131
9. Ingebruikneming van de zender
a) Afstandsbedieningsmodus modus 1 en modus 2
De zender wordt in „Modus 2“ geleverd en kan ook door het indrukken van de schakelaar „Modus 1 /
Modus 2“ (zie afbeelding 20) in een twee stuurhendelvariant worden omgeschakeld.
Aangezien hiervoor ook de beide stuuraggregaten mechanisch moeten worden omgebouwd, worden in dit
hoofdstuk alleen de verschillen tussen modus 1 en modus 2 besproken.
Als u in modus 1 met uw model wilt vliegen, moet de zender door een vakman of atelier mechanisch
worden omgebouwd.
Modus 1:
• Rechter stuurknuppel vooruit en terug:
Motorfunctie („Thro“)
• Rechter stuurknuppel rechts en links:
Rolroerfunctie („Aile“)
• Linker stuurknuppel vooruit en terug:
Hoogteroerfunctie („Elev“)
• Linker stuurknuppel rechts en links:
Richtingsroerfunctie („Rudd“)
Modus 2 (levertoestand):
• Rechter stuurknuppel vooruit en terug:
Hoogteroerfunctie („Elev“)
• Rechter stuurknuppel rechts en links:
Rolroerfunctie („Aile“)
• Linker stuurknuppel vooruit en terug:
Motorfunctie („Thro“)
• Linker stuurknuppel rechts en links:
Richtingsroerfunctie („Rudd“)
Meer informatie in verband met de besturing van het model vindt u in hoofdstuk 15.
Afbeelding 2
