69
* Aangezien de zender naast de rijd- en stuurfunctie geen verder stuurkanaal ondersteunt, wordt de uitgang CH3
alleen voor de binding-functie gebruikt.
** Bij een elektromodel met mechanische rijregelaar is voor de stroomvoorziening van de ontvanger in elk geval een
batterijbox of een aparte ontvangeraccu nodig. De op de mechanische rijregelaar gemonteerde stroom-
voorzieningsaansluiting mag niet worden gebruikt, omdat de spanning van 7,2 V op de stekker ( bij 6-cellige rij-
accu) voor de aangesloten servo's te hoog is!
*** Bij een elektromodel met elektronische rijregelaar is een aparte ontvangeraccu op aansluiting VCC alleen nodig
als de gebruikte motor-/vliegregelaar geen BEC-schakeling heeft. Nadere informatie leest u in de technische
documentatie van de regelaar.
b) Montage van de ontvanger
De montage van de ontvanger is in principe altijd afhankelijk van het model. Daarom dient u zich voor wat betreft de
montage aan de aanwijzingen van de modelfabrikant te houden.
Los daarvan dient u altijd te proberen de ontvanger zo te monteren dat deze optimaal beschermd is tegen stof, vuil,
vocht en trillingen. Voor het bevestigen zijn dubbelzijdig klevend schuimstof (servo-tape) of rubberringen geschikt, die
de in schuimstof verpakte ontvanger goed op zijn plaats houden.
Let op!
De antennedraad (1) heeft een nauwkeurig
afgemeten lengte.
Daarom mag de antennedraad niet worden
opgerold, in lussen gelegd of zelfs afgesneden.
Dit zou het bereik enorm beperken en brengt
bovendien aanzienlijke veiligheidsrisico´s met
zich mee.
Leid de antennedraad direct na de ontvanger door een opening in de romp uit het model. Gebruik daarvoor liefst een
antennebuisje, dat met het model meegeleverd zou kunnen zijn of anders als accessoire te verkrijgen is.
Afb. 9