droger werken zolang de luchtcompressor in werking is;
b) de droger werkt geheel automatisch, en hoeft niet ter plekke te wor-
den afgesteld;
c) zorg dat de perslucht niet in de droger kan stromen nadat deze is
uitgeschakeld of wanneer deze zich in een alarmtoestand bevindt.
Содержание Polestar-Smart PST120
Страница 2: ......
Страница 100: ...Русский 8 8 PST 120 350 ...
Страница 111: ...8 5 EXPLODED DRAWING 11 PST 120 350 PST 120 180 Ac ...
Страница 112: ...8 5 EXPLODED DRAWING 12 PST 120 350 PST 220 350 Ac ...
Страница 113: ...8 5 EXPLODED DRAWING 13 PST 120 350 PST 220 350 Wc ...
Страница 114: ...8 6 DIMENSIONAL DRAWING 14 PST 120 350 PST 120 180 Ac ...
Страница 115: ...8 6 DIMENSIONAL DRAWING 15 PST 120 350 PST 220 350 Ac ...
Страница 116: ...8 6 DIMENSIONAL DRAWING 16 PST 120 350 PST 220 350 Wc ...
Страница 117: ...8 7 REFRIGERANT CIRCUIT 17 PST 120 350 PST 120 180 Ac PST 220 350 Ac A1 A1 ...
Страница 118: ...8 7 REFRIGERANT CIRCUIT 18 PST 120 350 A1 PST 220 350 Wc ...
Страница 119: ...8 8 WIRING DIAGRAM 19 PST 120 350 PST 120 180 Ac Sheet 1 of 5 Sheet 1 of 5 ...
Страница 120: ...8 8 WIRING DIAGRAM 20 PST 120 350 Sheet 2 of 5 Sheet 2 of 5 ...
Страница 121: ...8 8 WIRING DIAGRAM 21 PST 120 350 Sheet 3 of 5 Sheet 3 of 5 ...
Страница 122: ...8 8 WIRING DIAGRAM 22 PST 120 350 Sheet 4 of 5 Sheet 4 of 5 ...
Страница 123: ...8 8 WIRING DIAGRAM 23 PST 120 350 Sheet 5 of 5 Sheet 5 of 5 ...
Страница 124: ...8 8 WIRING DIAGRAM 24 PST 120 350 PST 220 350 Ac Wc Sheet 1 of 5 Sheet 1 of 5 ...
Страница 125: ...8 8 WIRING DIAGRAM 25 PST 120 350 Sheet 2 of 5 Sheet 2 of 5 ...
Страница 126: ...8 8 WIRING DIAGRAM 26 PST 120 350 Sheet 3 of 5 Sheet 3 of 5 ...
Страница 127: ...8 8 WIRING DIAGRAM 27 PST 120 350 Sheet 4 of 5 Sheet 4 of 5 ...
Страница 128: ...8 8 WIRING DIAGRAM 28 PST 120 350 Sheet 5 of 5 Sheet 5 of 5 ...
Страница 129: ......