178
7.7.2) Signalering op de besturingseenheid
Op de besturingseenheid van RUN bevinden zich een reeks led-
lampjes die elk bepaalde signaleringen kunnen geven, zowel wan-
neer alles normaal functioneert als bij storingen.
29
Bij het begin van de manoeuvre komen de op BlueBUS aangesloten inrichtingen
niet overeen met die welke tijdens de herkenningsfase in het geheugen zijn opge-
slagen. Het kan zijn dat er defecte inrichtingen zijn; controleer en vervang die zo
nodig; als er wijzigingen zijn uitgevoerd dient de herkenningsprocedure opnieuw
uitgevoerd te worden (7.3.4 Herkennen van andere inrichtingen).
7.7.1) Signalering met het knipperlicht
Het knipperend signaleringslicht FLASH zal tijdens de manoeuvre één maal per seconde knipperen; wanneer er een storing is, zal het korte-
re knipperingen geven; deze knipperingen worden twee maal herhaald met daartussen een pauze van een seconde.
Tabel 21: signaleringen op het knipperlicht FLASH
Snelle knipperingen
Oorzaak
HANDELING
Fout op de BlueBUS
Inwerkingtreding van een
fotocel
Bij het begin van de manoeuvre geven één of meer fotocellen geen toestemming
tot de manoeuvre, controleer of er obstakels zijn.
Dit is normaal tijdens de manoeuvre als er daadwerkelijk een obstakel is.
Inwerkingtreding van de “Gevoe-
ligheid van het systeem voor
obstakeldetectie”
Tijdens de manoeuvre heeft de poort meer wrijving ondervonden; controleer de
oorzaak.
Inwerkingtreding van de ingang
STOP
Bij het begin van of tijdens de manoeuvre is de ingang STOP in werking getreden;
controleer de oorzaak
Fout in de interne parameters van
de elektronische besturing-
seenheid.
Wacht tenminste 30 seconden en probeer dan opnieuw een instructie te geven;
als er geen verandering in de status optreedt, zou er een ernstig defect kunnen
zijn en dient de elektronische kaart vervangen te worden
De maximumlimiet voor het
aantal manoeuvres per uur is
overschreden.
Wacht enkele minuten dat de begrenzer van het aantal manoeuvres weer onder
de maximumlimiet komt.
De maximumlimiet voor het
aantal manoeuvres per uur is
overschreden.
Er is reeds een instructie aanwe-
zig waardoor het niet mogelijk is
andere instructies uit te voeren.
Koppel alle circuits enige seconden van de stroomtoevoer los; probeer daarna
een instructie te geven; als er geen verandering in de status optreedt, zou er een
ernstig defect kunnen zijn en dient de elektronische kaart vervangen te worden
Controleer de aard van de voortdurend aanwezige instructie; het zou bijvoorbeeld
de instructie van een timer op de ingang “Open” kunnen zijn.
6 knipperingen
pauze van 1 seconde
6 knipperingen
1 knippering
pauze van 1 seconde
1 knippering
2 knipperingen
pauze van 1 seconde
2 knipperingen
3 knipperingen
pauze van 1 seconde
3 knipperingen
4 knipperingen
pauze van 1 seconde
4 knipperingen
5 knipperingen
pauze van 1 seconde
5 knipperingen
7 knipperingen
pauze van 1 seconde
7 knipperingen
8 knipperingen
pauze van 1 seconde
8 knipperingen
Led BLUEBUS
Oorzaak
HANDELING
Led STOP
Oorzaak
HANDELING
Led P.P.
Oorzaak
HANDELING
Led OPEN
Oorzaak
HANDELING
Uit
Tabel 22: ledlampjes op de klemmetjes van de besturingseenheid
Storing
Controleer of er stroom is; controleer of de zekeringen niet in werking getreden zijn; is dat het geval, contro-
leer dan de oorzaak van de storing en vervang de zekeringen vervolgens met andere met dezelfde waarde.
Aan
Ernstige storing
Er is een ernstige storing opgetreden; probeer de besturingseenheid enkele seconden uit te zetten;
als deze status niet verandert, is er een defect en dient de elektronische kaart vervangen te worden.
Eén knippering per seconde Alles OK
Normale werking van de besturingseenheid
2 snelle knipperingen
Er is een wijziging opgetreden
in de status van de ingangen
Dit is normaal wanneer er een wijziging optreedt op één van de ingangen: PP, STOP, OPEN,
CLOSE of wanneer de fotocellen in werking treden of de radiozender gebruikt wordt.
Serie knipperingen met daartus-
sen een pauze van een seconde
Verschillende
Dit is dezelfde signalering als die op het knipperlicht of gebruikerslicht. Zie tabel
21
Uit
Inwerkingtreding van de
ingang STOP
Controleer de op de ingang STOP aangesloten inrichtingen
Aan
Alles OK
Ingang STOP actief
Uit
Alles OK
Ingang PP niet actief
Aan
Uit
Inwerkingtreding van de ingang PP
Alles OK
Dit is normaal wanneer de op de ingang PP aangesloten inrichting daadwerkelijk actief is
Ingang OPEN niet actief
Aan
Inwerkingtreding van de ingang OPEN Dit is normaal wanneer de op de ingang OPEN aangesloten inrichting daadwerkelijk actief is
Led SLUIT
Oorzaak
HANDELING
Uit
Alles OK
Ingang SLUIT niet actief
Aan
Inwerkingtreding van de ingang CLOSE
Dit is normaal wanneer de op de ingang SLUIT aangesloten inrichting daadwerkelijk actief is